Nederlands 3GTA 13 oktober

Plattegrond
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Plattegrond

Slide 1 - Slide

Mees
Kevin
Allyssa
Joop
Pim
Spencer
Topanga
Leks
Davey
Deik
Anthony
Demi
Wessel
Lars
Marijn
Naomi

Slide 2 - Slide

Wat wil ik zien
Binnenkomst: kauwgum in de prullenbak, telefoon in de telefoontas, spullen op tafel, tassen van tafel, leesboek open.
Stil lezen: boeken zijn open, je leest 10-15 minuten in stilte.
Instructie/klassikaal werken: Als we de stof bespreken doe je actief mee, dit zie ik doordat je aantekeningen maakt, de juiste blz. voor je neus hebt, je vinger opsteekt als je iets wil zeggen en antwoord geeft op gestelde vragen.

Slide 3 - Slide

Wat wil ik zien
Zelfstandig werken: Je praat op een fluisterniveau met degene naast je. Dit betekent dat hij/zij je kan verstaan, maar iemand anders niet. Je bent actief aan het werk, dit zie ik doordat je je boek open hebt en de antwoorden in je schrift zet.

Dit gaat al heel goed! Ga zo door.

Slide 4 - Slide

Afspraken
Na waarschuwing toch nog kauwgom in? --> Kauwgom krabben
Naam op het bord = waarschuwing
Streepje = strafwerk
Twee streepjes = gele brief

Bij goed werken kan je naam altijd van het bord.

Slide 5 - Slide

timer
10:00

Slide 6 - Slide

  • Formatieve toets zinsdelen en samengestelde zinnen
  • Uitleg leestekens
  • Oefenen leestekens
  • Zelfstandig werken

Slide 7 - Slide


  • Ik kan de persoonsvorm(en) in een zin vinden
  • Ik kan een zin in zinsdelen verdelen
  • Ik kan ow, lv. mv en bwb vinden
  • Ik weet wat voegwoorden zijn en kan deze aanwijzen in een zin
  • Ik kan de juiste leestekens plaatsen in een zin

Slide 8 - Slide

Formatieve toets
Maak de formatieve toets zo serieus mogelijk
Ik kijk de toetsen na en op basis daarvan wordt bepaald wat je de komende lessen nog moet doen.

Proefwerk: 30 oktober

Slide 9 - Slide

Theorie leestekens
Leestekengebruik is belangrijk! Het zorgt ervoor dat je tekst soepel leest.

Slide 10 - Slide

Leestekens
Leestekens die nodig zijn om de tekst goed te kunnen lezen;
  • Hoofdletter
  • Punt
  • Vraagteken
  • Uitroepteken
  • Komma
  • Dubbele punt
  • Aanhalingsteken

Slide 11 - Slide

Aanhalingstekens
Aanhalingstekens gebruik je als je letterlijk opschrijft wat iemand zegt. Dit noem je ook wel een citaat.

Het citaat staat tussen de aanhalingstekens. Kijk maar: 
Maartje zegt: 'Hoe laat is het?'

Slide 12 - Slide


We oefenen samen met de startopdracht en opdracht 1
Opdracht 3, 4 en 6 schrijf je in je schrift. Doe zoals de opdracht zegt, dus: neem de zinnen over!
Schrijf de antwoorden op de afgesproken manier in je schrift


timer
20:00

Slide 13 - Slide

Opdracht 1 tm 4 + 6 blz. 32 en 33

Slide 14 - Slide