Strux DZ deel 2 paragraaf 1 (13 t/m 23)
Veiligheid bij schoonmaken.
Waar let je op?
Waar let je op?
1 / 19
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Veiligheid bij schoonmaken.
Waar let je op?
Waar let je op?
Slide 1 - Open question
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Wat betekent
dit gevaarsymbool?
dit gevaarsymbool?
Wat betekent
dit gevaarsymbool
A
Brandbare stoffen
B
Giftige stoffen
C
Oxiderende stoffen
D
Explosieve stoffen
Slide 10 - Quiz
Wat betekent
dit gevaarsymbool?
dit gevaarsymbool?
Wat betekent
dit gevaarsymbool
A
Stoffen gevaarlijk voor het milieu
B
Giftige stoffen
C
Oxiderende stoffen
D
Schadelijke stoffen
Slide 11 - Quiz
Wat betekent
dit gevaarsymbool?
dit gevaarsymbool?
Wat betekent
dit gevaarsymbool
A
Brandbare stoffen
B
Giftige stoffen
C
Oxiderende stoffen
D
Schadelijke stoffen
Slide 12 - Quiz
Wat betekent
dit gevaarsymbool?
dit gevaarsymbool?
Wat betekent
dit gevaarsymbool
A
Brandbare stoffen
B
Giftige stoffen
C
Bijtende stoffen
D
Schadelijke stoffen
Slide 13 - Quiz
Wat betekent
dit gevaarsymbool?
dit gevaarsymbool?
Wat betekent
dit gevaarsymbool
A
Brandbare stoffen
B
Giftige stoffen
C
Bijtende stoffen
D
Explosieve stoffen
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
Waar moet je rekening mee houden?
Slide 16 - Open question
Hygiënisch
Bacteriën
Sanitair
interieur
Geen vuil en geen schadelijke stoffen
Kleine beestjes waar je ziek van kan worden
Natte ruimtes zoals wc, douche, badkamer
De binnenkant van iets
Slide 17 - Drag question
recyclen
kortsluiting
Klein chemisch
afval
Interieur
Stoffen uit afval halen en die weer gebruiken
Als 2 draden stroom per ongeluk met elkaar in verbinding komen en er dan teveel stroom is
Allerlei soorten gevaarlijk afval
De binnenkant van iets
Slide 18 - Drag question
Was het een leuke les?
