Workshop 3 Ontwikkelingspsychologie

Workshop 3 Ontwikkelingspsychologie
1 / 42
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Workshop 3 Ontwikkelingspsychologie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen


• Kent het begrip ontwikkelen.
• Weet 3 manieren van ontwikkelen.
• Weet wat het begrip ontwikkelingspsychologie inhoudt.
• Kent de verschillende fasen uit de ontwikkeling.
• Weet de voorwaarden van ontwikkelen.
• Weet de gebieden en betekenis te benoemen.
• Kan de koppeling naar de zorgvrager.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Kent het begrip ontwikkelen.

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Ontwikkelen
“Ontwikkeling kan gezien worden als verandering, groei en rijping.”

Slide 4 - Slide

Ontwikkeling is verandering. 
Deze veranderingen vinden niet van vandaag op morgen plaats. Ontwikkeling verwijst naar een langzame verandering.
Je kunt je als mens op verschillende gebieden ontwikkelen. 
Zo kan een vierjarige kleuter met een lengte van 1,00 meter zich ontwikkelen tot een zestienjarige puber van 1,75 meter. En de onzekere tiener kan zich uiteindelijk ontwikkelen tot een zelfbewuste adolescent.

Voorwaarden voor ontwikkeling
  • Veilig en vertrouwd (Harlow,1958)
  • Verbaal en non- verbaal contact
  • Stimulerende omgeving (positief, zelfvertrouwen)
  • Zelf onderzoeken
  • Spelen
  • Bewegingsvrijheid
  • Veiligheid en grenzen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Bij een gestoorde hechting voelt het kind zich niet veilig en zal moeite hebben om zonder angst de wereld te verkennen. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Aspecten van de ontwikkeling

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Factoren die je ontwikkeling bepalen
Interne factoren: Aanleg, erfelijk materiaal wat je meekrijgt van je ouders (aangeboren vermogens)

 Externe Factoren: Je omgeving en leven onder bepaalde omstandigheden zijn bepalend voor je ontwikkeling. (milieu, onderwijs, arm/rijk, ingrijpende levensgebeurtenissen, tijd waarin je opgroeit)


Zelfbepaling: Hoe ouder een kind is, hoe groter zijn vermogen kan worden om richting te geven aan zijn eigen ontwikkeling

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent ontwikkelingspsychologie?

Slide 10 - Mind map

Psychologie is de wetenschap die het menselijk gedrag bestudeert. 

De ontwikkelingspsychologie is een specialisatie binnen de ‘algemene’ psychologie: de wetenschap die het gedrag van de mens in de verschillende fasen van zijn ontwikkeling bestudeert.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Grondleggers van de ontwikkelingspsychiatrie

Freud, Piaget, Skinner, Erikson en Vygotski

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Jean Piaget (1896-1980)

- denkontwikkeling speelt zich af tussen kinderen en de dingen om hen heen


1.    0-2 jaar: Sensomotorische ontwikkeling
2.   2-7 jaar: Preoperationele ontwikkeling
3.   7-11 jaar: Concreet-operationele ontwikkeling
4.   Vanaf 11 jaar: Formeel-operationele ontwikkeling

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Jean Piaget
(1896-1980)
De eerste psycholoog die zich verdiepte in de verstandelijke ontwikkeling van kinderen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Skinner (1904-1990)
- Skinner box experimenten
- operant conditioneren: na gedrag volgt een consequentie
- positieve ervaringen: versterkt gedrag
- negatieve ervaringen: remt gedrag

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Operante conditionering (behaviorisme) 
Je leert je gedrag aanpassen door de consequenties van het dit gedrag. (Skinner) 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Erik Erikson
(1902-1994)
Beschreef verschillende stadia in de psychosociale ontwikkeling. Ieder stadium kent een 'conflict'

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Erik Erikson (psychoanalyse) 
Neemt de psychoanalyse van Freud als uitgangspunt. Hij deelt de ontwikkeling op in 8 stadia waarbij elk stadium een crisis of conflict moet worden overwonnen.
 

