2.4 Romeinen en Germanen

 VWO 4
2.4 Romeinen en Germanen 
Lesdoelen:
In deze paragraaf leer je:
- Waarom (en hoe) andere culturen de Romeinse cultuur overnamen, waarbij je het begrip Romanisering kent en
- Welke (praktische) overwegingen Romeinen hadden bij het begrenzen van hun Rijk. 
- Hoe het Romeinse Rijk ten val kwam 
KA: - De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Romeinse cultuur. 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

 VWO 4
2.4 Romeinen en Germanen 
Lesdoelen:
In deze paragraaf leer je:
- Waarom (en hoe) andere culturen de Romeinse cultuur overnamen, waarbij je het begrip Romanisering kent en
- Welke (praktische) overwegingen Romeinen hadden bij het begrenzen van hun Rijk. 
- Hoe het Romeinse Rijk ten val kwam 
KA: - De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Romeinse cultuur. 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

2.4 Romeinen en Germanen
Romeinen en Germanen
Germanen hebben woeste blauwe ogen, roodbloed haar en een groot postuur, schreef de Romeinse historicus Tacitus. 
  • Romeinen hadden contact met Germanen (ten oosten van de Rijn) en de Kelten (Galliërs) ten westen van de Rijn. 
  • Beiden werden gezien als barbaars, maar ook als sterk, dus ...
  • Romeinen namen hen op in het leger.
  • Romeinen en sommige stammen sloten dan ook  bondgenootschappen. 
  • Deze stammen namen vaak de Romeinse cultuur over --> dit noemen we Romanisering

Slide 4 - Slide

Pont du Gard (Frankrijk) is een Romeins aquaduct dat later is uitgebreid tot brug.

Slide 5 - Slide

De Zwarte Poort (Porta Nigra) in Trier (Duitsland) was de poort van de stadsmuur.

Slide 6 - Slide

In Nîmes, Frankrijk, is deze tempel te vinden. Het Maison Carrée, zoals het tegenwoordig heet, is een van de best bewaarde Romeinse tempels die men kan vinden op het grondgebied van het voormalige Romeinse Rijk.

Slide 7 - Slide

De Romeinse uitbreiding werd gestopt in het huidige Duitsland. 

Slide 8 - Slide

Quinctili Vare, redde legiones! (Quinctilius Varus, geef me mijn legioenen terug!)

Slide 9 - Slide

2.4 Romeinen en Germanen
Romeinen en Germanen
Romeinen trekken zich terug naar natuurlijke grenzen, waar zij verdedigingswerken aanleggen. Dit heette de limes. Daar werden forten gebouwd. 

Slide 10 - Slide

2.4 Romeinen en Germanen
Bekijk de video vanaf 17.49 tot 24.48

Slide 11 - Slide


De Limes in Nederland


In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.

Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Bij Nijmegen (Noviamagus) en Xanten (Castra Vetera) lagen castra. Een castra is een groot fort, meestal voor een legioen. Dit was een leger van ongeveer 6000 soldaten. 
Bij Utrecht (Trajectum) lag een castellum. Een castellum is een klein fort, meestal voor een cohort. Dit was een leger van ongeveer 600 soldaten.
De wachttoren die je bij de vorige slide zag, stond bij Vechten (Fectio)
De Tubanten (Tubanti) waren Germanen die in het oosten van het huidige Nederland woonden. De naam kom je tegenwoordig in dit gebied nog regelmatig tegen: de naam Twente is er van afgeleid, net als de naam van de regionale krant Tubantia.
De Bataven woonden in het gebied rond de grote rivieren. Dit gebied heet tegenwoordig de Betuwe, en vermoedelijk komt de naam van de Bataven

Slide 12 - Slide


De Limes in Nederland


In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.

Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van het mini-castellum bij Den Haag 

Slide 13 - Slide


De Limes in Nederland


In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.

Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van Castra Noviomagus (Nijmegen)

Slide 14 - Slide

2.4 Romeinen en Germanen
Het Romeins erfgoed
3e eeuw: Romeinse rijk raakte in verval.
  • dodelijke ziektes --> minder bevolking
  • Burgeroorlogen leidden tot minder macht 
  • Om beter te regeren werd het Rijk opgesplitst
  • West-Romeinse rijk --> Rome
  • Oost-Romeinse rijk --> Constantinopel
  • Door volksverhuizingen kwamen er steeds meer vijandige Germanen in het Romeinse Rijk wonen 
  • Het West-Romeinse Rijk ging ten onder in 476 v.Chr. 

Slide 15 - Slide

3e eeuw na Christus

Slide 16 - Slide


Christenen in het Romeinse Rijk


Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk. 
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof 
zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.


De Grote Volksverhuizing tussen de 3e en 5e eeuw.
De Hunnen waren een stam uit Azië. Ze waren gevreesd omdat ze erg wreed zouden zijn. Europese stammen slaan op de vlucht en kunnen, nu de grenzen niet meer zijn bewaakt, het Romeinse Rijk binnentrekken.
De Vandalen kwamen helemaal tot aan Rome. Ze plunderden de stad een paar keer en roofden zelfs het goud van de tempeldaken. Het begrip vandalisme komt inderdaad van de plunderende Vandalen.
De Angelen en Saksen steken de Noordzee over en komen terecht in Engeland.
Veel namen van stammen kom je tegenwoordig nog steeds tegen in namen van landen en streken: Franci (Frankrijk), Alemanni (Duitsland, in het Frans: Allemange), Bavarii (Beieren), enz.

Slide 17 - Slide

2 Geef aan:
a Waarom de Romeinen het gebied ten oosten van de Rijn verlieten?
b Welke afspraken Romeinen maakten met sommige Germaanse volken over samenwerking in de grensgebieden en
c Welke handel de Romeinen met de Germanen dreven

Slide 18 - Open question

3 a Noem drie interne oorzaken van het verval van het Romeinse Rijk
b Geef aan welke rol Germanen speelden bij het verval van het Rijk
c Leg uit waardoor elementen van de Grieks-Romeinse cultuur bleven bestaan in de tijd van volksverhuizingen

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Video