oefening Goederenstroom Verkoper

Is een palletstelling dynamisch, statisch orderpicken?
A
dynamisch
B
statisch
C
beide
D
geen idee
1 / 32
next
Slide 1: Quiz
LogistiekMBOStudiejaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Is een palletstelling dynamisch, statisch orderpicken?
A
dynamisch
B
statisch
C
beide
D
geen idee

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Wat betekent de afkorting :
PBM?
A
Persoonlijke begeleiding voor mensen
B
Persoonlijke beschermingmiddelen
C
PBM is geen echte afkorting maar een merk.

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Lekkage is:
A
Brutowinst
B
Derving
C
Nattigheid
D
Loodgieterswerk

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Welke vorm van derving is te zien op de afbeelding?
A
Niet-geregistreerde verandering
B
Onbekende derving
C
Criminele derving
D
Niet-criminele derving

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Administratieve voorraad : €30.000
Werkelijke voorraad €29.200
Hoeveel is de derving?
A
800
B
8000
C
2100
D
2200

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen vorm van derving?

A
breuk
B
beschadiging
C
diefstal
D
manco

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Noem 5 verschillende soorten informatie die je op een loslijst vindt.

Slide 7 - Open question

Zoek in de digitale lesstof van VTO bij module 4 naar het "extra materiaal". Hier vind je de documenten waaronder de loslijst. Lukt dit niet, zoek dan via internet een loslijst op en gebruik deze voor het vinden van de antwoorden.
wat is geen transportmiddel?
A
dolly
B
rolcontainer
C
pallet
D
laadkar

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Welk transportmiddel
zie je?
A
roll in
B
dolly
C
magazijnwagen
D
winkelwagen

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Welk transportmiddel
zie je?
A
pompwagen
B
steekwagen
C
dolly
D
roll in

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Een verticaal transportmiddel is een
A
niet heffend transportmiddel
B
heffend transportmiddel
C
stationair transportmiddel
D
alle onder a,b en c genoemde transportmiddelen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Pallet
Steekwagen
Roll-inn
Dolly
Rolcontainer
Pompwagen

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

Wat is een inrijstelling?
A
Een stelling dwars op de muur, met de achterzijde tegen de wand
B
De orderpicker kan er met de reachtruck inrijden om een pallet te pakken
C
een stelling waarin de goederen doorrollen
D
stelling waar je niet in kan rijden

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Reachtruck
Hoog-bouwtruck
Heftruck

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Welke hulpmiddelen kan je gebruiken voor ‘verticaal transport’?
A
rijplaat steekwagen
B
rolcontainer handpallettruck
C
vorkheftruck reachtruck
D
Geen van allen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Medewerkers van de goederontvangst (geen goederenverwerking) controleren:
A
kwaliteit van de producten, kleur, soort etc.
B
Of de leverancier de juiste route genomen heeft.
C
pakbon, en of de aantallen kloppen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

pallettruck
rolcontainer
Steek-
wagen
Laadkar
Pallet
Dolly

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

1.
Welke stappen moet je nemen bij het ontvangen van een levering?
Zet de stappen in de goede volgorde

2.
3.
4.
Levering en juiste deel vrachtbrief aannemen
Pakket controleren
Tekenen voor ontvangst
Vrachtbrief administratief verwerken

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

Waarom is het belangrijk de vrachtbrief goed te controleren?

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Hoe heet dit transportmiddel?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Is een doorrolstelling FIFO, LIFO of beide?
A
FIFO
B
LIFO
C
Beide
D
geen van beide

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat is GEEN methode voor voorraadbeheer?
A
Filo
B
Lifo
C
Fifo

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

5. Welke manier van vullen wordt gebruikt door een vulmedewerker op de versafdeling?
A
FIFO
B
LIFO

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Waarschuwingsborden vertellen je waar je bijvoorbeeld
blusmiddelen kunt vinden.
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Je baas moet jou uitleg geven over de betekenis van de
waarschuwingsborden.
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort magazijn is toegankelijk voor alle werknemers?
A
open magazijn
B
gesloten magazijn
C
centraal magazijn

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort magazijn voorziet meerdere filialen van voorraad?
A
open magazijn
B
gesloten magazijn
C
centraal magazijn

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Welke 3 afdelingen zijn belangrijk voor de goederenstroom?
A
Inkoop, magazijn, verkoop
B
Inkoop, directie, magazijn
C
magazijn, personeelszaken, secretariaat
D
directie, magazijn, administratie

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Derving
Administratieve voorraad
Werkelijk beschikbare voorraad
Het verlies van voorraad/
Het verschil in voorraad
Voorraad op papier of in het systeem
Voorraad die je telt

Slide 29 - Drag question

This item has no instructions

Waar staat WMS voor?
A
Warehouse Management System
B
Warehouse Media System
C
Warehouse Mobile System
D
Warehouse Mind System

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

De opslagmethode in het magazijn op de afbeelding is...
A
lifo
B
SKU
C
WMS
D
fifo

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Noem 2 soorten opslagsystemen

Slide 32 - Open question

This item has no instructions