T1 bs 2 formatief

T1 bs 2 formatief
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 6

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

T1 bs 2 formatief

Slide 1 - Slide

Welk type spieren worden er gebruikt bij de darmperistaltiek
A
breedtespieren en lengtespieren
B
breedtespieren en kringspieren
C
lengtespieren en kringspieren
D
breedtespieren, lengtespieren en kringspieren

Slide 2 - Quiz

welke organen van het verteringsstelsel hebben darmperistaltiek?

Slide 3 - Open question

Welke activiteiten behoren tot de mechanische vertering?
A
kauwen van voedsel
B
kneden en mengen van voedsel
C
kauwen van voedsel en kneden en mengen van voedsel

Slide 4 - Quiz

Wat is de definitie van chemische vertering?

Slide 5 - Open question

wat is het doel / wat zijn de doelen van kauwen van voedsel ?

Slide 6 - Open question

waar zit de kringspier die regelt wanneer het voedsel van de slokdarm in de maag beland?
A
aan het einde van de slokdarm
B
aan het begin van de maag

Slide 7 - Quiz

wanneer ontspant de kringspier waardoor voedsel in de maag komt?
A
de kringspier trekt zich samen elke keer als je slikt
B
de kringspier ontspant zich elke keer als je slikt
C
de kringspier trekt samen elke keer als je een nieuwe hap eten neemt
D
de kringspier ontspant zichelke keer als je een nieuwe hap eten neemt

Slide 8 - Quiz

Hoe heet de kringspier die de doorgang van de voedselbrij van maag naar 12-vingerige darm regelt?

Slide 9 - Open question

Wat zijn de functies van diverse onderdelen van maagsap?

Slide 10 - Open question

de afvoerbuizen van welke organen monden uit in de 12-vingerige darm?
A
alvleesklier en maag
B
alvleesklier en lever
C
lever en maag
D
alvleesklier, lever en maag

Slide 11 - Quiz

gal bevat verteringsenzymen om vetten te verteren...
A
niet waar
B
waar

Slide 12 - Quiz

wat is emulgeren? wat is de functie van emulgeren?

Slide 13 - Open question

Door veel plantaardig voedsel te eten, kun je constipatie voorkomen. Leg dat uit.

Slide 14 - Open question

Wat wordt bedoeld met de antiperistaltische beweging?
A
je bent aan het overgeven
B
je bent aan de diarree
C
je lijdt aan constipatie

Slide 15 - Quiz

Poliepen fagocyteren de verteringsproducten van de extracellulaire vertering. Welke organellen zorgen na fagocytose voor de verdere intracellulaire vertering?

Slide 16 - Open question