Les klas 2 - terminer chapitre 3

Bientôt le printemps!
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Bientôt le printemps!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Aujourd'hui
- Une petite dictée
- Les phrases de Chapitre 3
- Les devoirs




Slide 4 - Slide

Aujourd'hui
- Une petite dictée
- Faites un poster / chapitre 4
- Kahoot




Slide 5 - Slide

Dictée
  1. le magasin
  2. acheter     
  3. l'histoire   
  4. célèbre     
  5. porter       
  6. grande     
  1. ensemble   
  2. gentil          
  3. le jeu            
  4. la mode       
  5. la marque   
  6. terrible         
  7. le chapeau  

Slide 6 - Slide

Blz. 114

Slide 7 - Slide

On va en ville ce week-end?
Comment tu trouves le jean bleu?
Tu fais quelle taille?
Tu veux l'acheter?
D'accord! On y va!
Pas mal.
du M.
Oui, il est beau

Slide 8 - Drag question

Wat betekent ''le short de bain?, denk je?''
A
de zwembroek
B
de badkamer
C
de trui
D
het winkelcentrum

Slide 9 - Quiz

Wat betekent ''on y va'', denk je?''
A
en jij
B
natuurlijk
C
laten we gaan
D
binnenkort

Slide 10 - Quiz

Wat betekent ''prendre'', denk je?''
A
nemen
B
kopen
C
proberen

Slide 11 - Quiz

Wat betekent ''l'hiver'', denk je?''
A
de zomer
B
de herfst
C
de lente
D
de winter

Slide 12 - Quiz

Zinnen leren!!
  • 1. Ga alle Franse zinnen overschrijven in je schrift (vertaling hoeft niet, maar bekijk wel wat het betekent).
  • 2. Ga de zinnen leren in WRTS

  • 3. Klaar? Ga naar https://www2.hm.com/fr_fr/index.html
Kies kledingstuk(ken) uit en ga met elkaar daarover in gesprek. Wat vind je leuk om te dragen? Hoeveel kost het? Vind je het mooi/lelijk? Wil je het kopen? etc
Bij de docent kun je flitskaarten met de vragen ophalen.

Slide 13 - Slide

Zinnen leren!!
  • Schrijfopdracht: 
Je gaat een stripverhaal (toonytool.nl) of gewoon een dialoog/script schrijven. 
Jullie zijn in het winkelcentrum en je zoekt een cadeau voor een vriend/vriend(in)

- Beschrijf hem/haar in 4 zinnen. 
- Vertel wat hij/zij leuk vindt om te doen
- Bedenk naar welke winkel jullie gaan.
- Je vindt uiteindelijk een cadeau, hoeveel kost het?

- Hoe vindt de ander het?

Gebruik dus zoveel mogelijk zinnen uit chapitre 3. In de les wordt gecontroleerd of de opdracht ingeleverd is.



Verder leren: alle woorden en zinnen van chapitre 3 op pagina 128, 129 & 130. 


Slide 14 - Slide

Merci pour ton travail et ton attention!

Au revoir!

Slide 15 - Slide

Zelfstandig werken
- Faites un poster (bonuspunt)

- Apprenez pour le test 

- Slim stampen grammaire

- Faites chapitre 4:
- Deel 1 (herhaling chapitre 1) op pagina 135: opdracht 1abc, 2abc, 4abc, 5abc & 6
- Deel 2 (herhaling chapitre 1 & 2) op pagina 141: opdracht 7abc, 8ab, 10abc, 11ab & 12
- Deel 3 (herhaling chapitre 1 t/m 3) op pagina 147: opdracht 13abc, 14abc, 16abc, 17abc & 18

timer
15:00

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Les devoirs
Faire (maken)
Ga verder met chapitre 4 
Apprendre (leren):
-leren voor de toets (alle woorden & zinnen ch3)

Slide 18 - Slide