3.2 De opkomst van het nationaalsocialisme

De opkomst van het nationaalsocialisme
Het interbellum
Duitsland was vanaf 1918 een parlementaire democratie. Voor het eerst hadden alle Duitsers kiesrecht. Maar in 1932 stemde zo’n 40% van de Duitsers voor een partij die tégen democratie was. Kort daarna veranderde Duitsland in een dictatuur.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

De opkomst van het nationaalsocialisme
Het interbellum
Duitsland was vanaf 1918 een parlementaire democratie. Voor het eerst hadden alle Duitsers kiesrecht. Maar in 1932 stemde zo’n 40% van de Duitsers voor een partij die tégen democratie was. Kort daarna veranderde Duitsland in een dictatuur.

Slide 1 - Slide

§3.2
De opkomst van het nationaalsocialisme
A
Het nationaalsocialisme
Leerdoel:
Je kan vier belangrijke kenmerken van het nationaalsocialisme noemen.
Begrippen:
nationalisme
Führerprincipe
persoonsverheerlijking
Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP)
B
Hitler grijpt de macht
Leerdoel:
Je kan beschrijven hoe Adolf Hitler de macht greep.
Begrippen:
dictatuur

C
Duitsland wordt een totalitaire staat
Leerdoel:
Je kan met voorbeelden op politiek, sociaal en cultureel gebied uitleggen dat Nazi-Duitsland een totalitaire staat was.
Begrippen:
totalitaire staat
gelijkschakeling
indoctrinatie
  
militarisme
antisemitisme
  
SA
Gestapo
concentratiekampen
SS

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Adolf Hitler
  • Adolf Hitler - 20 april - Braunau  Am Inn 1898 - Oostenrijk. 
  • Geen makkelijke jeugd; School, Arm, vader stierf toen Hitler 14 was en moeder stierf toen Hitler 18 was.
  • Wenen - Schilder - 2 keer afgewezen
  • 1 jaar op straat geleefd - rijke (joden) mensen

Slide 5 - Slide

Hij identificeerde zich als Duitser en wilde bij Duitsland horen. Hij geloofde in het idee van een verenigd Duitsland waar alleen etnische Duitsers zouden wonen.


Voor München - WO I - 2 keer gewond


Hitler vond het soldatenleven geweldig.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Feitjes over Adolf Hitler
  • Afkomst van Hitler is niet helemaal zeker -> Vader - Alois Schicklgruber
  • WO I -> Snor scheren zodat het goed past in een gasmasker 
  • ‘De nobele jood’.
  • Hitler was fan van Disney -> vooral Sneeuwwitje en de zeven dwergen.
  • In 1938 riep Time Magazine Hitler uit tot man van het jaar. Genomineerd voor de Nobelprijs voor de vrede
  • Twee keer per dag diende Hitler zichzelf cocaïne toe via een inhalator.
  • 42 pogingen om Hitler te vermoorden.

Slide 8 - Slide

§3.2 De opkomst van het nationaalsocialisme  
A Het nationaalsocialisme

H3 het Interbellum

Slide 9 - Slide

Economische crisis
1929
- Beurskrach in VS
- Crisis slaat over naar Europa
- Dui extra zwaar getroffen   
   --> leningen Dawesplan stoppen / herstelbetalingen 

Slide 10 - Slide

Oprichting NSDAP
  • = Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij

  • Politieke partij
  • Opgericht in 1920 -> DAP
  • Leider: Hitler (1932)
  • Aanhangers: nationaalsocialisten / nazi's 

  • Politieke stroming: nationaalsocialisme


Slide 11 - Slide

Vier kenmerken van nationaal-socialisme

Slide 12 - Slide

1. (Extreem) Nationalisme
  • "Duitsland is het beste land"

  • "Duitsland moet weer sterk en machtig worden!" --> stoppen V.v.V.

Slide 13 - Slide


  • Het Duitse volk heeft Lebensraum (=levensruimte) nodig -->

  • Heim ins Reich: alle Duitsers moeten in één groot rijk wonen

  • Andere volken waren minder belangrijk en moesten plaatsmaken. 

