H5 en 6 herhaling

H5 en 6 herhaling
havo 2024 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

H5 en 6 herhaling
havo 2024 

Slide 1 - Slide

Tijdvak 5 is de .......................... eeuw
A
17e
B
16e
C
15e
D
14e

Slide 2 - Quiz

Humanisme betekent
A
Leven waarin god centraal staat
B
Leven waarbij de mens centraal staat
C
Godsdienst waarbij de natuur belangrijkst is
D
Een ander woord voor reformatie

Slide 3 - Quiz

middeleeuwen
renaissance

Slide 4 - Drag question

Erasmus
Luther
Calvijn
Trouw aan de katholieke kerk
Uit de katholieke kerk gezet
Humanist
Kritiek op aflaathandel
Meest extreem
Vertaalde Bijbel in het Duits

Slide 5 - Drag question

De trans-Atlantische slavenhandel was onderdeel van de
A
VOC
B
Handelskapitalisme
C
Driehoekshandel
D
WIC

Slide 6 - Quiz

Wat is geen gevolg van de ontdekkingsreizen
A
De binnenlanden werden gekoloniseerd
B
In de kolonies werden plantages gesticht
C
Er kwamen handelsposten
D
Het christelijk geloof werd naar Amerika gebracht

Slide 7 - Quiz

Wat hoort niet bij tijdvak 5?
A
Het begin van de Europese Expansie
B
Wereldeconomie en Handelskapitalisme
C
De Renaissance
D
De Nederlandse Opstand

Slide 8 - Quiz

Karel V was geen
A
Koning van Spanje
B
Landsheer van de Nederlanden
C
Koning van Engeland
D
Keizer van het heilige roomse rijk

Slide 9 - Quiz

Bloedplakkaten
A
wetten om de opstandige adel te straffen
B
klachten tegen het regime van Karel V
C
wetten om ketters te vervolgen
D
Klachten tegen de katholieke kerk

Slide 10 - Quiz

Wat is geen onderdeel van de Collaterale Raden?
A
De geheime raad
B
De raad van state
C
De raad van financien
D
De bloedraad

Slide 11 - Quiz

Waarom trad Karel V af?
A
Luther
B
Augburgse Religievrede
C
Bloedplakkaten
D
Hij ging trouwen

Slide 12 - Quiz

1555
1566
1567
1568
1584
1588
1648
Fillips II wordt koning
Vrede van Munster
Beeldenstorm
Alva komt naar NL
Begin gewapende opstand
Moord op Willem van Oranje
Republiek der 7 Verenigde Nederlanden.

Slide 13 - Drag question

Een kruistocht is:
A
Een heilige tocht van monniken met een kruis door een middeleeuwse stad.
B
Een tocht naar het Midden-Oosten, een soort middeleeuwse vakantie.
C
Een tocht naar Jeruzalem waarbij de christenen verslagen moeten worden
D
Een tocht vanuit Europa om het Heilige Land te veroveren.

Slide 14 - Quiz


De moedernegotie
A
was het pasgeboren kind van de prins.
B
was de stapelmarkt in Amsterdam.
C
was de winstgevende Oostzeehandel van graan.
D
was de driehoekshandel.

Slide 15 - Quiz

regent
Zet de juiste betekenis bij het juiste begrip.
Stadhouder
Gouden Eeuw
Bestuurder van de Republiek
Aanvoerder van leger en vloot
De periode van welvaart en van de bloei van de kunst en wetenschap in de Republiek tussen 1588 en 1672.

Slide 16 - Drag question

Verbind de verschillende gebeurtenissen uit de gouden eeuw van mensen die naar de Republiek kwamen met de juiste categorie.
Economisch
Religieus
Wetenschap
Vanuit Zuidelijke Nederlanden (België) vluchtten veel kooplieden naar Holland.

Vaak rijke mensen die geld en hun contacten meenamen.

Joden uit Spanje, Portugal en Midden-Europa naar Nederland.

Mensen komen naar Nederland om hun kritische boeken te publiceren.
Vanaf 1685 komen hugenoten (Franse protestanten) naar Nederland door Lodewijk XIV.

Slide 17 - Drag question

De oorzaken van het 12 jarig bestand waren?
A
Ruzie tussen prins Maurits ,Oldenbarnevelt en bankroet Spanje.
B
Bankroet Spanje, piraterij door kapers uit Duinkerken
C
Bankroet Spanje, Hollandse handelaren wilden weer handelen met Spanje.
D
Hollandse gewesten en Spanje wilden weer met elkaar kunnen handelen.

Slide 18 - Quiz

Wat is mercantilisme?
A
Het goddelijk recht van koningen om alle macht te hebben
B
Dat de koning boven de wet staat
C
Een militair bondgenootschap tussen Frankrijk en Engeland
D
Het beleid om de eigen handel te stimuleren en belasting te hebben op import

Slide 19 - Quiz

1672 wordt het Rampjaar genoemd omdat:
A
De Nederlanden Amsterdam verloren als stapelmarkt van de wereld.
B
de Nederlanden werden aangevallen door Frankrijk, Engeland, Keulen en Münster.
C
De Nederlanden werden aangevallen door Duitsland, Rusland en Italië.
D
De Nederlanden de godsdienstige oorlog tegen de Rooms-Katholieke kerk leken te verliezen.

Slide 20 - Quiz