être & avoir

1 / 31

Slide 1: Slide

FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Avoir > dus begint met een A

J'ai

Tu as

Il a

Behalve... ils ont & elles ont

Slide 3 - Slide

Je (avoir) = ik heb

J'ai

Je suis

Slide 4 - Poll

Tu (avoir) - jij hebt

Tu as

Tu es

Slide 5 - Poll

Nous (être) - wij zijn

Nous avons

Nous sommes

Slide 6 - Poll

Vous (être) - Jullie zijn / u bent

Vous avez

Vous êtes

Slide 7 - Poll

Ils (avoir) - zij hebben

Ils ont

Ils sont

Slide 8 - Poll

On (avoir)

Slide 9 - Open question

Vous (avoir)

Slide 10 - Open question

Je (être)

Slide 11 - Open question

Tu (avoir)

Slide 12 - Open question

Tu (être)

Slide 13 - Open question

Ik ben

Slide 14 - Open question

Nous (être)

Slide 15 - Open question

Nous (avoir)

Slide 16 - Open question

Ik heb

Slide 17 - Open question

Vous (être)

Slide 18 - Open question

Hij is

Slide 19 - Open question

Vous (avoir)

Slide 20 - Open question

We starten met een korte introductie...over de passé composé

Slide 21 - Slide

Hoe zeg je: wij hebben een film gekeken.

Slide 22 - Open question

Nous avons regardé un film

Deze zin staat in de voltooid tegenwoordige tijd.
Zegt iets over het verleden
Bestaat uit: het hulpwerkwoord hebben + een voltooid deelwoord
Van welk werkwoord komt de vorm regardé ?

Slide 23 - Slide

Nous avons regardé
Hoe denk je nu dat we een voltooid deelwoord maken?

Slide 24 - Open question

J'ai (parler)

Slide 25 - Open question

Tu as (donner)

Slide 26 - Open question

Il a (danser)

Slide 27 - Open question

Vous avez (chanter)

Slide 28 - Open question

Nous avons (inviter)

Slide 29 - Open question

Tu________(manger)

Slide 30 - Open question

Nous _______(travailler)

Slide 31 - Open question