Week 3

Module mediawijsheid
Klas 3
Week 3: les 5 + 6
1 / 54
next
Slide 1: Slide
MediawijsheidMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 54 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Module mediawijsheid
Klas 3
Week 3: les 5 + 6

Slide 1 - Slide

Vorige les heb je geleerd...
...hoe beeldbewerking en -manipulatie werkt.
... wat deep fakes zijn.
...hoe de journalistiek tegenwicht biedt aan nepnieuws.


Slide 2 - Slide

Deze les ga je...
...leren wanneer informatie betrouwbaar is.
...leren hoe je zelf berichten kunt controleren op betrouwbaarheid.
...nepnieuwsberichten schrijven voor je radio-uitzending.

Slide 3 - Slide

0

Slide 4 - Video

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Betrouwbaarheid
Nieuws in de klas heeft een checklist gemaakt om nieuws te controleren. De stappen staan hieronder in het kort.

1. Lees het hele bericht en niet alleen de titel.
2. Waar komt het artikel vandaan?
3. Is het satire of een column?
4. Welke bronnen zijn gebruikt?
5. Kijk wie het artikel geschreven heeft.
6. Controleer de datum.
7. Praat erover, vraag anderen

Slide 8 - Slide

Wat zijn de belangrijkste regels volgens jou? Leg uit.

Slide 9 - Open question

Betrouwbaarheid
Ga naar www.speld.nl en kies een satirisch nieuwsbericht.
Hoe weet je dat het hier om satire gaat?

Slide 10 - Slide

Betrouwbaarheid
Ga naar www.nieuwscheckers.nl en kies twee artikelen waarin een bewering is gecheckt.

Slide 11 - Slide

Waarop is het oordeel in de artikelen gebaseerd?

Slide 12 - Open question

Is het oordeel gebaseerd op één van de regels in de checklist?
Zo ja, welke regel en leg deze uit.
Zo nee, leg deze uit.

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Link

Waartoe moedigt Ruud Oosterhout de scholieren aan?

Slide 15 - Open question

Wat betekent 'polariserend'?
A
Ergens een streep door heen trekken.
B
Het heel koud maken
C
Verbinding maken tussen mensen
D
Onenigheid tussen mensen groter maken

Slide 16 - Quiz

Hoe kun je nepnieuws betrouwbaar laten lijken?

Slide 17 - Open question

Opdracht

Ga naar de volgende slide en open de site.

Je gaat nu zelf nepnieuws maken.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Nepnieuws
Er zijn verschillende strategieën die ingezet worden voor nepnieuws waarmee gespeeld wordt in bovenstaande game.

Slide 20 - Slide

Strategieën voor nepnieuws
Vermommen
Emotie
Complottheorieën om lezers te misleiden
Polariseren
Trollen
Diskrediet
je kan zelf het aantal clicks verzinnen, waardoor een bericht heel populair lijkt. Ook kan je reageren onder je eigen artikel en dat van anderen, om zo net te doen of heel veel mensen erover praten. Ruzie maken in de comments werkt ook goed, dat is ook een goede manier om te polariseren.
betekent dat je tegenstanders persoonlijk aanvalt
je voordoen als iemand anders om autoriteit te veinzen
een kop en een plaatje bij elkaar zoeken die emotie oproepen
tegenstellingen opkloppen en net doen alsof mensen boos op elkaar zijn. Zo verleid je mensen om een kant te kiezen. Goed voor de clicks
"Wat je niet verteld wordt maar wat toch waar is!" "Grote cover-up!"

Slide 21 - Drag question

Pizzagate
Tijdens de presidentsverkiezing van 2016 in de Verenigde Staten is een pizzeria beschoten vanwege een verhaal over een vermeend pedofielennetwerk. Het netwerk zou verbonden zijn met presidentskandidaat Hillary Clinton. Het bleek niet waar. Dit verhaal wordt ook wel pizzagate genoemd.

Slide 22 - Slide

Zoek op internet naar ‘Pizzagate’ en noteer welke van de strategieën toegepast zijn bij de totstandkoming van Pizzagate. Kies uit: vermommen, emotie, complottheorieën om lezers te misleiden, polariseren, trollen, diskrediet.

Slide 23 - Open question

Lesdoelen behaald?
Beantwoord de vragen op de volgende slides om te bepalen of je de lesdoelen van deze les hebt behaald.

Slide 25 - Slide

Ik weet hoe ik berichten kan controleren op betrouwbaarheid.
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Ik kan berichten controleren op betrouwbaarheid.
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quiz

Ik weet welke strategieën er zijn bij de verspreiding van nepnieuws.
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quiz

Ik kan de verschillende strategieën die gebruikt worden bij de verspreiding van nepnieuws herkennen en benoemen.
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quiz

Nu is het aan jullie!
Volgende week gaan we naar de TechSpace. Hier gaan jullie een radio-uitzending opnemen. Deze les ga je je voorbereiden op de opname.

