THEO LES 21: Hormonen deel 3

Hormonen deel 3
Algemene theorie
1 / 37
next
Slide 1: Slide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 135 min

Items in this lesson

Hormonen deel 3
Algemene theorie

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Vragen beantwoorden voorgaande lesstof
  • Nieuwe lesstof
  • Formatieve toets 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • De student kent de functies van de vrouwelijke geslachtsorganen, cycli en de borst
  • De student kent de functies van de mannelijke geslachtsorganen 

Slide 3 - Slide

Wat is een voorbeeld van een vrouwelijk secundair geslachtskenmerk?

Slide 4 - Open question

Wat is een voorbeeld van een mannelijk secundair geslachtskenmerk?

Slide 5 - Open question

Primaire geslachtskenmerken

Vanaf de geboorte aanwezig
  • Geslachtsorganen
Secundaire geslachtskenmerken

Vanaf de puberteit
  • De kenmerken die specifiek bij de man of vrouw horen

Slide 6 - Slide

Inwendige vrouwelijke geslachtsorganen
  • Vagina  = schede
  • Uterus = baarmoeder
  • Eileiders
  • Ovaria = eierstokken

Slide 7 - Slide

Vagina = schede
Bouw van de wand (van binnen naar buiten):
  • Slijmvlies (epitheelweefsel)
  • Spierweefsel
  • Bindweefsel

Functie:
  • Ontvangen van zaadcellen

Slide 8 - Slide

Baarmoeder = uterus
Plaats: 
  • Aan het einde van de vagina, tussen de blaas en de endeldarm.

Kenmerken:
  • Peervormig orgaan met een lichaam en een hals

Slide 9 - Slide

Baarmoeder
Bouw van binnen naar buiten:
  • Slijmvlies
  • Dikke laag spierweefsel
  • Bindweefsel

Functie:
  • Opname en ontwikkeling van een bevruchte eicel

Slide 10 - Slide

Eileiders
Plaats:
  • Aan de ene zijde in verbinding met de baarmoeder en aan de andere zijde met de vrije buikholte

Kenmerk:
  • Lange kronkelige buisjes van 10 - 16 cm

Slide 11 - Slide

Eileiders
Bouw wanden van binnen naar buiten:
  • Slijmvlies met trilharen
  • Weinig spierweefsel
  • Veel bindweefsel

Functies:
  • Afvoerbuisjes van de eierstokken
  • Brengen eicellen naar de baarmoeder
  • Bevruchting vindt hier meestal plaats

Slide 12 - Slide

Ovaria = Eierstokken
Plaats:
Onderin het bekken aan weerszijde van de baarmoeder

Bouw:
  • Opgebouwd uit epitheelweefsel en bindweefsel

Slide 13 - Slide

Eierstokken
Kenmerken:
  • Endo - exocriene klieren
  • Vrouwelijke geslachtsklieren
  • Hier bevinden zich eicellen (in de follikels) 

Slide 14 - Slide

Invloed oestrogeen
  • Invloed vrouwelijke geslachtskenmerken
  • Verbreden van het bekken
  • Bevorderen van de doorbloeding
  • Bevorderen van de celdeling
  •  Remmen van de talgklieren
  • Verhogen spanning van bindweefsel
  • Calcium - en fosfaatafzetting in de botten
  • Verdikken baarmoederslijmvlies
  • Bloedrijker maken van baarmoederslijmvlies
  • Sluiten van de groeischrijven

Slide 15 - Slide

In welk type botten zitten de groeischijven?
A
In de pijpbeenderen
B
In de platte beenderen

Slide 16 - Quiz

Afscheiden oestrogenen
  • Eierstokken
  • Bijnierschors 

Slide 17 - Slide

Invloed progesteron
  • Spanning verhogen van gladde spierweefsels
  • Stimuleren van borstklierweefsel (melkvorming)
  • Stimuleren talgklieren
  • Aanmaak slijmvlies baarmoeder
  • Verhogen basale temperatuur (in rust)
  • Controle hypofyse (rijping eicel) 

Slide 18 - Slide

Zwangerschap
  • Progesteron zorgt dat baarmoederslijmvlies niet afgestoten wordt
  • Placenta gaat op den duur die functie overnemen door progesteron te maken 

Slide 19 - Slide

Anatomie borst
  • Klierweefsel
  • Vetweefsel 
  • Bindweefsel

Tepelhof
  • Apocriene zweetklieren
  • Talgklieren

Slide 20 - Slide

Wat zijn apocriene zweetklieren?
A
Grote zweetklieren
B
Kleine zweetklieren

Slide 21 - Quiz

Menopauze
  • De overgang bij de vrouw van de vruchtbare naar de niet - vruchtbare periode 

Slide 22 - Slide

Evt. klachten overgang
  • Circulatiestoornissen
  • Meer vetaanzetting
  • (Over) prikkelbaar
  • Verminderde weefselspanning 

Slide 23 - Slide

Mannelijke geslachtsklieren
  • Testis = zaadballen 

Kenmerken:
  • Maken androgenen (belangrijkste = testosteron)
  • Zaadcellen
  • Bijnierschors speelt ook een rol (androgene corticoïden)

Slide 24 - Slide

Invloed testosteron
  • Ontwikkeling zaadcellen
  • Sluiten groeischijven
  • Opbouw en ontwikkeling spierweefsel 

Slide 25 - Slide

Beautylevel online
Maak de les: Geslachtsklieren en kenmerken
Duur: 10 minuten

Ben je klaar? Maak dan individueel onderstaande vragen en test je kennis! 
Succes!

Slide 26 - Slide

Hoe noemen we de voorkwab van de
hypofyse?
A
Adenohypofyse
B
Neurohypofyse

Slide 27 - Quiz

Wat zijn glandotrope hormonen?
A
Hormonen met directe werking
B
Hormonen met indirecte werking

Slide 28 - Quiz

Welke hormoonklier wordt door het Thyreotrope hormoon aangezet tot het maken van hormonen
A
De alvleesklier
B
De bijnieren
C
De schildklier

Slide 29 - Quiz

Waar zit Oxytocine?
A
In de achterkwab van de hypofyse
B
In de voorkwab van de hypofyse

Slide 30 - Quiz

Wat is de functie van insuline?
A
Zorgt voor omzetting van glucose in glycogeen
B
Zorgt voor omzetting van glycogeen in glucose

Slide 31 - Quiz

Welk hormoon wordt gemaakt door het merggedeelte van de bijnieren?
A
Adrenaline
B
Corticoïden

Slide 32 - Quiz

Wat is een primair geslachtskenmerk van de vrouw?
A
Borsten
B
Brede heupen
C
Eierstokken

Slide 33 - Quiz

Wat is een ander woord voor baarmoeder?
A
Ovaria
B
Uterus
C
Vagina

Slide 34 - Quiz

Wat is de invloed van oestrogeen op de talgklieren?
A
Ze remmen de talgproductie
B
Ze stimuleren de talgproductie

Slide 35 - Quiz

Wat ligt in de tepelhof?
A
De grote zweetklieren en de kleine zweetklieren
B
De grote zweetklieren en de talgklieren
C
De kleine zweetklieren en de talgklieren

Slide 36 - Quiz

Formatieve toets
Jullie krijgen 30 minuten om de toets te maken. 
Succes!!

Slide 37 - Slide