Deel C

Keuzevak Digispel
Aryon - Thomas - Stan - Maxim - Simone - Emma - Bas -Jake

Theorie
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Keuzevak Digispel
Aryon - Thomas - Stan - Maxim - Simone - Emma - Bas -Jake

Theorie

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • je weet welke game-elementen er zijn
  • je weet hoe je games kunt ontwikkelen
  • je weet uit welke onderdelen een game bestaat
  • je weet waarom geluid in een game belangrijk is
  • je weet wat een prototype is
  • je weet met welke software games gemaakt worden
  • je weet wat K.I.S.S. is 

Slide 2 - Slide

Game-elementen
Game-elementen zijn alle onderdelen in je game. Het zijn de losse bouwstenen van je game. 

Aanklikken: je klikt ergens op, dan gebeurt er iets.
Bediening: je kunt met een toetsenbord iets verplaatsen.
Drag and drop: je sleept iets naar een bepaalde plek.
Feedback: je krijgt uitleg of informatie. De score hoort bijvoorbeeld ook bij feedback.
Lopen, rennen en springen: je kunt je karakter laten bewegen.
Muisvervanging: je kunt de cursor veranderen voor een figuur.
Tijd: met tijd kun je spanning opbouwen.
Schiet: je kunt doelen en voorwerpen raken door te schieten.
Achtergronden: met bewegende achtergronden kun je een game meer tot leven brengen.
Competitie: je wilt steeds een hogere score halen.

Slide 3 - Slide

Ontwikkelen van games
  • Voor het ontwikkelen van karakters en speelvelden kun je gebruikmaken van verschillende programma’s.
  • Om snel tekeningen te maken voor je game kun je gebruikmaken van tekensoftware en pixel-editors.  
  • Maak gebruik van pixels of simpele vormen. Pixels zijn gekleurde punten op een beeldscherm of in een digitale afbeelding. 
  • Bij een digispel kom je vaak de term sprite tegen. Dit is een 2D-afbeelding of animatie die in je spel terugkomt. Om sprites te maken kun je veel verschillende tekenprogramma’s gebruiken.

Slide 4 - Slide

Ontwikkelen van games
  • Adobe Photoshop en Illustrator: Dit zijn heel uitgebreide foto- en tekenprogramma’s. 
  • GIMP: Dit is een heel uitgebreid programma vergelijkbaar met Photoshop
  • Paint:  is een makkelijk tekenprogramma. Het heeft niet heel veel functies, maar is wel erg geschikt voor digitale schetsen.
  • Met Pixel kun je gemakkelijk foto’s bewerken. En het is gratis. De functies zijn soms wat beperkt.
  • Met Piskel kun je makkelijk online sprites maken. Het is gratis en makkelijk in gebruik.
  • Pixie is een simpele, maar krachtige editor om sprites te maken.

Slide 5 - Slide

Onderdelen van je eerste spel
Je hebt sprites, backgrounds, objects, rooms en sounds.
  • Sprites: Dit zijn de plaatjes in het spel. Het zijn je karakters en kunnen ook voorwerpen zijn enzovoort. Sommige sprites zijn gelijk ook objects.
  • Objects zijn de voorwerpen in het spel die iets doen. Het kan gaan om de muren, de spelers enzovoort. Alle objects zijn sprites.
  • Backgrounds zijn de achtergronden. Zij maken als het ware je level. 
  • Rooms:  Dit zijn de speelvelden. In het speelveld speel je het spel
  • Sounds: Dit zijn de geluiden. Elk goed spel heeft geluid. Met geluid kun je goed een sfeer oproepen. Ook kan een geluid een beloning zijn. Goed geluid is erg belangrijk voor je spel.


Slide 6 - Slide

Geluid in een game
Een goed spel kan niet zonder geluid. 
Een game zonder geluid is saai. 
Met een geluid creëer je de sfeer van je spel.
 Ook kan het dienen als beloning. 
Veel gamedesigners maken gebruik van bestaande geluiden. 
Een goede site voor het vinden van geluidsmateriaal is: www.freesound.org.
 Je kunt natuurlijk ook zelf geluidsfragmenten bewerken.

Slide 7 - Slide

Prototype maken en testen
Een prototype is een uitgewerkt idee van je functioneel ontwerp. 
Het gaat daarbij om een eerste model van een game. 
Met een prototype kun je bepaalde dingen uitproberen.


Slide 8 - Slide

Software om games te maken
Als je je spel wilt gaan ontwikkelen kun je verschillende programma’s gebruiken.

GameMaker
Construct 2
Gamesalad (Mac)
Scratch

Slide 9 - Slide

K.I.S.S.
  • Zorg daarom bij je eerste game dat je het klein houdt. 
  • Je kunt gebruikmaken van het K.I.S.S.-principe. 
  • Dat staat voor Keep It Short and Simple. Houd het kort en simpel. 
      (Sommigen zeggen dat de betekenis is Keep It Simple, Stupid.)

Slide 10 - Slide

Lesdoelen
  • je weet welke game-elementen er zijn
  • je weet hoe je games kunt ontwikkelen
  • je weet uit welke onderdelen een game bestaat
  • je weet waarom geluid in een game belangrijk is
  • je weet wat een prototype is
  • je weet met welke software games gemaakt worden
  • je weet wat K.I.S.S. is 

Slide 11 - Slide