Slide 14 - Slide

2. Tegen democratie
  • Eén sterke leider (Führer) die alle besluiten neemt en die iedereen gehoorzaamt = Führerprincipe
  • Persoonsverheerlijking = Leider als god vereren

Slide 15 - Slide

3. Militairisme
  • Verheerlijken militaire macht, strijd en oorlog
  • Knokploegen

Slide 16 - Slide

4. Antisemitisme
  • = Haat tegen Joden

  • Joden schuldig aan verlies WO1 en slechte economie

  • Rassenleer
    ( = Ubermensen en
    vb. Joden = untermenschen)

Slide 17 - Slide

4. Antisemitisme
Met deze antisemitische ideeën speelden ze in op gevoelens die al onder de Duitse bevolking bestonden.

 Duitsers vonden dat Joodse Duitsers niet tot het Duitse volk behoorden en wantrouwden hen.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Aan de slag

  • §3.2 A: opdracht 1 t/m 4
timer
10:00

Slide 20 - Slide

Ook Duitsland kreeg te maken de economische wereldcrisis die zijn hoogtepunt in 1933 kende: 8 miljoen werklozen.

Daarnaast had de Republiek van Weimar verschillende keren een nieuwe regering gekregen. Geen van deze regeringen wist de economische crisis op te lossen. 

Hitler beloofde de werkloosheid aan te pakken door te stoppen met de herstelbetalingen. 
§3.2
De opkomst van het nationaalsocialisme
B
DeBoze burgers
Hitler grijpt de macht

Slide 21 - Slide

In 1933 werd de NSDAP zo groot dat Hitler kon meeregeren.

Toen de Rijkstag (regeringsgebouw) in brand werd gestoken, gaf Hitler de communisten de schuld.

De noodtoestand werd uitgeroepen. Hitler kon nu overal in het land socialisten en communisten (zijn grootste tegenstanders) oppakken.

Communistische kranten en organisaties werden verboden. 
§3.2
De opkomst van het nationaalsocialisme
B
DeBoze burgers
Hitler grijpt de macht

Slide 22 - Slide

In 1933 liet Hitler ook nieuwe verkiezingen houden. De NSDAP kreeg 44% van de stemmen. 

Met hulp van twee andere partijen kon Hitler het parlement afschaffen: de democratie werd afgeschaft. 

Duitsland werd een dictatuur
§3.2
De opkomst van het nationaalsocialisme
B
DeBoze burgers
Hitler grijpt de macht

Slide 23 - Slide

Duitsland werd een totalitaire staat: het leven van de inwoners wordt volledig beheerst door de staat.

Er was geen ruimte voor mensen met andere ideeën.
Leerdoel:
Je kan met voorbeelden op politiek, sociaal en cultureel gebied uitleggen dat Nazi-Duitsland een totalitaire staat was.
§3.2
De opkomst van het nationaalsocialisme
C
DeBoze burgers
Duitsland wordt een totalitaire staat
Begrippen:
totalitaire staat
gelijkschakeling
indoctrinatie
  
SA
Gestapo
concentratiekampen
SS

Slide 24 - Slide

Om een nationaalsocialistisch land te maken, kwamen organisaties en media onder directe controle van de nazi's.

Dit heet gelijkschakeling:
  • Alle politieke partijen (behalve NSDAP) werden verboden)
  • Rechters stonden onder controle
  • Joodse Duitsers verloren hun baan
  • Alle media (radio, kranten) kwamen onder controle
  • Alle organisaties onder leiding van nationaalsocialisten
  • Er was propaganda en indoctrinatie: de mening van de nazi's werden opgedrongen aan anderen
  • Alle jeugdorganisaties werden opgeheven en vervangen voor de Hitlerjugend en de Bund Deutscher Mädel. De jeugd werd hier gehersenspoeld. 
§3.2
De opkomst van het nationaalsocialisme
C
DeBoze burgers
Duitsland wordt een totalitaire staat

Slide 25 - Slide

De nazi's gebruikten terreur (bangmakerij):

  • De Gestapo was de geheime politie. Ze bedreigden politieke tegenstanders en sloten ze op in concentratiekampen.
  • De SA was een bewapende knokploeg die tegenstanders intimideerde of in elkaar sloeg.
  • De SS begon als lijfwacht van Hitler, maar werd later een organisatie die de vervolging van de joden organiseerde. 
§3.2
De opkomst van het nationaalsocialisme
C
DeBoze burgers
Duitsland wordt een totalitaire staat

Slide 26 - Slide