14.1 Je invloed op aarde.

Hoofdstuk14 - Duurzaamheid
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk14 - Duurzaamheid

Slide 1 - Slide

Duurzaam leven
  • Je invloed op de aarde
  • Voedsel productie
  • Vervuiling
  • Opwarming van de aarde
  • Duurzaam kiezen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen 14.1

* Je kan uitleggen hoe belangrijk 'kringlopen' zijn.
* Je kan enkele voorbeelden noemen van hoe je kan voorkomen dat de aarde uitput. 

Slide 3 - Slide

Waar denk jij aan,
bij 'je invloed op de aarde'?

Slide 4 - Mind map

Hoeveel van de aarde gebruik jij?
Primaire levensbehoeften: voedsel, water, kleding en een huis. ( om te overleven )
Secundaire levensbehoeften: spullen die leven makkelijker maken
Jouw milieu: lucht, water, bodem (oa. voor voedsel en water, maar óók voor de sec.levensbehoeften!)

Slide 5 - Slide

Beïnvloeding van je milieu

Voorbeeld: het maken/gebruiken van je telefoon. 

Slide 6 - Slide

Mensen gebruiken de aarde op 4 manieren (bron 3): ecologische voetafdruk

1. Energie -> vaak afkomstig van energiebronnen uit de bodem, zoals aardgas en steenkool.
Nodig voor verwarming, verlichting, elektrische apparaten, koken, transport.

2. Voedsel en water (van de boer)
 Water is nodig om te drinken/ wassen/ voedsel te bereiden.
3. Grondstoffen. Jouw spullen bijvoorbeeld; gemaakt van grondstoffen zoals ijzer, hout, aardolie, steen, rubber en katoen.
4. Iedereen produceert afval: huishoudelijk afval, papier, plastic, afvalwater,gas

Slide 7 - Slide

Voedselkringloop en koolstofkringloop!

Slide 8 - Slide

Hoe voorkom je uitputting van de aarde? 
Teveel gebruik van aarde = uitputting
-> en dus tekort aan voedsel, water, energie, grondstoffen. 
Voedselkringloop = kringloop van mineralen en voedsel 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Voedselkringloop; op een rijtje: 
*De producenten (planten) leggen tijdens de fotosynthese energie uit zonlicht vast in glucose.
-> Planten gebruiken bij de fotosynthese water en koolstofdioxide. Uit de energierijke stof glucose, maken planten andere voedingsstoffen. 
-> De consumenten (dieren en mensen) gebruiken de voedingsstoffen die planten maken. De energie uit glucose komt vrij door de verbranding in je cellen. 
-> Afvaleters (insecten bv) eten dode resten (natuurlijk afval) van producenten en consumenten en maken het zo klein. 
 -> De reducenten (schimmels en bacteriën) zetten de resten om in mineralen. De planten nemen die mineralen weer op.

Slide 11 - Slide

Koolstofkringloop
 (koolstofdioxide // glucose)

Beredeneer:
Fotosynthese/verbranding?

Wie leggen er koolstof VAST?
Wie maken er koolstof VRIJ?





Slide 12 - Slide

Koolstofkringloop
De kringloop van fotosynthese en verbranding. 

* In de kringloop zit een koolstofdeeltje (C) dat in beide formules terugkomt (koolstofdioxide // glucose)

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Wat is het probleem van teveel CO2?

Slide 15 - Slide

Over die kringlopen..
Gesloten kringloop: als de verbruikte stoffen ook weer aangevuld worden.
Compost: mest voor de tuin, gemaakt door GFT-afval
Recyclen: hergebruiken.

Slide 16 - Slide

Wie zijn de producenten van het voedselkringloop
A
planten
B
dieren
C
schimmels
D
bacteriën

Slide 17 - Quiz

In de voedselkringloop is de vliegenzwam een ... ?
A
Producent
B
Reducent
C
Consument
D
Afvaleter

Slide 18 - Quiz

Hoe noem je het proces waarbij planten energie maken?

Slide 19 - Open question

Voedsel, water, kleding en een huis. Dat zijn voorbeelden van een
A
Secundaire levensbehoefte
B
Primaire levensbehoefte
C
Normale levensstandaard
D
Alledrie waar

Slide 20 - Quiz

Bereken je eigen voetafdruk!

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link

Slide 23 - Link

Zijn er nog vragen? 
(3 t/m 7)

Slide 24 - Slide