ARGO 5.5 bijvoeglijke bepaling

bijvoeglijke bepaling
ARGO 5.5
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

bijvoeglijke bepaling
ARGO 5.5

Slide 1 - Slide

In deze lessonup
Herhaal je de bijv. nw. van groep 1 en 2
Leer je wat bijvoeglijke bepalingen zijn
Leer je over de plaats van een bijv. bepaling in het Grieks

Slide 2 - Slide

Bijvoeglijke naamwoorden

  • Congrueren met een zelfstandig naamwoord
  • Kunnen alle naamvallen, geslachten en getallen hebben
  • Mannelijk op -ος, vrouwelijk op -η/-α, onzijdig op -ον
  • Twee heel klein beetje anders: μεγας en πολυς 

  
(zie TB p. 166) 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

De ρει-regel
Bijv. nw. met een ρ, ε of ι voor de uitgang, krijgen in de uitgangen van het vrouwelijk enkelvoud een α ipv een η

Slide 5 - Slide

Sleep de uitgangen naar het juiste geslacht
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
-ος
-ον

Slide 6 - Drag question

Waar of niet waar?
Een bnw heeft dezelfde uitgang als het znw waarmee het congrueert
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

τῃ (μακρος) μαχῃ
A
μακρῃ
B
μακρᾳ
C
μακραι
D
μακρα

Slide 8 - Quiz

οἱ (ἀγαθος) παιδες
A
ἀγαθες
B
ἀγαθαι
C
ἀγαθοι
D
ἀγαθα

Slide 9 - Quiz

την (μακρος) θεαν
A
μακραν
B
μακρην
C
μακρον
D
μακρα

Slide 10 - Quiz

Gaan de volgende bnw uit les 21 in het vrouwelijk volgens de ρει-regel of niet? Sleep ze op de juiste plek.
ρει-regel
niet ρει-regel
σοφος
wijs
ἀθλιος
ongeluk-kig
κακος slecht, laf
αἰσχρος lelijk, schandelijk
νεος nieuw, jong

Slide 11 - Drag question

bijvoeglijke bepaling
  • een bijv. bep. zegt iets over een zelfst. nw. 
  • voorbeelden van een bijv. bep.
  • - een bijv. nw. 
  • - een woord in de genitivus
  • - een voorzetselwoordgroep

Slide 12 - Slide

Voorbeelden in het Grieks
- een bijv. nw. 
ὁ κακος ἡρως
- een woord in de genitivus
ὁ των Ἀθηνων ἡρως
- een voorzetselwoordgroep
ὁ ἐν τῳ Ἀθηναις ἡρως

Slide 13 - Slide

Een bijvoeglijke bepaling is hetzelfde als een bijwoordelijke bepaling
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

Een bijv. bep. zegt iets over het werkwoord of over een zelfs. nw.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Een voorzetselbepaling kan een bijvoeglijke bepaling zijn
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

De plek van een bijv. bep.
1) Zonder lidwoord: voor of na het zelfst. nw.

κακος ἡρως
ἡρως κακος

των Ἀθηνων ἡρως
ἡρως των Ἀθηνων



Slide 17 - Slide

De plek van een bijv. bep.
2) Met lidwoord: 
a) tussen lidwoord en zelfs. nw. (net als in het NL)
ὁ κακος ἡρως
ὁ των Ἀθηνων ἡρως
b) na het zelfst. nw. met herhaling van het lidwoord
ὁ ἡρως ὁ κακος
ὁ  ἡρως ὁ των Ἀθηνων




Slide 18 - Slide

Dit is een goede Griekse woordgroep:
ὁ δημος ὁ ἀνδρειος
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

Dit is een goede Griekse woordgroep:
ὁ των ὁ Ἀθηναιων δημος
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

Dit is een goede Griekse woordgroep:
Ἀθηναιων δημος
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Ik begrijp de informatie over de bijvoeglijke bepaling
Heel goed, dank je
Best wel aardig
Een beetje denk ik
Ik heb complete error

Slide 22 - Poll