AFP 2.3.3

Anatomie, Fysiologie en Pathologie



Les 3
Periode 3
Leerjaar 2
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Anatomie, Fysiologie en Pathologie



Les 3
Periode 3
Leerjaar 2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vorige les
Waardoor wordt legionellose veroorzaakt?
Wat bedoelen we met een superinfectie?
Wat gebeurt er bij een pneumonie?
Welke diagnostiek wordt er gebruikt om TBC vast te stellen?
Waar staat de afkorting SARS voor?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesindeling 
  1. Welkom + Rapid (5 min.)
  2. Herhaling vorige les (5 min.)
  3. Lesindeling en lesdoelen (5 min.)
  4. Theorie medicijnen (20 min.)
  5. Zelf aan de slag (30 min.)
  6. Theorie medicijnen (20 min.)
  7. Afsluiting en huiswerk (5 min.)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je:
  1. Benoemen welke medicijnen er gegeven kunnen worden bij bacteriële infecties, welke categorieën er zijn, welke bijwerkingen deze kennen en welke risico's deze met zich meebrengen
  2. Uitleggen welke medicijnen er gegeven worden bij schimmelinfecties en welke werking deze hebben.
  3. Uitleggen welke medicijnen er gegeven worden bij virusinfecties en welke werking deze hebben.
  4. Uitleggen welke medicijnen er gegeven worden bij infecties met protozoa en welke werking deze hebben.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Medicatie infectieziekten
Verschillende soorten infecties:
  • Bacteriën
  • Virussen
  • Schimmels
  • Protozoa
  • Wormen
  • Mijten

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Bacteriële infecties
Antibiotica: Veel soorten!
  • Bacteriocide: Bacteriedodend 
  • Bacteriostatisch: Bacteriegroeiremmende

  • Smalspectrum: Tegen beperkt aantal soorten
  • Breedspectrum: Tegen veel soorten (!)

  • Chronisch gebruik: verhoogd infectierisico
  • Preventief gebruik: veelal hartpatiënten 

Slide 7 - Slide

Breedspectrum antibiotica hebben de volgende nadelen:
- Doden ook nuttige bacteriën (darmen)
- Verstoring van evenwicht -> groei van gisten en schimmels doordat zij niet gevoelig zijn voor antibiotica 
Bacteriële infecties (2)
Therapietrouwheid:
  • Zwakste bacteriën gaan eerst dood
  • Sterkste bacteriën kunnen zich vermenigvuldigen

Bijwerkingen:
  • Overgevoeligheid (sensibilisatie): Jeuk, uitslag, benauwdheid

Resistentie: vb. MRSA
  • Bij voortijdig beëindigen van kuur, of onnodig gebruik breedspectrum ab.

Slide 8 - Slide

Bacteriën die de beste weerstand bieden blijven over en vermenigvuldigen zich
Zelf aan de slag
Open de opdracht 'Medicijnschema' in Cumlaude

Pak het boek 'Geneesmiddelenkennis' erbij.

Gebruik Hoofdstuk 13.1-13.5 om het schema
in te vullen
timer
30:00

Slide 9 - Slide

Er zijn enorm veel medicijnen...
Virale infecties
Virus: Heeft een gastheercel nodig!
  • Gastheercel maakt nieuwe virusdeeltjes
  • Bijvoorbeeld: verkoudheid, influenza, herpesinfectie, HIV/AIDS
  • Besmetting door contact- en druppelbesmetting

Geen causale therapie
  • Alleen preventie (vaccinatie, gebruik van condooms)
  • Alleen jouw afweersysteem werkt tegen virussen

Slide 10 - Slide

HIV tast afweersysteem aan -> extra gevoeligheid voor infecties

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Virale infecties (2)
Virustatica: Werkzaam tegen virusinfectie
  • Geneesmiddelen die tegen virus werken (remmen reproductie)
      - Bijvoorbeeld Zanamivir (Relenza) en Oseltamivir (Tamiflu)
  • Geneesmiddelen die eigen immuunsysteem stimuleren
      - Immunostimulantia -> Interferon (lichaamseigen stof)
      - Erg duur! Altijd toestemming van verzekeraar nodig...

HAART: Highly Active Anti-Retroviral Therapy (Combinatietherapie bij HIV)


Slide 12 - Slide

Herpes: Aciclovir (Zovirax), valaciclovir (Zelitrex) -> werkzaamheid is niet bewezen bij lokale toediening/zijn twijfels over
Schimmelinfecties
Schimmelinfectie (mycose)
  • Hardnekkig: langdurige behandeling nodig
  • Op huid, haren, nagels, in vagina en in darmen

Antimycotica: 
Fungicide: Schimmeldodend
Fungistatisch: Schimmelgroeiremmend

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Schimmelinfecties (2)
Antimycotica:
  • Eencellige schimmels (gist) -> Nystatine
  • Meercellige schimmels (dermatofyt)
  • Meestal lokale toediening en langdurig smeren 

Eindigen vaak op -conazol:
  • miconazol, ketoconazol, fluconazol

Slide 14 - Slide

Orale toediening van antimycotica kent teveel bijwerkingen, zoals bijvoorbeeld smaakverlies

na verdwijnen van schimmel nog 7 tot 14 dagen doorsmeren om alle schimmelsporen te vernietigen
Infecties met protozoa
Protozoa: eencellige dierlijke organismen
  • Darminfecties: amoeben
  • Vaginitis: Trichomonas vaginalis
  • Malaria: parasiet bij een mug

Antiprotozoaire medicijnen: Metronidazol, tinidazol
Malariaprofylaxe: Proguanil, hydrochloroquin, mefloquine

Slide 15 - Slide

Malariamedicijnen al gebruiken voordat men op reis gaat: gebruiker went aan bijwerkingen, opbouwen van bloedspiegel
Huiswerk
  • Lees 'Geneesmiddelenkennis voor DA' Hoofdstuk 13.1-13.5
  • Ga verder met jouw lijst van moeilijke woorden uit de lesstof. Geef de naam in het Nederlands en in het Latijn.
  • Maken Expert College (P): Borst- en longvliesontsteking
  • Maken en inleveren: ‘Opdrachtenblad medicatie’.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions