What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
6.4 Transistor
Klas binnenkomen
Ga rustig naar je plaats
Mobil uit & in je tas
Je bent startklaar voor de les
Aandacht voor de docent
(let op teken docent!)
1 / 41
next
Slide 1:
Slide
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
This lesson contains
41 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Klas binnenkomen
Ga rustig naar je plaats
Mobil uit & in je tas
Je bent startklaar voor de les
Aandacht voor de docent
(let op teken docent!)
Slide 1 - Slide
Tijdens de les
Doe actief mee
stoor niet
Bij vragen eerst je vinger opsteken
Houd het lokaal netjes
Slide 2 - Slide
6.4 Transistor
Slide 3 - Slide
Wat gaan we doen vandaag?
Herhaling 6.3 (5min)
Uitleg paragraaf 6.4 (10 min)
Zelfstandig werken 6.4 (20 min)
Afsluiting/Vragen 6.4 (10 min)
Slide 4 - Slide
Lesdoelen
Je kunt de verschillende onderdelen van een transistor benoemen.
Je kunt in een schakelschema met een transistor zien of er een apparaatstroom gaat lopen
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Transistor
- Schakelaar / stroom versterkt doorgeven
- 3 aansluitpunten: basis (B), collector (C) en emitter (E)
- Toepassingen: versterker --> stroom versterkt doorgeven, processor van een computer --> schakelaar
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Werking transistor
Drie aansluitpunten
1) collector (C)
2) basis (B)
3) emitter (E)
Kleine stroom B naar E,
grote stroom C naar E
Slide 9 - Slide
Geen signaal
Geen stroom van basis naar emitter —>
Geen stroom van basis naar emitter
Wel signaal
Zwakke stroom van basis naar emitter —>
Grote stroom van basis naar emitter
Slide 10 - Slide
Werking transistor
Inbraak alarm
Slide 11 - Slide
Zelfstandig werken
Wat
: Maak hoofdstuk 6.4 (opgaven: 51 t/m 64 blz. 63 t/m 66)
Hoe
: 20 min zelfstandig werken, daarna mogen jullie overleggen.
Hulp
: Nova boek / Docent
Tijd
: Tot 10 min voor het einde van de les.
Uitkomst
: 6.4 af
Klaar
: Test jezelf maken.
timer
20:00
Slide 12 - Slide
Even testen
Hierna komen allemaal testvragen (25 stuks)
Wat weet je nog van dit hoofdstuk??
Slide 13 - Slide
Hoe loopt de hoofdstroom in een transistor?
A
Van emitter naar collector
B
Van emitter naar basis
C
Van basis naar collector
D
Van collector naar emitter
Slide 14 - Quiz
Wat betekent LDR
A
Licht Door Resistent
B
Light Dependant Resistor
C
Ligt Daar te Rusten
D
Langs De Regenboog
Slide 15 - Quiz
Waarop reageert een LDR
A
op licht, hoe meer licht des te lager is de weerstand
B
op licht, hoe minder licht des te lager is de weerstand
C
op warmte, hoe meer warmte des te lager is de weerstand
D
op warmte, hoe minder warmte des te lager is de weerstand
Slide 16 - Quiz
Als er licht schijnt op een LDR wat gebeurt er dan
A
Niets
B
De weerstand wordt groter
C
De weerstand wordt kleiner
Slide 17 - Quiz
Als er warmte komt op een LDR wat gebeurt er dan
A
Niets
B
De weerstand wordt groter
C
De weerstand wordt kleiner
Slide 18 - Quiz
Wat betekent NTC
A
Niet te concentreren
B
Nader te communiceren
C
Negatief te communiceren
D
Negatieve Temperatuur Coëfficiënt
Slide 19 - Quiz
Waarop reageert een NTC
A
op licht, hoe meer licht des te lager is de weerstand
B
op licht, hoe minder licht des te lager is de weerstand
C
op warmte, hoe meer warmte des te lager is de weerstand
D
op warmte, hoe minder warmte des te lager is de weerstand
Slide 20 - Quiz
Als er warmte komt op een NTC wat gebeurt er dan
A
Niets
B
De weerstand wordt groter
C
De weerstand wordt kleiner
Slide 21 - Quiz
Welk symbool
zie je hier?
A
LED
B
Diode
C
Transistor
D
Reedcontact
Slide 22 - Quiz
Hoe heet een schakelaar die werkt met een permanente magneet?
A
Relais
B
Reedcontact
C
Transistor
D
Dynamo
Slide 23 - Quiz
Welk onderdeel laat de stroom maar in één richting door?