Slide 20 - Slide

Psycho-analyse 

Als de crisis wordt overwonnen kan de mens zich verder ontwikkelen en ontstaat hoop en vertrouwen.  Zo niet kan dit leiden tot wantrouwen en minderwaardigheidsgevoelens. 
Systeemtheorie (Vygotsky) 
Kijkt naar de relatie tussen de interne en externe wereld 

Slide 21 - Slide

Systeemtheorie kijkt naar de relatie tussen de mens en zijn fysieke wereld, cognitieve wereld, persoonlijkheidswereld en sociale wereld. 
Deze theorie benadrukt steeds de interactie tussen de interne en externe factoren. Je kunt de mens niet los zien van zijn omgeving. 
Ontwikkelingspsychologie nu: 
Ontwikkelingsfasen 

  •  Baby (0-18 maanden)
  •  Peuter (18 maanden-4 jaar)
  •  Kleuter (4-6 jaar)
  •  Schoolkind (6-12 jaar)
  •  Puber (12-17 jaar)
  •  Adolescent (17-25 jaar)
  •  Volwassene (25-67 jaar)
  •  Oudere mens (67 jaar en ouder)

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

ontwikkelingsgebieden 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Lichamelijke ontwikkeling 
• lengte
• gewicht
• schedelomtrek
• lichamelijke verhoudingen
• skelet
• gebit
• motoriek

Slide 25 - Slide

Beïnvloedende factoren
De lichamelijke ontwikkeling wordt beïnvloed door een aantal factoren, die zowel een positieve als negatieve invloed kunnen hebben:
• de erfelijkheid
• het intra-uteriene leven
• de geboorte
• het milieu
• de voeding
• de hormonen

Beïnvloedende factoren?

Slide 26 - Mind map

Beïnvloedende factoren die zowel een positieve als negatieve invloed kunnen hebben:
de erfelijkheid
• het intra-uteriene leven
• de geboorte
• het milieu
• de voeding
• de hormonen

Motorische ontwikkeling 
• grove motoriek (beweging van romp, armen en benen)
• fijne motoriek (beweging van handen en vingers)
• adaptatie (oog-handcoördinatie en mond-handcoördinatie, gebruik van fijne motoriek)
• spraak en taal (klanken, woorden, zinnen)
• ontwikkeling van de persoonlijkheid en de sociale vaardigheden

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Emotionele ontwikkeling 
• de toename van het zelfbewustzijn
• de ontwikkeling van gevoelens voor anderen
• de ontwikkeling van het zelfbeeld

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Sociale ontwikkeling 
Relaties met anderen 

De sociale ontwikkeling van een kind begint al bij de geboorte en wordt bepaald door de veiligheid van de omgeving en de hoeveelheid liefde, aandacht en steun van de ouders

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Baby
Lichamelijk: veel lichamelijke groei,  van reflexen naar steeds meer grove motoriek
Cognitief: exploratiedrang, geluidjes maken
Sociaal: comm. door lichaamstaal, eenkennigheidsperiode
Persoonlijkheid: eigen temperament
Emotioneel: hechting 
Seksueel: eigen lichaam ontdekken

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Peuter
Lichamelijk: grove motoriek lopen/klimmen/klauteren
Cognitief: leren praten, magisch en concreet denken, twee/drie woordzinnen
Sociaal: parallelspel
Persoonlijkheid: besef dat het een individu is
Emotioneel: egocentrisch, ik ben 2 en ik zeg nee
Seksuele ontwikkeling: eigen lichaam ontdekken


Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Kleuter

Lichamelijk: groei is minder hard, mollige vingertjes verdwijnen, fijne motoriek
Cognitief: veel fantasie, naar school
Sociaal: kan zich inleven in anderen
Persoonlijkheid: speelt het liefst met anderen
Emotioneel: egocentrisme verdwenen, zelfbeeld ontwikkeling, schaamtegevoelens
Seksueel: nieuwsgierig naar geslachtsdelen en -verschillen, geslachtsgebonden gedrag

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Schoolkind
Lichamelijk: steeds meer fijnere motoriek (schrijven)
Cognitief: taakgericht, werken graag voor complimenten, realistisch denken
Sociaal: steeds meer focus op vrienden ipv gezin, conformisme
Persoonlijk: ontwikkeling zelfvertrouwen en keuzes maken
Emotioneel: ontwikkeling zelfbeeld 
Seksueel:  oudere schoolkind alleen spelen met iemand van eigen geslacht

