H3 NN - les 1 schrijfopdracht #220

WELKOM!
Telefoon in de koffer
Jas aan de kapstok

Op tafel: laptop, boek, 
agenda en schrift.
Tas op de grond
timer
5:00
socialiseren
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

WELKOM!
Telefoon in de koffer
Jas aan de kapstok

Op tafel: laptop, boek, 
agenda en schrift.
Tas op de grond
timer
5:00
socialiseren

Slide 1 - Slide

Vandaag: 
  • zelfstandig lezen 8 min.
  • Instructie pto #220
  •  Zelfstandig aan het werk
  • Evaluatie

Slide 2 - Slide

Stil lezen
timer
8:00

Slide 3 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les weten jullie hoe je een instructie moet schrijven en kunnen jullie doe-woorden toepassen om zelf een instructie te schrijven. 

Slide 4 - Slide

Uitleg
Wat is een instructie?                    
 Waar vind je een instructie?


Slide 5 - Slide

Uitleg
In een instructie leg je stap voor stap uit hoe iemand iets moet doen. Denk aan een recept of een gebruiksaanwijzing. Je lezer moet jouw instructie goed kunnen begrijpen en uitvoeren.

Slide 6 - Slide

Uitleg
Zo schrijf je een instructie

  1. Vertel waarover je instructie gaat.
  2. Leg alles stap voor stap uit in korte en eenvoudige zinnen.
  3. Zet alles in de volgorde waarin de ander het moet uitvoeren.
  4. Nummer de stappen of zet voor elke stap een opsommingsteken, zoals een streepje of een dot (= bolletje).
  5. Begin elke instructiezin met een doe-woord: Pak … Doe … Knip …
  6. Gebruik signaalwoorden die de volgorde aangeven: eerst … dan … daarna … vervolgens … ten slotte …
  7. Gebruik afbeeldingen als die je instructie duidelijker maken.






Slide 7 - Slide

Wat zijn doe-woorden?
Doe-woorden zijn werkwoorden die vertellen wat je moet gaan doen. 
Ken je voorbeelden?
pak                 schroef        draai      loop     ren 
neem             houd            schrijf    druk     knip

Slide 8 - Slide

ZW
Jullie gaan aan het werk met HOOFDSTUK 3 in Nieuw Nederlands. Je gaat naar paragraaf 2/schrijven. (blauw)
Opdracht 1 tot en met 3 moeten deze les af.
Opdracht 4 en 5 zijn huiswerk voor volgende week.

Slide 9 - Slide

Hoe ging het?

Slide 10 - Slide