B2 en B4

1 / 51
next
Slide 1: Slide
Natuur en TechniekHBOStudiejaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Maak de vragen en kijk de vragen na met het antwoord bestand.
Vraag fout? Zoek uit waarom het goede antwoord goed is.
7                23
9                44
11               48
14              52
20             53
21

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

B1; zoveel vragen had ik goed;
7C, 9D, 11B, 14A, 44A, 48C
1
2
3
4
5
6

Slide 5 - Poll

This item has no instructions

B3; zoveel vragen had ik goed;
4A, 20C, 21A, 52A, 53B
1
2
3
4
5

Slide 6 - Poll

This item has no instructions

Mijn moeilijkste vraag
B1

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Mijn moeilijkste vraag
B3

Slide 8 - Mind map

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

B2; Instandhouding oa intern milieu

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Prikkels worden opgevangen door zintuigen. Het zintuig stuurt informatie via zenuwbanen naar hersenen. Op welke wijze wordt informatie verstuurd?
A
d.m.v. een elektrisch signaal
B
d.m.v. een hormonaal signaal
C
d.m.v. trillingen
D
d.m.v. warmte

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Op sommige prikkels reageren we buiten de wil om. Bv het terugtrekken van je hand als je je (bijna) verbrand. Dit is een reflex. Langs welke route loopt de reflex?
A
zintuig> hart> spier
B
zintuig> hypofyse> spier
C
zintuig> ruggenmerg> spier
D
zintuig> spier

Slide 12 - Quiz

hypofyse zit in de bloedsomloop
Marten heeft gehoorschade. De meeste frequenties hoort hij goed, maar een aantal niet. Welk onderdeel is beschadigd?
A
de buis van Eustachius
B
de gehoorbeentjes
C
het slakkenhuis
D
het trommelvlies

Slide 13 - Quiz

slakkenhuis maakt van trillingen elektrische signalen
oor

Slide 14 - Slide

gescheurd trommelvlies = doof voor alle frequenties
gehoorbeentjes ook minder gehoor vgl trommelvlies
Buis van eustachius is ervoor bedoeld om de druk in het middenoor te regelen; denk aan vliegen.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De biceps en triceps zijn armspieren en antagonisten.
De onderarm gaat omhoog, doordat...
A
de biceps samentrekt en de triceps ontspant.
B
de biceps uitstrekt en de triceps ontspant.
C
de triceps samentrekt en de biceps ontspant.
D
de triceps uitstrekt en de biceps ontspant.

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Spijsverteringsstelsel

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Enzymen werken in mond, maag, 12 vingerige- en dunne darm. Daar worden voedingsstoffen opgenomen.
Niet meer in de dikke darm.

Slide 19 - Slide

dikke darm zorgt voor opname water (terugresorptie)
Dr. Langerhans ontdekte in 1869 de cellen in het lichaam die de hormonen glucagon en insuline produceren. Waar zitten de 'eilandjes van Langerhans' ?
A
alvleesklier
B
eierstokken
C
galblaas
D
maag

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

De longblaasjes zorgen voor een groot oppervlak voor uitwisselen van stoffen, welk onderdeel doet dat bij het spijsverteringsstelsel?
A
de dunne darm
B
de endeldarm
C
de maag
D
de slokdarm

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Vetten en koolhydraten zijn brandstoffen die energie geven; waar worden deze verbrand?
A
in darmcellen
B
in longcellen
C
in spiercellen
D
in alle cellen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

De meeste kinderen in NL krijgen vaccinaties tegen de besmettelijke ziekte polio. Wat is het effect?
A
Ze zijn blijvend immuun.
B
Zij en hun kinderen zijn immuun.
C
Ze zijn een paar maanden immuun.
D
Tot hun pubertijd zijn ze immuun.

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

B4; Voortplanting
              

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Voortplanting bij planten

Slide 26 - Slide

goed uitleggen verschil meeldraden (man), stamper + vruchtbeginsel (vrouw).
In het vruchtbeginsel zit het zaadbeginsel, met daarin de eicel. Na de bevruchting groeit de eicel uit tot het zaad en het vruchtbeginsel tot de vrucht. Stamper en meeldraden sterven af, niet meer nodig.

Slide 27 - Slide

voortplanting binnen 1 SOORT levert vruchtbare nakomelingen op
uit welke kruising kunnen levensvatbare zaden ontstaan?
A
Kruisingen 1, 2, 3
B
Kruising 1
C
Kruising 3
D
uit geen van de kruisingen

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

De draden zijn...
A
meeldraden
B
stampers
C
stuifmeelbuizen
D
zaadbeginsels

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Op een tafel staat een
vaas met bloemen. Na een paar
dagen ligt er geel poeder
naast. Waar komt dat vandaan?
A
Stampers
B
Meeldraden
C
Zaden
D
Vruchtbeginsel

Slide 31 - Quiz

voorkennis activeren
Bestuiving
  • Stuifmeel van de meeldraad moet op de stempel van de stamper komen voor bestuiving
  • Dit kan op meerdere manieren
  • Zelfbestuiving
  • Kruisbestuiving door insecten
  • Kruisbestuiving door de wind

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

INSECTENBLOEMEN

Insecten zorgen voor de bestuiving
Kroonbladen zijn groot en opvallend
Weinig stuifmeeld, is ruw en kleverig
Bloem heeft een voor insecten aantrekkelijke geur en nectar


WINDBLOEMEN

Wind zorgt voor de bestuiving

Vaak klein en onopvallend

Veel stuifmeel, vaak glad


Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

na bevruchting --> vrucht met zaden
Geslachtelijke voortplanting
Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Hoe kan een aardappel-
plant zich voortplanten?
A
Alleen geslachtelijk via bloemen
B
Geslachtelijk via bloemen en knollen
C
Alleen ongeslachtelijk
D
Zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk

Slide 36 - Quiz

allebei want geslachtelijk via bloemen, ongeslachtelijk via knollen

Slide 37 - Slide

ook bamboe
ook stekken

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Welk uienras kan Petra het beste kiezen?
A
1
B
2
C
dat valt niet op te maken uit het onderzoek

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

nimfe = mini volwassen dier (sprinkhaan)
Bij welk schema past de titel 'volledige metamorfose'?
A
Schema 1
B
Schema 2
C
Schema 1 en 2

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

In het voorjaar kun je dit bord tegenkomen.
Waar gaan ze naartoe?
A
Naar een holletje in de berm
B
Naar een waterplas
C
Naar ruimte onder de stenen
D
Naar een vochtig weiland

Slide 45 - Quiz

This item has no instructions

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

De placenta is een orgaan dat actief is bij de ontwikkeling van een baby.
Wat gebeurt er met de placenta na de geboorte?
A
De placenta is een onderdeel van de baarmoeder en blijft actief tot volgende zwangerschap.
B
De placenta verschrompelt en wordt afgebroken in de baarmoeder.
C
De placenta wordt vlak na de geboorte afgestoten.

Slide 50 - Quiz

This item has no instructions

Maak de vragen en kijk de vragen na met het antwoord bestand.
Vraag fout? Zoek uit waarom het goede antwoord goed is.
B2; 8, 12, 18, 19, 49, 55
B4; 13, 22, 26, 59 

Slide 51 - Slide

This item has no instructions