woordsoorten 2mavo
1 / 14
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
___ vogels vliegen in de lucht.
___ vogels vliegen in de lucht.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 3 - Quiz
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
De koeien _____ weer naar buiten.
De koeien _____ weer naar buiten.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 4 - Quiz
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
Janneke heeft een mooi ____ aan.
Janneke heeft een mooi ____ aan.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 5 - Quiz
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
De paarden grazen ___ de wei.
De paarden grazen ___ de wei.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 6 - Quiz
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
Het ____ meisje kan erg goed zingen.
Het ____ meisje kan erg goed zingen.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 7 - Quiz
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
___ vogels vliegen in de lucht.
___ vogels vliegen in de lucht.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 8 - Quiz
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
De koeien _____ weer naar buiten.
De koeien _____ weer naar buiten.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Slide
lw- zn- ww
Slide 11 - Open question
lw - zn -ww
Slide 12 - Open question
ww - lw - zn
Slide 13 - Open question
ww - lw- bn- zn
