What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Unidad: Repaso
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
70 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
We starten in 5 minuten met de les.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
¡Terugblik:
Les 3/ herhaling
Vandaag:
Pagina 20/21
La fiesta
Lugares
Leerdoelen voor vandaag:
Je kunt de geleerde grammatica gebruiken om over mijn vakantie, weekend en feesten uitgaan schrijven.
Ik ken de getallen 0 t/m 100 in het Spaans.
ir a
Verbo gustar
Verschillende activiteiten
Ser & estar y tener
Bijvoeglijk naamwoorden
Kleuren
Comperativos
Slide 4 - Slide
ir al bosque
ir a la playa
ir a visitar los abuelos
ir al teatro
ir de compras
Slide 5 - Drag question
¿Qué haces?
Este fin de semana voy a ir
al cine
Voy a la piscina todos los días.
Me gusta mucho.
Normalmente voy de compras todos los fines de semana
Monto en bicicleta dos veces a la semana,
¿A qué hora ves tele?
Me gusta navegar por internet
Slide 6 - Drag question
Slide 7 - Video
Praten over Plaatsen
Málaga... ..........una ciudad muy agradable.
Madrid ...... ..............en el medio de la Penísula.
.....................playas muy bonitas en Valencia.
Barcelona................un plaza de toros muy famosa
es
está
Hay
tiene
Slide 8 - Slide
ESTAR ZIJN
1.(yo)
estoy
(ik ben)
2.(tú)
estás
(jij bent)
3.(él, ella, usted)
está
(hij/zij is, u bent)
4.(nosotros/as)
estamos
(wij zijn)
5.(vosotros/as)
estáis
(jullie zijn)
6.(ellos, ellas, ustedes)
están
(zij zijn / u (mv))
Slide 9 - Slide
Tener:hebben
Tener: hebben
yo
él, ella, usted
tú
nosotros
vosotros
ellos, ustedes
Tengo
tienes
tiene
tenemos
Tenéis
tienen
Slide 10 - Drag question
El adjetivo: bijvoeglijke naamwoorden
Wat is een bijvoeglijke naamwoord?
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord.
Past zich altijd aan, aan het zelfstandig naamwoord
mannelijk/vrouwelijk + enkelvoud/meervoud
De plaats:
Bijna altijd
achter
het zelfst. nw
De
mooie
jurk - El vestido
bonito
Het
blauwe
huis - la casa
azul
Slide 11 - Slide
Adjetivo hoeveelheden
Bijvoeglijke n.w die iets zeggen over een
hoeveelheid
staan altijd
voor
het zelfstandig n.w
Er zijn 5:
1. poco/a weinig/ een beetje
2. otro/a nog een/ een andere
3. mucho/a veel
4. medio/a halve
5. demasiado/a te veel
Slide 12 - Slide
Ir a +
Hele werkwoord
Yo ............
Tú .............
Él/ella/usted.............
Nosotros/as.................
Vosotros/as..................
Ellos/ellas/ustedes...............
Bailar
Comer
Dormir
Pintar
Beber
Viajar
Casa
Slide 13 - Slide
Verbo: Gustar
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Hoe goed heb je de leerstof begrepen?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 17 - Poll
More lessons like this
Meta Profesional LJ2 P3 46-60
April 2022
- Lesson with
42 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 2
D-Toets Portfolio :Indefinido / Imperfecto
May 2020
- Lesson with
33 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
up2-flexuur- los verbos-up2
May 2022
- Lesson with
21 slides
Spaans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Repaso Ser, Estar, Tener y Ir
April 2022
- Lesson with
19 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
P4 Semana 3 Clase 1
May 2022
- Lesson with
19 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H3, Ser en estar
November 2024
- Lesson with
45 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Continuación los medios de transporte
November 2020
- Lesson with
14 slides
Drama
MBO
Studiejaar 2
verbos regulares y ser & estar
January 2023
- Lesson with
39 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3