Leestekst Vandaag geen slecht nieuws over Somalië, graag

timer
1:00
Waarover heb jij je verbaast toen je in Nederland kwam?
1 / 13
next
Slide 1: Mind map
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

timer
1:00
Waarover heb jij je verbaast toen je in Nederland kwam?

Slide 1 - Mind map

Wat is het tekstdoel van de tekst Vandaag geen slecht nieuws over Somalië graag?
timer
0:30
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 2 - Quiz

Noem minimaal 4 negatieve nieuwsfeiten over Somalië.
(alinea Feest)
timer
1:20

Slide 3 - Open question

Wat betekent 'de ik-generatie'?
(alinea Aansluiting)
timer
0:45
A
Ze denken alleen aan zichzelf.
B
De verschillen tussen bevolkingsgroepen in S. interesseert ze niet.
C
Ze zijn succesvol.
D
Ze gaan alleen met Nederlandse jongeren om.

Slide 4 - Quiz

Waarnaar verwijst 'haar' in 'haar vriendin Ikraam Haji-ali (22) (Alinea Aansluiting)
timer
0:30

Slide 5 - Open question

Het volstrekt blanke Drenthe
(alinea Aansluiting)
timer
0:45
A
redelijk blank
B
niet blank
C
compleet blank
D
gemixt

Slide 6 - Quiz

Waarom zijn Somalische vluchtelingen alleen maar bezig met wat er in S. gebeurt?
timer
1:30

Slide 7 - Open question

Hoeveel Somaliërs hebben een uitkering?
(Alinea Hulp bieden)
timer
0:45
A
tussen de 9 en 12.000
B
ongeveer 22.000
C
tussen de 22 en 27.000
D
tussen de 7 en 9.000

Slide 8 - Quiz

Welke oorzaken zijn er voor de psychische problemen?
(alinea Hulp bieden)
timer
0:45
A
qat kauwen, trauma, vrienden verloren, geen taal
B
trauma, vrienden vrienden verloren, geen begeleiding, moeilijke vluchtroute
C
trauma, vrienden verloren, niet naar school, passief
D
trauma, vrienden verloren, moeilijke vluchtroute

Slide 9 - Quiz

Waarnaar verwijst 'ze' in de zin 'Totdat ze op eigen benen kunnen staan.' (alinea Hulp bieden)
timer
0:30

Slide 10 - Open question

Wat betekent 'betutteling'?
(alinea Naar Engeland)
timer
1:00

Slide 11 - Open question

Wat klopt niet?
timer
1:00
A
Somaliërs gaan naar Engeland omdat daar veel landgenoten zijn.
B
Somaliërs zijn zielig en dom.
C
Somaliërs beginnen winkeltjes in Engeland.
D
Succesvolle Somaliërs zijn een voorbeeld voor anderen.

Slide 12 - Quiz

Welke nieuwe woorden ben je tegengekomen?
timer
1:00

Slide 13 - Open question