This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Mengsels en zuivere stoffen
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Een mengsel bestaat altijd uit
A
verschillende mengsels
B
verschillende stoffen
C
1 soort moleculen
D
1 soort atomen
Slide 3 - Quiz
Wat zijn oplossingen?
A
Vaste stoffen in vloeistof
B
Mengsels van vloeistoffen
C
Stoffen opgelost in vloeistof
D
Goeie ideeën
Slide 4 - Quiz
Wat zijn emulsies?
A
Vaste stoffen die een vloeistof troebel maken
B
Troebele mengsels van vloeistoffen
C
Emulgatoren
D
Mengsel van vaste stoffen
Slide 5 - Quiz
Wat is een kenmerk van mengsels?
A
Bestaat uit meerdere stoffen
B
Heeft altijd een vaste samenstelling
C
Is altijd vloeibaar
D
Moeten uit meer dan 2 soorten moleculen bestaan
Slide 6 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een zuivere stof?
A
Lucht
B
Zeezout
C
Zuurstof
D
Goud
Slide 7 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een mengsel?
A
Cola
B
Thee
C
Spa rood
D
druivensap
Slide 8 - Quiz
Welke mengsels ken je?
mengsels
Slide 9 - Mind map
Welke zuivere stoffen ken je?
Zuivere stoffen
Slide 10 - Mind map
Welke scheidingsmethoden ken je?
Scheidingmethode
Slide 11 - Mind map
Smeltpunt
Bepalen zuivere stof of mengsel:
zuivere stof: (kook/smelt) punt mengsel: (kook/smelt )traject
Kookpunt
Kooktraject
Smelttraject
Slide 12 - Slide
Heterogeen mengsel
Dit is een mengsel van meerdere stoffen die niet volledig zijn gemengd.
Je kunt de bestanddelen van elkaar onderscheiden.
Deze mengsels zijn troebel.
Slide 13 - Slide
Homogeen mengsel
Er kan een mengsel ontstaan waarbij de stoffen door en door gemengd zijn.
Dit is een mengsel van meerdere stoffen die volledig zijn gemengd. Je kunt de bestanddelen niet meer van elkaar onderscheiden. Deze mengsels ontmengen nooit vanzelf.