Het eerste hoofdstuk van Honderd uur nacht begint met de zin: ‘Ik ben de enige op
de wereld die weet wat ik vandaag ga doen.’ Schrijf een probleemverhaal dat ook
begint met deze zin. Doe het als volgt:
- Neem de beginzin over.
- Noteer in steekwoorden wie de hoofdpersonen en bijpersonen zijn, hoe de
hoofdpersoon in de problemen is gekomen, wat een mogelijke oplossing is voor het probleem (weglopen, vechten, hulp vragen of iets anders) en welke ontwikkeling de hoofdpersoon doormaakt in je verhaal.
- Maak aan de hand van je aantekeningen een lopend verhaal van minstens 300 woorden.