A
LDR
B
NTC
C
LED
D
Relais
Slide 24 - Quiz
Wat is de functie van het relais?
A
Het relais meet de spanning
B
Het relais werkt als spanningsdeler
C
Het relais meet de stroomsterkte
D
Het relais werkt als schakelaar
Slide 25 - Quiz
Welke apparatuur staat
op de foto?
A
krachtmeter
B
weegschaal
C
transformator
D
relais
Slide 26 - Quiz
Een relais werkt als volgt:
A
Het verhoogt of verlaagt de spanning van 10.000V naar 230V
B
Is een elek. magnetische schakelaar. Door spanning door een spoel kan je een andere stroom inschakelen.
C
Een elektrisch schakelcontact in een glazen buisje dat bediend wordt door een magnetisch veld.
Slide 27 - Quiz
Hoeveel "pootjes" heeft de transistor?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 28 - Quiz
Een transistor is een elektrische schakelaar. Welke 3 aansluitpunten heeft de transistor?
A
a, b, c
B
b, c, d
C
b, c, e
D
c, d, e
Slide 29 - Quiz
Een TRANSISTOR heeft 3 belangrijke punten: B,C,E
A
B is BASIS, C is COLLECTOR, E is ENERGIE
B
B is BASIS, C is CAPACITEIT, E is ENERGIE
C
B is B-STROOM, C is COLLECTIEF, E is EMITTER
D
B is BASIS, C is COLLECTOR, E is EMITTER
Slide 30 - Quiz
Hoe loopt de hoofdstroom in een transistor?
A
Van emitter naar collector
B
Van emitter naar basis
C
Van basis naar collector
D
Van collector naar emitter
Slide 31 - Quiz
Gaat de zoemer zoemen als de deur opengaat?
A
Nee, want dan is het reedcontact dicht
B
Ja, want dan is het reedcontact dicht
C
Nee, want dan is het reedcontact open
D
Ja, want dan is het reedcontact open
Slide 32 - Quiz
Wat is een relais?
A
Een elektrische schakelaar
B
Een magnetische schakelaar
C
Een lichtschakelaar
D
Een drukschakelaar
Slide 33 - Quiz
Wanneer loopt er een stroom door een reedcontact (uiteraard in een verder gesloten schakelaar)?
A
Als er een lampje in de schakeling is opgenomen
B
Als er een weerstand in de schakeling is opgenomen
C
Als een magneet zich bevindt in de buurt van een reedcontact
D
Als een stukje ijzer zich bevindt in de buurt van een reedcontact
Slide 34 - Quiz
Hoe loopt de hoofdstroom in een transistor?
A
Van emitter naar collector
B
Van emitter naar basis
C
Van basis naar collector
D
Van collector naar emitter
Slide 35 - Quiz
Je ziet in de afbeelding het symbool van een ......
A
NTC
B
PTC
C
LDR
D
LED
Slide 36 - Quiz
Welke weerstand zit er in een thermometer?
A
NTC
B
POTMETER
C
LDR
D
CONDENSATOR
Slide 37 - Quiz
Spanning is 230 Volt en de stroom is 10 Ampere.
Wat is de weerstand van het apparaat?
A
2,3 ohm
B
2300 ohm
C
23 ohm
D
0,04 ohm
Slide 38 - Quiz
Wat is de weerstand als een lampje op 6V werkt en er een stroom van 200mA doorheen gaat?
A
60 ohm
B
0.06 ohm
C
30 ohm
D
0.03 ohm
Slide 39 - Quiz
Wat vind je van deze les?
A
Ik vind het leuk!
B
niks aan
C
super lauw
Slide 40 - Quiz
Bedankt voor uw aandacht
Slide 41 - Slide
More lessons like this
6.4- Transistor
February 2020
- Lesson with
34 slides
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
hst 6 paragraaf 4 "de transistor"
January 2021
- Lesson with
35 slides
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3
6.4 Transistor
January 2023
- Lesson with
38 slides
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
H6 Paragraaf 4 "De transistor"
April 2022
- Lesson with
46 slides
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
6.3 Het relais
December 2019
- Lesson with
42 slides
Natuurkunde
Middelbare school
5.4 Automatische schakelingen 3v
May 2023
- Lesson with
30 slides
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3
les 7 H9 par. 9.5
July 2024
- Lesson with
50 slides
Natuurkunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 4
H9 - §9.5 Halfgeleiders
September 2022
- Lesson with
45 slides
Natuurkunde / Scheikunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4