formuleren H1 tm H3

FORMULEREN H5
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

FORMULEREN H5

Slide 1 - Slide

Het doel van de les
Oefenen met verbanden tussen zinnen en oefenen met signaalwoorden.

Slide 2 - Slide

Bovendien heb ik een neef die tennist.

Om welk verband gaat het?
A
reden
B
tegenstelling
C
opsomming
D
oorzaak- gevolg

Slide 3 - Quiz

Daarom houd ik niet van regen.

Welk verband?
A
opsomming
B
reden
C
conclusie/ samenvatting
D
voorwaarde

Slide 4 - Quiz

Voordat ik ga slapen, blaas ik de kaars uit.
Welk verband?
A
oorzaak-gevolg
B
tijd (chronologie)
C
voorwaarde
D
tegenstelling

Slide 5 - Quiz

Ze gaat op de fiets, tenzij het regent.
A
voorwaarde
B
tegenstelling
C
reden
D
toelichting

Slide 6 - Quiz

Neem nou afgelopen zaterdag....
A
tijd (chronologisch)
B
voorwaarde
C
opsomming
D
toelichting (voorbeeld)

Slide 7 - Quiz

Welk signaalwoord hoort bij een tegenstellend verband?
A
kortom
B
verder
C
toch
D
zoals

Slide 8 - Quiz

Welk signaalwoord hoort bij het verband oorzaak-gevolg?
A
doordat
B
daarnaast
C
dus
D
daarna

Slide 9 - Quiz

Je eindigt een zin altijd met een......
1)...........
2)............
3)............

Slide 10 - Open question

Welke signaalwoorden horen bij het verband 'opsomming'?

Slide 11 - Open question

voorbeeld(welke signaalwoorden hier bij?

Slide 12 - Mind map

Aan de slag!

Schrijf een verhaaltje over een vakantie die jij hebt meegemaakt. Verwerk in je verhaaltje 8 signaalwoorden!

Slide 13 - Slide