This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
to (online) English class 👋🏻
Slide 1 - Slide
Video Assignment
Deadline inleveren video-opdracht:
Vrijdag 28 mei 2021 (volgende week vrijdag)
Via OneDrive! :)
Slide 2 - Slide
4.1 Present Simple
4.2 Plaats van 't bijwoord
4.3 Can
4.4 Could
4.5 Some & Any
4.6 Short Answers
5.7 Present Continuous
5.8 Present Simple & Continuous
6.1 Past Simple
6.3 "TO BE" Past Simple
6.4 Vergelijken
6.8 Question Tags
Test Unit 4 & 6: donderdag, 10 juni 2021
How are we doing so far?
Slide 3 - Slide
Hoe sta jij nu in dit hoofdstuk? Heb je het gevoel dat het lukt? Heb je er vertrouwen in dat dit goed gaat komen? Vind je de onderwerpen goed te doen?
😒🙁😐🙂😃
Slide 4 - Poll
Slide 5 - Slide
Degrees of Comparisons
Trappen van Vergelijking
Slide 6 - Slide
Wanneer je iets vergelijkt met iets anders, bijvoorbeeld als iets of iemand groter of sneller of leuker of mooier is, dan noemen we dat de vergrotende trap.
groot groter
Slide 7 - Slide
Als we dingen vergelijken en iets is het aller mooist of grootst of leukst, dan noemen we dit de overtreffende trap.
groot groter grootst
Slide 8 - Slide
Om in het Engels te kunnen vergelijken, is het belangrijk om de lettergrepen te tellen van een woord. Wat zijn lettergrepen?
Slide 9 - Open question
Noem een Engels woord van 1 lettergreep.
Slide 10 - Open question
Vergrotende Trap:
This dog is smaller than that one.
That dog is the smallest dog ever.
1 LETTERGREEP
Overtreffende Trap:
"WOORD" + ER
"WOORD" + EST
Slide 11 - Slide
Let's see if you can do this..
Slide 12 - Slide
Complete the sentence: "Here is Eva. She's six years old. Her brother is nine, so Eva is ... ."
A
young
B
younger
C
loungen
D
youngest
Slide 13 - Quiz
Complete the sentence: "Your best friend is the ... guy I have ever met ."
A
tall
B
taller
C
tallen
D
tallest
Slide 14 - Quiz
Complete the sentence: "Kai doesn't work that hard. I work ... (hard)."
Slide 15 - Open question
Complete the sentence: "Those are the ... (nice) flowers ever."
Slide 16 - Open question
Vergrotende Trap:
This dog is more beautiful than that one.
That dog is the most beautifuldog ever.
3 LETTERGREPEN
Overtreffende Trap:
MORE + "WOORD"
MOST + "WOORD"
Slide 17 - Slide
Complete the sentence: "Krimpen has the ... (expensive) houses ever."
Slide 18 - Open question
Complete the sentence: "I think those shoes are ... (beautiful) than these right here.)
Slide 19 - Open question
Vergrotende Trap:
This dog isprettier than that one.
That dog is the prettiestdog ever.
2 LETTERGREPEN
Overtreffende Trap:
"WOORD" + ER
"WOORD" + EST
die eindigen op
-LE, -ER, -OW, -Y
Slide 20 - Slide
Vergrotende Trap:
This dog is more quiet than that one.
That dog is the most quietdog ever.
2 LETTERGREPEN
Overtreffende Trap:
MORE + "WOORD"
MOST + "WOORD"
die NIET eindigen op
-LE, -ER, -OW, -Y
Slide 21 - Slide
Aantal lettergrepen
comparativeform
VergrotendeTrap
superlative form
Overtreffende Trap
1 Lettergreep
small
... +ER + THAN
smaller than
THE + ... +EST
the smallest
2 Lettergrepen
op -le, -er, -ow, -y
simple
... +ER + THAN
simpler than
THE + ... +EST
the simplest
2 Lettergrepen
boring
MORE + ... + THAN
more boring than
THE MOST + ...
the most boring
3 (of meer) Lettergrepen
beautiful
MORE + ... + THAN
more beautiful than
THE MOST + ...
the most beautiful
Slide 22 - Slide
Uitzonderingen:
good - better - best
bad - worse - worst
Slide 23 - Slide
Let's see if you can do this..
Slide 24 - Slide
Complete the sentence: "This is the ... (difficult) exercise on the worksheet."
Slide 25 - Open question
Complete the sentence: "Ms Butter is the ... (bad) teacher in the country."
Slide 26 - Open question
Complete the sentence: "My life is ... (boring) than yours."
Slide 27 - Open question
Complete the sentence: "She is much ... (nice) than her sister."
Slide 28 - Open question
Complete the sentence: "This is the ... (interesting) book I have ever read."
Slide 29 - Open question
Complete the sentence: "She is the ... (good) tennis player in the world."
Slide 30 - Open question
Snap je dit onderwerp en denk je dit goed toe te kunnen passen in een Engelse zin?
A
Ja!
B
Jawel, maar ik wil er nog mee oefenen.
C
Jawel, maar ik zou het fijn vinden het nog even te herhalen.