Weer en klimaat

Wat is de juiste omschrijving van weer?
A
Temperatuur, windkracht en neerslag van een groot gebied
B
Temperatuur, windkracht en neerslag van een klein gebied op een bepaald moment
C
De gemiddelde temperatuur, windkracht en neerslag van een groot gebied berekend over 30 jaar
D
Temperatuur, windkracht en neerslag van een klein gebied
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Wat is de juiste omschrijving van weer?
A
Temperatuur, windkracht en neerslag van een groot gebied
B
Temperatuur, windkracht en neerslag van een klein gebied op een bepaald moment
C
De gemiddelde temperatuur, windkracht en neerslag van een groot gebied berekend over 30 jaar
D
Temperatuur, windkracht en neerslag van een klein gebied

Slide 1 - Quiz

Wat is de juiste omschrijving van klimaat?
A
Temperatuur, windkracht en neerslag van een klein gebied
B
Temperatuur, windkracht en neerslag van een klein gebied op een bepaald moment
C
De gemiddelde temperatuur, windkracht en neerslag van een groot gebied berekend over 30 jaar
D
Temperatuur, windkracht en neerslag van een groot gebied

Slide 2 - Quiz

Hoe hoger de breedteligging, hoe warmer het wordt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Waar ligt de tropische luchtstreek?
A
Boven de poolcirkels
B
Tussen de poolcirkels en keerkringen
C
Tussen de keerkringen
D
Bij de evenaarcirkel

Slide 4 - Quiz

Waar ligt de gematigde luchtstreek?
A
Tussen de keerkringen
B
Tussen de keerkringen en poolcirkels
C
Boven de poolcirkels
D
Bij de evenaarcirkel

Slide 5 - Quiz

Waar ligt de polaire luchtstreek?
A
Boven de poolcirkels
B
Tussen de keerkringen en poolcirkels
C
Tussen de keerkringen
D
Bij de evenaarcirkel

Slide 6 - Quiz

Zet de volgende luchtstreken van warm naar koud: polair, tropisch en gematigd

Slide 7 - Open question

Wat is de juiste omschrijving van breedteligging?
A
Grote gebieden die qua klimaat hetzelfde zijn
B
Hoek die de zonnestralen maken met het aardoppervlak
C
De ligging van een plaats ten opzichte van de evenaar in graden
D
Zone op aarde die ingedeeld is in temperatuur

Slide 8 - Quiz

Wat is de juiste omschrijving van invalshoek?
A
Zone op aarde die ingedeeld is in temperatuur
B
Hoek die de zonnestralen maken met het aardoppervlak
C
Grote gebieden die qua klimaat hetzelfde zijn
D
De ligging van een plaats ten opzichte van de evenaar in graden

Slide 9 - Quiz

Bij welk land past de volgende stelling: De zomer begint in december en de winter begint in juni
A
Chili
B
Nederland

Slide 10 - Quiz

Wat zijn mestiezen?

Slide 11 - Open question

Noteer het land en de hoofdstad van het land waar de zwarte pijl naar wijst

Slide 12 - Open question

Noteer het land en de hoofdstad van het land waar de zwarte pijl naar wijst

Slide 13 - Open question

Noteer het land en de hoofdstad van het land waar de zwarte pijl naar wijst

Slide 14 - Open question

Noteer het land en de hoofdstad van het land waar de zwarte pijl naar wijst

Slide 15 - Open question

Noteer het land en de hoofdstad van het land waar de zwarte pijl naar wijst

Slide 16 - Open question

Chili
Nederland
Gemiddelde zeeklimaat
Zuidelijk halfrond
Noordelijk halfrond
Hooggebergteklimaat
Woestijnklimaat
Neerslag het hele jaar door
Koper en goud
Land- en tuinbouwproducten

Slide 17 - Drag question

Welk begrip past bij dit plaatje?

Slide 18 - Open question

23,5° NB
23,5° ZB
65,5° NB
65,5° ZB
Poolcirkel(s)
Keerkring(en)
Evenaar

Slide 19 - Drag question

Vond je de vragen moeilijk?
A
Ja, heel erg
B
Een beetje
C
Helemaal niet

Slide 20 - Quiz

Tips voor het leren!
- Vraag elkaar topografie af
- Herhaal dagelijks
- Maak een samenvatting (wat is belangrijk?)
- Schrijf vragen voor jezelf op
- Maak flashcards

Slide 21 - Slide

Flashcards maken

Begrippen:
  • Breedteligging
  • Invalshoek
  • Klimaatgebieden
  • Luchtstreken

Klaar?
Bedenk vragen óf vraag je buurman of buurvrouw af


Slide 22 - Slide