Zakelijke brief - herhalingsles

Wat is meestal het tekstdoel van een zakelijke brief?
A
Amuseren
B
Overtuigen
C
Informeren
D
Activeren
1 / 23
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Wat is meestal het tekstdoel van een zakelijke brief?
A
Amuseren
B
Overtuigen
C
Informeren
D
Activeren

Slide 1 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een zakelijke brief?
A
briefje voor je moeder
B
mail aan je docent
C
sollicitatiebrief

Slide 2 - Quiz

Wat is een goede afsluiting voor een zakelijke brief?
A
Groetjes
B
Liefs
C
Met vriendelijke groet,

Slide 3 - Quiz

De tekst van een zakelijke brief bestaat uit ...
A
1 alinea
B
1 of 2 alinea's
C
3 alinea's

Slide 4 - Quiz

Wat is een goede aanhef voor een zakelijke brief?
A
geachte Mevrouw Blankers
B
Beste Joost
C
Geachte heer Van Der Sloot,
D
geachte heer van der Sloot,

Slide 5 - Quiz

In een zakelijke brief gebruik je formele taal.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Wat komt in een zakelijke brief VOOR de inleiding?
A
Plaats, datum
B
Kern
C
Adres van geadresseerde
D
Aanhef

Slide 7 - Quiz

Wat staat er in de inleiding van een zakelijke brief?
A
Wie je bent
B
Geachte meneer
C
Waarom je schrijft
D
Antwoord a en b

Slide 8 - Quiz

Hoe begin je een zakelijke brief?
A
Betreft
B
Eigen (adres)gegevens
C
Aanhef
D
Naam afzender

Slide 9 - Quiz

Veelgemaakte spelfouten
Hierna volgen een aantal vragen met veelgemaakte spel- en taalfouten die ik bij jullie heb gezien de afgelopen lessen. Let goed op en zorg dat je ze op het proefwerk niet maakt... ;) 

Slide 10 - Slide

Wat is goed?
A
Geachte mevrouw
B
Geachte mevrouw,

Slide 11 - Quiz

Wat is goed?
A
Geachte mevrouw De Boer,
B
Geachte mevrouw de Boer,

Slide 12 - Quiz

Wat is goed?
A
De klas vindt het vervelend dat...
B
De klas vinden het vervelend dat....

Slide 13 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
hij vindt
B
hij vind

Slide 14 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:

Dat (gebeuren)beslist niet!
A
gebeurt
B
gebeurd

Slide 15 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(Worden) ... toch eens volwassen!
A
Word
B
Wordt
C
Werd
D
Worden

Slide 16 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
hij onthoud
B
hij onthoudt

Slide 17 - Quiz

Wat is goed?
A
Ik kon gister mijn chromebook niet opladen, want ik was mijn oplader vergeten.
B
Ik kon gister mijn Chromebook niet opladen, want ik was mijn oplader vergeten.
C
Ik kon gister mijn Chromebook niet opladen, Want ik was mijn oplader vergeten.

Slide 18 - Quiz

Verbeter deze inleiding:
Naar aanleiding van dat ik mijn chromebook niet mocht opladen in de les terwijl ik hem de hele dag had gebruikt en ik dus op matriaal vergeten ben gezet schrijf ik u deze brief.

Slide 19 - Open question

Verbeter dit stukje tekst:
Als mijn laptop is kan ik hem niet opladen in de les. En ik mag niet ergens anders zitten van u. En als ik dat niet mag sta ik op materiaal vergeten en dan zijn mijn ouders weer boos.

Slide 20 - Open question

Verbeter dit slot:
Dus kan u niet wat meer stopcontacten doen in alle lokalen niet super veel maar gewoon wat meer dan dat er nu zijn.

Slide 21 - Open question

Verbeter deze inleiding met hoofdletters en interpunctie:
Naar Aanleiding van mijn vorige Nederlandse les ben ik op ¨Materiaal Vergeten¨ In Magister ben gezet omdat mijn Chromebook leeg was. Ik ben Piet Jan en zit in 3KB. Mijnt klacht is dat mijn straf voor Nederlands te heftig is

Slide 22 - Open question

Verbeter deze zin zodat deze beter geformuleerd is:
Naar aanleiding van vanmiddag Was mijn Chromebook leeg daarom schrijf ik u deze brief.

Slide 23 - Open question