Macht die Aufgaben (= maak de opdrachten)
Draai jouw startopdracht om.
Hier staat een opdracht waarbij je werkwoorden gaat vervoegen.
Lees goed en volg de stappen.
Je gaat eerst 5 minuten zelfstandig en alleen aan de slag.
Daarna bespreken wij het uitgebreid.
Klaar? Lees/leer de woorden over eigenschappen (Lektion 6 blz. 45)