§5.5 Woorden

§5.5 Woorden
en bespreken tekst uit de vorige les
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§5.5 Woorden
en bespreken tekst uit de vorige les

Slide 1 - Slide

Samenvattingsvraag 
In de vorige les heb je de tekst erbij moeten pakken, maar zou je ook zonder tekst in staat zijn om een goedlopende samenvatting te maken?

Slide 2 - Slide

Er is nauwelijks elektriciteit
Joost van Vlijmen is een tandarts uit Nijmegen en hij heeft de stichting Damphus opgericht
Stichting Damphus zet zich in voor het bieden van tandzorg in afgelegen gebieden. 
Wat het werken in afgelegen gebieden zo lastig maakt, is het volgende
Ook het wegennet van Monoglië is onduidelijk
Ondanks al deze problemen werkt stichting Damphus samen met de lokale bevolking

Slide 3 - Drag question

aangelegenheid
aanmeten
amper
de audicien
aan de bak
commercieel
het doet me deugd
druk
zaak, kwestie
passen bij iemand anders
nauwelijks, bijna of geen
gehoorspecialist in een winkel
aan het werk, aan de slag
bedoeld om er geld aan te verdienen
ik word er blij van
niet rustig, opgewonden, met veel mensen

Slide 4 - Drag question

Welk woord hoort bij de betekenis: gewoonlijk
A
kenmerkend
B
ostentatief
C
gebruikelijk
D
routine

Slide 5 - Quiz

Welk woord hoort bij de betekenis: beeld dat mensen van iets hebben
A
het doet me deugd
B
kenmerkend
C
de reputatie
D
waarde hechten aan

Slide 6 - Quiz

Welk woord hoort bij de betekenis: regels voor gedrag
A
aanmeten
B
school maken
C
wijselijk
D
de code

Slide 7 - Quiz

Welk woord hoort bij de betekenis: voorstel waarmee je iets begint
A
de aangelegenheid
B
het initiatief
C
ostentatief
D
waarde hechten aan

Slide 8 - Quiz

Welk woord hoort bij de betekenis: uiterste grens
A
aanmeten
B
gebruikelijk
C
de limiet
D
in staat stellen

Slide 9 - Quiz

Welk woord uit de woordenlijst past bij de afbeelding? Neem het precies over!

Slide 10 - Open question

Welk woord uit de woordenlijst past bij de afbeelding? Neem het precies over!

Slide 11 - Open question

Welk woord uit de woordenlijst past bij de afbeelding? Neem het precies over!

Slide 12 - Open question

Welk woord uit de woordenlijst past bij de afbeelding? Neem het precies over!

Slide 13 - Open question

De slide hierna staat een verhaaltje op. Welke woorden horen op de stippellijn te staan? Kijk desnoods in je boek op blz. 209.

Slide 14 - Slide

1. .... hebben mensen verhalen doorgegeven van generatie op generatie.
2. De .... van dat restaurant is echt geweldig.
3. .... op mijn telefoon zorgt ervoor dat het scherm automatisch helderheid aanpast.
4. Mijn nieuwe bril .... mij ...... om kleine letters te lezen.
5. Toen de docent heel boos werd op mij, hield ik mij ... stil.

Welke woorden horen op de stippellijn te staan?

Slide 15 - Open question

Maak een zin met het woord 'gebruikelijk'

Slide 16 - Mind map

Maak een zin met het woord 'waarde hechten aan'

Slide 17 - Mind map

Maak een zin met het woord 'amper'

Slide 18 - Mind map

Slide 19 - Slide