This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Poëzie en fictie - les 3
Slide 1 - Slide
Vandaag
In deze les behandelen we de begrippen:
historische (jeugd)roman
tijd
plaats
Doorloop deze LessonUp; lees de theorie, bekijk de filmpjes en maak de vragen. Je hebt je leerboek deze les ook nodig.
Succes!
Slide 2 - Slide
Beschrijf in een paar woorden wat jij denkt dat een historische (jeugd)roman is?
Slide 3 - Open question
Historische (jeugd)roman
Een boek over geschiedenis. Vaak gaat een historische roman over gebeurtenissen die werkelijk hebben plaatsgevonden, maar de schrijver heeft er ook veel bij verzonnen (fictie).
Slide 4 - Slide
Lees Tekst 1 'De castraat' op blz. 212. Maak vervolgens opdracht 2. Vul hier je antwoorden in.
Slide 5 - Open question
Tijd en plaats/ruimte
De tijd en de plaats van een verhaal vormen het 'decor'. Als je zelf de tijd en plaats van een verhaal kan beschrijven, kan je dat helpen om een helder beeld te krijgen van waar en wanneer het verhaal zich afspeelt.
Slide 6 - Slide
Tijd
De 'tijd' omvat allereerst het tijdvak of het jaar waarin het verhaal zich afspeelt, maar bijvoorbeeld ook het seizoen of het tijdstip op de dag.
Slide 7 - Slide
Beschrijf zo uitgebreid mogelijk de 'tijd' van het laatste boek dat je zelf hebt gelezen. Dus niet alleen het jaar waarin het zich afspeelde, maar ook het seizoen of hoeveel tijd er verstreek.
Slide 8 - Open question
Plaats/ruimte
De 'plaats' omvat niet alleen het land,de stad,de streek of het dorp waar het verhaal zich afspeelt, maar ook de ruimte. Bijvoorbeeld in een huis, op een middelbare school of in een kerk.
Sleep in de volgende slide het verhaal naar de juiste plaats/ruimte.
Slide 9 - Slide
New York (plaats)
Middelbare school (ruimte)
Zweinstein/
Hogwarts (ruimte)
Slide 10 - Drag question
Lees Tekst 2 'De bastaard van Brussel' op blz. 212. Maak vervolgens opdracht 3. Vul hier je antwoorden in.
Slide 11 - Open question
Einde les
Wil je het huiswerk van vorige les nog nakijken? De antwoorden staan in Teams bij bestanden.