Introles Maatschappijleer VMBO-TL

Introles Maatschappijleer VMBO-TL
1 / 17
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Introles Maatschappijleer VMBO-TL

Slide 1 - Slide

Programma
  1. Check-in (5 min.)
  2. Maatschappijleer & Debatteren (25 min.)
  3. Voorbereiden debat (30 min.)
  4. Debat (25 min.)
  5. Check-uit (5 min.)

Slide 2 - Slide

Wat is maatschappijleer?
Bij Maatschappijleer leer je over Maatschappelijke vraagstukken/problemen.
Maatschappelijke vraagstukken/problemen:

  1. Het heeft gevolgen voor grote groepen in de samenleving (Wat is een 'grote groep?')
  2. Mensen hebben tegengestelde opvattingen over de oorzaken en mogelijke oplossingen (anders is het een technisch probleem)
  3. De oplossing van het probleem is ook niet technisch, maar een democratisch gemaakte wet of regel.

Slide 3 - Slide

Is het een maatschappelijke probleem?
  • Je relatie is uit gegaan
  • In veel disco's staat de muziek te hard
  • Overgewicht
  • De stroom valt uit  

Slide 4 - Slide

Meningen en argumenten
Mening: iets wat je vindt
Argument: reden waarom je iets vindt

Argumenten zijn vaak feiten/vaststaande de meningen van anderen/logische gevolgen die je als onderbouwing voor je stelling kunt gebruiken. 


Slide 5 - Slide

Wat zijn voorbeelden van argumenten?
A
We moeten stoppen met de steun aan Oekraïne.
B
Poetin ziet de Krim als historisch Russisch grondgebied.
C
Er zijn aan beide kanten al vele duizenden doden gevallen.
D
Het geeft een verkeerd signaal als we nu vrede sluiten.

Slide 6 - Quiz

Onderbouwde meningen

Onderbouwde mening: mening met minimaal 1 goed argument erbij

Geef een voorbeeld van een onderbouwde mening.
Is ieder argument goed?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Wanneer is een bron betrouwbaar?

Slide 9 - Mind map

Discussie & Debat
Discussie:
  • Zonder regels.
  • Je geeft je eigen mening
  • Je wilt de ander overtuigen van jouw mening.
Debat:
  • Wedstrijdvorm volgens bepaalde regels.
  • Je krijgt een mening die je moet verdedigen tot het eind.
  • Je wilt een publiek overtuigen of vermaken en de tegenstander is een instrument daarvoor. 

Slide 10 - Slide

Stelling kiezen
Vorm eerst een groep van ca. 8 rond een stelling en vorm dan 4 voor/4 tegen.

Stelling 1: Het is hoog tijd dat het recht op demonstratie ingeperkt wordt, bijvoorbeeld bij demonstraties van Extinction Rebellion.
Stelling 2: De overheid moet meer investeren in kernenergie in plaats van in windmolens.
Stelling 3: "Het minimumloon in Nederland moet omhoog om de kloof tussen arm en rijk te verkleinen."
Stelling 4: "Fatbikes moeten verboden worden voor jongeren onder de 16 jaar."

Slide 11 - Slide

Debat regels (4 tegen 4)
Vorm groepjes van 4 en verdeel de rollen wie wanneer debatteert. Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

8 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):
  • 1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)
  • 1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)
  • 2 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)
  • 1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)
  • 1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)
2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)


Slide 12 - Slide

Waar kan de jury op letten?
  1. Argumentatie en inhoud: Wat is de kwaliteit van de argumenten? Zijn er bewijzen? Zit er een lijn in het verhaal?
  2. Reactie: Lukt het de argumenten van de tegenpartij te weerleggen? Wie heeft er  overwicht?
  3. Spreekvaardigheid: Let op stemgebruik, intonatie, lichaamstaal, articulatie.
  4. Samenwerking: werken beide teams goed samen, of werken teamleden elkaar ook tegen?
  5. Originaliteit: Worden er originele argumenten/strategieën gebruikt?

Slide 13 - Slide

Debat voorbereiden (30 min.)
  1. Brainstorm (10 min.): bedenk eerst in je groep van 4 de belangrijkste argumenten voor je standpunt. 
  2. Structuur betoog (5 min.): bedenk wat je gaat zeggen in de opzetbeurt (1 min.), vrije beurt (2 min.) en conclusiebeurt (1 min.).
  3. Taakverdeling en uitwerking (10 min.): Verdeel de taken (1 opzetbeurt, 2 vrije beurt, 1 conclusiebeurt) en werk per persoon je verhaal verder uit.
  4. Eindcontrole (5 min.): controleer als groep of het betoog een goed geheel vormt en pas waar nodig aan.

Slide 14 - Slide

Debat: 3x8 min.
 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.


8 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)
1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)
2 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)
1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)
1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)
2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Slide 15 - Slide

Tips & Tops Jury & Publiek
  1. Argumentatie en inhoud: Wat is de kwaliteit van de argumenten? Zijn er bewijzen? Zit er een lijn in het verhaal?
  2. Reactie: Lukt het de argumenten van de tegenpartij te weerleggen? Wie heeft er  overwicht?
  3. Spreekvaardigheid: Let op stemgebruik, intonatie, lichaamstaal, articulatie.
  4. Samenwerking: werken beide teams goed samen, of werken teamleden elkaar ook tegen?
  5. Originaliteit: Worden er originele argumenten/strategieën gebruikt?

Slide 16 - Slide

Check-out: wat is je bijgebleven van deze les?

Slide 17 - Mind map