This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
H1 Conjunctuur
Slide 1 - Slide
Lesdoelen, je kunt:
uitleggen wat procyclische en anticyclische variabelen zijn
de gevolgen uitleggen van hoog- of laagconjunctuur
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Een (rode) trendlijn die de gemiddelde reële economische groei weergeeft. Een (blauwe) conjunctuurlijn die de schommelingen in de economie weergeeft. Goede tijden, boven de trend: hoogconjuctuur. Slechte tijden, onder de trend: laagconjunctuur.
Wat zien we in de grafiek?
Slide 4 - Mind map
Begrippen conjunctuur
Procyclische variabelen => volgen het patroon van de conjunctuurlijn. Voorbeeld?
als economische groei hoog, consumptie ook hoog
Anticyclische variabelen => bewegen tegengesteld aan de conjunctuurlijn. Voorbeeld?
als economische groei hoog, werkloosheid laag
Slide 5 - Slide
Gevolgen van de conjunctuur
Werkloosheid (hoger in laagconjunctuur)
Overheidsfinanciën (meer uitkeringen betalen & minder belasting ontvangen, dus groter tekort in laagconjunctuur)
Internationale handel (export lager in laagconjunctuur)