hoofdstuk 5 paragraaf 3

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 5 paragraaf 3

Je maakt nu eerst de Lesson-up voor paragraaf 3. Wanneer je klaar bent ga je aan de slag met de vragen uit het boek. 

Korte terugblik

In 5.2 hebben we gekeken naar 

Eigen vermogen

Lang vreemd vermogen

Kort vreemd vermogen

Crediteuren

Solvabiliteit

Wat zijn crediteuren?

Het eigen vermogen van een onderneming is €3000. Het totaal vermogen is €7600. Bereken de solvabiliteit.

1. 45,89%
2. 50%
3. 39,47%
4. 53,54%

Een onderneming heeft een solvabiliteit van 54,3%. Is deze onderneming solvabel?

1. Ja
2. Nee

Doelen

Je weet wat bedrijfskosten zijn. 

Je weet het verschil tussen vaste en variabele kosten.

Je weet dat er verschillende bedrijfskosten zijn. 

Je kan de afschrijvingen berekenen.

Bedrijfskosten 

Om geld te verdienen heb je als bedrijf kosten. Deze kosten noemen we de bedrijfskosten. 

Verschillende bedrijfskosten zijn;

huisvesting

Elektriciteit 

Gas, water, licht

Reclame

Let op; 

Inkoopkosten zijn ook kosten maar worden bij de winst berekening los gerekend!

Vaste en Variabele kosten

Vaste kosten zijn kosten die je als bedrijf hebt ongeacht hoeveel producten je verkoopt. 

Variabele kosten zijn kosten die toe of afnemen naar mate je meer of minder producten verkoopt. 

Een pizzeria heeft de volgende kosten. Geef aan of het vaste of variabele kosten zijn.
a. kosten verpakkingsmateriaal voor de pizza's
b. premie inboedelverzekering
c. werknemer die wordt ingehuurd voor grote drukte
d. inkoop waarde van deeg

Afschrijvingen 

Bedrijven die machines gebruiken hebben te maken met afschrijvingen.

De duurzame productiemiddelen (auto, machine enz) worden door gebruik minder waard. 

De machine kan je na gebruik vaak nog wel voor een paar Euro verkopen, dit noemen we restwaarde

Hoe bereken je afschrijvingskosten

Een ondernemer heeft een machine van € 30 000. Na 5 jaar kan hij de machine voor € 5000 verkopen. Bereken de afschrijving per jaar voor de machine

1. €30000
2. € 5000
3. €3500
4. €25000

Wat zijn geen bedrijfskosten. Motiveer je antwoord

1. Aflossing op lening
2. afschrijving op inventaris
3. loon directeur
4. Rente op de lening

Waarom zijn aflossingen geen kosten?

De aflossingen zijn geen kosten, omdat je hetzelfde bedrag terugbetaalt als je geleend hebt. Dit bedrag is geïnvesteerd in de onderneming. 

Slot

Je weet wat bedrijfskosten zijn.

Je weet het verschil tussen vaste en variabele kosten.

Je weet dat er verschillende bedrijfskosten zijn.

Je kan de afschrijvingen berekenen.

Ga verder met je boek 5.3.