Slide 30 - Slide

Opdracht: radio-uitzending nepnieuws
  • Je werkt in tweetallen.
  • Bedenk minimaal 3 nieuwsitems die nep zijn.
  • Zorg wel dat ze geloofwaardig zijn.
  • Schrijf de nieuwsberichten helemaal uit.
  • Volgende week spreek je alles in en mix je alles af, compleet met jingles en intro's.

Slide 31 - Slide

Einde van deze les

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

NEPNIEUWS KOMT TOT STAND DOOR SOCIALE MEDIA.
A
juist
B
onjuist

Slide 34 - Quiz

Onjuist: nepnieuws is niet nieuw. Vroeger was er ook al sprake van valse berichten. Maar met de komst van sociale media worden valse berichten sneller verspreid en daardoor is de impact veel groter.

Slide 35 - Slide

SOCIALE MEDIA ZORGEN ERVOOR DAT WE ONS BETER EN
GERICHTER INFORMEREN.
A
juist
B
onjuist

Slide 36 - Quiz

Onjuist: Facebook creëert een filterbubble. Als je bepaalde foto’s, bepaalde media of bepaalde artikels leuk vindt, krijg je alleen maar meer van hetzelfde. We bevestigen dus voortdurend ons eigen grote gelijk.

Slide 37 - Slide

VALSE NIEUWSBERICHTEN HEBBEN EEN IMPACT OP HET
WERELDBEELD.
A
juist
B
onjuist

Slide 38 - Quiz

NEPNIEUWS DRAAIT OM DATA VERZAMELEN.
A
juist
B
onjuist

Slide 39 - Quiz

VIA SOCIALE MEDIA KRIJGEN WE VERSCHILLENDE INDRUKKEN.
A
juist
B
onjuist

Slide 40 - Quiz

Onjuist: Facebook creëert een filterbubble. Als je bepaalde foto’s, bepaal- de media of bepaalde artikels leuk vindt, krijg je alleen maar meer van hetzelfde. We bevestigen dus voortdurend ons eigen grote gelijk.

Slide 41 - Slide

FACEBOOK IS EEN ECHOKAMER.
A
juist
B
onjuist

Slide 42 - Quiz

Juist: Sociale media creëren een filterbubble. Als je bepaalde foto's, bepaalde media of bepaalde artikels leuk vindt, krijg je alleen maar meer van hetzelfde te zien. Bovendien krijg je ook enkel de berichten van personen met dezelfde interesses en visies te zien. Zo wordt je visie op de wereld eenzijdig. Dit noemen we ook wel de echokamer. Je visie wordt nooit meer uitgedaagd en je denkt (misschien ten onrechte) dat iedereen denkt zoals jij. De meeste mensen staan heel kritisch tegenover de ‘filter bubble’ en de ‘echo chamber’. We bevestigen dus voortdurend ons eigen grote gelijk. Het is daarom belangrijk om ook mensen te volgen, liken... die er een andere visie dan jezelf op nahouden.

Slide 43 - Slide

MEDIA BEÏNVLOEDEN HOE WE NAAR IETS KIJKEN
A
juist
B
onjuist

Slide 44 - Quiz

Juist. Media beïnvloeden hoe we naar iets kijken. Het lukt zelden om de werkelijkheid in al zijn complexiteit voor te stellen, mediaberichten vereenvoudigen de werkelijkheid. De media stappen ook mee in de waan van de dag, feiten, gebeurtenissen, uitspraken, die in werkelijk- heid niet de meest grote of invloedrijke zaken zijn, maar die overma- tige media-aandacht krijgen en daardoor potentieel meer invloed.
De werkelijkheid wordt in de media soms ook voorgesteld vanuit het ideologische kader van de journalist, het mediabedrijf of de bron van het bericht.

Slide 45 - Slide

GELEZEN OP SOCIALE MEDIA DUS HET ZAL WEL ECHT ZIJN.
A
juist
B
onjuist

Slide 46 - Quiz

Onjuist: Sommige sites brengen enkel nepnieuws. Andere sites zijn erg links of rechts en brengen uitsluitend nieuws vanuit die ideologie. Daarnaast bestaan ook sites die echt en vals nieuws combineren. Wees dus kritisch. Kijk naar de bron en wees je eigen eindredacteur.

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Video

Slide 49 - Video

Stellingen
We bespreken twee stellingen klassikaal.
Ben je het eens of oneens? En waarom?

Slide 50 - Slide

Stelling 1
Iedereen is een journalist. We hebben geen aparte journalisten meer nodig.

Slide 51 - Slide

Stelling 2
Objectief nieuws bestaat niet. Achter ieder nieuwsbericht of verhaal gaat een wereldbeeld schuil. Achter elk verhaal zit wel een standpunt. 

Slide 52 - Slide

Stellingen
Bespreek de uitspraken op de volgende slide in een groepje van twee of drie personen
Noteer de belangrijkste bevindingen.
Bevindingen kunnen antwoord geven op de vragen: Zijn jullie het eens met de stelling? Valt de uitspraak te nuanceren? Zijn ze altijd waar of niet?

Slide 53 - Slide

Slide 54 - Slide