1.6: roken en blowen

1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat doen we vandaag?

-Even herhalen (5 min)
-Uitleg (15 min.)
-Aan het (huis)werk




Slide 2 - Slide

strottenhoofd
bronchiën
longblaasjes
keelholte
luchtpijp
neusholte
longen

Slide 3 - Drag question

Lesdoelen
-Ik ken de mogelijke gevolgen van verslaving aan roken en blowen
 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

1  Teer
  • Zwart, kleverig stofje, blijft plakken                                                     aan het slijmvlies van je longen.
  • Kan kanker veroorzaken. 
  • Je longen worden er zwart van.
  • Je trilharen werken niet meer -->                                                         slijm in de longen --> hoesten
  • Aanslag op handen en tanden

Slide 8 - Slide

2  Nicotine
  • Verslavende stof in een sigaret:
  • Verhoging van de hartslag en bloeddruk.
  • Nicotine vernauwt de bloedvaten in de huid,                                     waardoor er minder zuurstof en belangrijke                         voedingstoffen vervoerd kan worden.

Slide 9 - Slide

3  Koolstofmono-oxide
  • Is een gas.
  • Reukloos en kleurloos.
  • Zorgt ervoor dat je rode bloedcellen niet zoveel zuurstof kunnen vervoeren. Hierdoor krijgen/hebben rokers een slechtere conditie. 

                                            

Slide 10 - Slide

Andere vormen van roken
  • E-sigaret

  • Shisapen
Schadelijke stoffen e-sigaretten:
nicotine, metalen & stikstofverbindingen

  • Waterpijp
  • Vapen 


Verdampt vloeistof met nicotine en smaakstof
E-sigaret (meestal) zonder nicotine
30x meer koolstofmonoxide dan een gewone sigaret

Slide 11 - Slide

Verslaving
  • Geestelijk afhankelijk
  • Gewenning: steeds meer in moeten nemen (behoefte).
  • Lichamelijk afhankelijk = verslaafd

Bij stoppen ontstaan
ontwenningsverschijnselen: rusteloos, stress, boos, enz.

Slide 12 - Slide

Blowen
= Roken of verdampen van hasj of wiet

stofje (THC)  -->   stoned (loom, ontspannen),
                                     high (energiek, vrolijk)

Bij het roken van een joint --> 5x meer teer in de longen dan roken sigaret --> teer veroorzaakt longkanker

Slide 13 - Slide

lange termijn cannabisgebruik
  • verslaving, 
  • slapeloosheid, 
  • somberheid 
  • en problemen met de concentratie. 
  •  verhoogt de kans op een psychische stoornis, zoals depressie en angstklachten. 
Bij een bepaalde aanleg in je DNA kan schizofrenie ontstaan. Dat is een ernstige psychiatrische ziekte waarbij iemand het contact met de werkelijkheid verliest.

Slide 14 - Slide

Actief roken
Passief roken
Je rookt zelf.
Je bent erbij als iemand rookt.
Je krijgt de schadelijke stoffen die iemand uitblaast ook binnen. 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Aan het (huis)werk
-Lees blz. 51 t/m 53
-Maak basisstof 1.6 opdracht 1 + 3 (digitaal)  + PW plannen

Extra:
-Oefen de begrippen 
-Maak de test jezelfs
-Oefen de onderdelen van het ademhalingsstelsel

Volgende les = begrippenopdracht



Slide 17 - Slide