voedselbereiding

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Fijn dat je er weer bent!

Pak alvast je IPad voor je en ga naar LessonUp

Het gaat vandaag over voedselbereiding!

Programma van deze les

1. Terugblik op vorige les
2. Nieuwe lesstof: 2.7 voedselbereiding
3. Afsluiting met korte quiz 

Hoe lang is het darmkanaal in verhouding tot de lichaamslengte?

Kort

Middellang

Lang

Carnivoor

Herbivoor

Omnivoor

Omnivoor

Carnivoor

Herbivoor

Apen die omnivoor zijn hebben vaak een groter en sterker gebit en sterkere kaken dan mensen. Leg uit wat hiervan de oorzaak is.

Toets ingepland

De toets over thema 2 staat gepland op donderdag 28 maart.

De les ervoor: Themaspel doen en tijd behandelen van jullie laatste vragen over de lesstof.

Les daarvoor: afsluiting met grote begrippen Blooket.

2.7: voedselbereiding

Leerdoelen

2.7.13 Je kunt enkele voordelen van voedselbereiding noemen.

2.7.14 Je kunt uitleggen dat je door een goede voedselhygiëne een voedselvergiftiging kunt voorkomen.

Waarom voedsel bereiden?

Kun je 3 redenen opnoemen?

Voordelen van voedselbereiding

Door koken wordt cellulose afgebroken, waardoor planten makkelijker verteerbaar worden en eiwitten in vlees worden makkelijker opneembaar. 

Bacteriën en schimmels worden gedood.

Het maakt voedsel smakelijker.

Bereidingswijzen

Voedsel hygiëne 

Voedselhygiëne 

Voedselhygiëne = op een schone manier met voedsel en keukenmaterialen omgaan.

Kun je een voorbeeld noemen?

Kruisbesmetting

Kruisbesmetting: wanneer ziekmakende bacteriën van het ene voedsel (vooral vlees en vis) op ander voedsel terechtkomen.

Vooral gevaarlijk bij producten die je rauw eet, zoals salades. 

Noem twee manieren om kruisbesmetting te voorkomen.

Kruisbesmetting voorkomen

• Gebruik voor vlees en vis ander keukenmateriaal dan voor groente en fruit.
• Leg rauw en bereid eten nooit bij elkaar.

Houdbaarheidsdatum

Wat betekent dit?

Zelfstandig aan de slag

Wat: 2.6: Opdracht 1 t/m 4 (kennis) en 6, 7 (inzicht)

Hoe: Eerste 5 minuten stil, daarna mag je fluisterend overleggen met je buur.

Hulp: Lukt het niet? Vraag eerst je buur. Kom je er samen niet uit, steek dan je hand op.

Tijd: Zie timer.

Uitkomst: De lesstof komt terug op de toets en aan het eind van de les in de quiz!

Klaar: Verschillende keuzes. Je mag lezen in je leesboek, maak alvast een samenvatting (opdracht 4) of bedenk een leuke manier om begrippen te oefenen.

Voorbeeld: Maak een begrippen-memory. Knip vierkanten papier uit, schrijf op 1 kaart het begrip en op het andere een tekening of beschrijving van het begrip (dit worden je memory sets). Verzamel van elke paragraaf de begrippen op deze manier zodat je aan het eind van de periode alle begrippen spelend kunt oefenen met je klasgenoten, vrienden of familie.

Voedsel laten garen boven een pan kokend water noem je:

1. bakken
2. koken
3. stomen
4. stoven

Leg uit waarom koken meestal gezonder is dan bakken of frituren.

Hoe heet deze methode? Op hoog vuur in korte tijd eten garen in een ruime pan met een beetje olie, terwijl je het regelmatig omschept.

1. roerbakken
2. braden
3. stoven
4. wokken

Volgende les

We gaan het hebben over productinformatie en kijken we een aflevering van Keuringsdienst van Waarde.