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Puber
Lichamelijk: grote lichamelijke veranderingen in groei (lengte/breedte) haargroei, geslachtsrijp
Cognitief: nieuwe verbindingen hersenen, kritisch denken, korte termijn denken
Sociaal: vriendengroep heel belangrijk
Persoonlijk: vormgeven identiteit
Emotioneel: achtbaan van emoties door snelle veranderingen
Seksueel: productie sperma,  groei eierstokken en mentruatie

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Adolescent
Lichamelijk: bredere schouders/haargroei op bijv rug jongen
Cognitief: idealistisch
Sociaal: betere band met ouders, vrienden belangrijk
Persoonlijk: Eigen identiteit steeds duidelijker
Emotioneel: meer stabiliteit qua emoties
Seksueel: (eerste) seksuele contacten

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Volwassenen
Lichamelijk: achteruitgang! overgang/menopauze
Cognitief: innerlijke stem
Sociaal: relatie, kinderen krijgen, werken
Persoonlijk: relatie ouders meer gelijkwaardig
Emotioneel: midlife crisis
Seksueel: diepere betekenis

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Ouderen
Lichamelijk: dunnere huid, minder soepel, achteruitgang zintuigen
Cognitief: Levenswijsheid
Sociaal: verlies partner/familie/vrienden
Persoonlijkheid: hangt af van beleving, identiteit kan veranderen
Emotioneel: Eenzaamheid kan op de loer liggen
Seksueel: nog steeds actief, andere betekenis

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Link

This item has no instructions

Opdrachten

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Maak een tijdlijn op een groot papier. Verdeel deze tijdlijn in levensfasen.

Bij iedere levensfase beschrijf je welke ontwikkelingen (mijlpalen) er plaats vinden op het gebied van de volgende ontwikkelingen:
• Lichamelijke ontwikkeling
• Emotionele ontwikkeling
• Sociale ontwikkeling
• Ontwikkeling van het denken
Waarschijnlijk zijn er mijlpalen waarbij je een persoonlijke herinnering hebt. Schrijf deze op de juiste plaats in de tijdlijn. Voor de toekomst zijn er waarschijnlijk dingen die je graag wil bereiken of dingen die je graag wil meemaken. Schijf ook deze mijlpalen op de juiste plaats in de tijdlijn.
Wil je een paar handige tips bekijk deze video informatie-hoe maak je een tijdlijn.

Schrijf je levensverhaal aan de hand van de verschillende levensfasen die je al hebt doorlopen en de herinneringen die je aan deze fasen hebt.
Let erop dat je hierbij ook aandacht geeft aan de verschillende ontwikkelgebieden.
Hiernaast kijk je ook alvast naar de toekomst: Wat zijn doelen die je nog wil bereiken en binnen welke levensfase zou je deze plaatsen?
Je maakt een poster binnen het thema ‘mijn levensverhaal’. Dit mag digitaal of op papier. Op de poster moet duidelijk zijn welke fasen je al hebt doorlopen met voorbeelden uit die fasen. Naast beelden kan/mag je dus ook woorden/kreten gebruiken.







Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Opdracht: 
ontwikkelingsfasen van de mens 
  • Zuigeling/baby 0-1 jaar
  • Zuigeling/baby 1-2 jaar
  • Peuter 2-4 jaar
  • Kleuter 4-6 jaar
  • Jong schoolkind 6-9 jaar
  • Ouder schoolkind 9-12 jaar
  • Puber 12-16 jaar
  • Adolescent 16-21 jaar  
  1. We verdelen de groep in groepjes
  2. Ieder groepje gaat een ontwikkelingsfase uitzoeken op:
  • Lichamelijke ontwikkeling
  • sociale ontwikkeling 
  • emotionele ontwikkeling  
  • zoek op internet naar een informatieve video die de leeftijdsfase typeert.

3. Deel je bevindingen met de groep 

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Ontwikkelingstheorieën
Opdracht: onderzoek de onderstaande theorieën, noteer kort de verschillen 
  • de psychoanalyse
  • het behaviorisme
  • de cognitieve psychologie
  • de systeemtheorie
  • sociaal constructivisme


Slide 42 - Slide

Hierna komen een aantal quizvragen over deze theorieën.