- Congruentie = overeenkomen in naamval, getal en geslacht.
ἡ ὑδρα = Nom sg F, congruerende woorden zijn dus:
1) δεινη, καλη, κακη, φοβερα, ἀνδρεια (NB: laatste twee ρ,ε,ι-regel)
2) πασα, εὐδαιμων, σωφρων
- Ieder woord heeft een vaste verbuiging, woordenlijst is leidend:
γυναιξι gaat volgens de gemengde groep (γυνη, γυναικος), δεινος niet
(δεινη, δεινον --> δεισι bestaat dus niet!)