Oefenen voor je compo : poëzie

Poëzie
1 / 43
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Poëzie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Dit alles
Jean
Pierre
Rawie

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Video

Tot 0.54 kijken.
Leerlingen moeten op beeldspraak letten. Wat is allemaal niet letterlijk bedoeld?
Is zo'n songtekst ook poëzie?

Metaforen
1. Vergelijking met verbindingswoord
2. Asyndetische vergelijking
3. Zuivere metafoor
4. Personificatie
5. Synesthesie (bijzondere metafoor)
6. Homerische vergelijking

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Metonymia
  • Even alle neuzen tellen.
  • Nederland wint van Duitsland met 2-1!
  • Heb jij ook een Mulisch op je leeslijst staan?
  • Wil je nog een kopje?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Even alle neuzen tellen.

Nederland wint van Duitsland met 2-1!

Heb jij ook een Mulisch op je leeslijst staan?

Wil je nog een kopje?
Pars pro tote

Totum pro parte


Noemt maker, bedoelt kunstwerk

Noemt 'verpakking', 
bedoelt inhoud.
Metonymia

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

A broken heart is all that's left
I'm still fixing all the cracks
Lost a couple of pieces when
I carried it, carried it, carried it home
I'm afraid of all I am
My mind feels like a foreign land 
Silence ringing inside my head 
Please, carry me, carry me, carry me home
Metafoor
Vergelijking met als
Personificatie

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hij is zo dom als een ezel.
A
Vergelijking met verbindingswoord/als
B
Asyndetische vergelijking
C
Zuivere metafoor
D
Metonymia

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Dat is een boom van een kerel.
A
Vergelijking met verbindingswoord/van
B
Personificatie
C
Zuivere metafoor
D
Asyndetische vergelijking

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Heel de stad liep uit om het circus te zien.
A
Zuivere metafoor
B
Metonymia
C
Vergelijking met als
D
Asyndetische vergelijking

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

In de duinen stond
de trouwe wachter.
A
Asyndetische vergelijking
B
Zuivere metafoor
C
Personificatie
D
Metonymia

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Liefde is blind
A
Personificatie
B
Vergelijking met als
C
Metonymia
D
Vergelijking zonder als

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Ezels! Let dan ook wat beter op!
A
Vergelijking met als
B
Vergelijking zonder als
C
Zuivere metafoor
D
Personificatie

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Jonathan, een angstige wezel, werd geholpen door zijn vrienden.
A
Synesthesie
B
Zuivere metafoor
C
Asyndetische vergelijking
D
Personificatie

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Een scherp geluid
A
Asyndetische vergelijking
B
Personificatie
C
Metonymia
D
Synesthesie

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Een koude/warme kleur
A
Synesthesie
B
Zuivere metafoor
C
Vergelijking zonder als
D
Asyndetische vergelijking

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

De kat uit de boom kijken.
A
Personificatie
B
Synesthesie
C
Metonymia
D
Zuivere metafoor

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Hij las de nieuwe Mulisch.
A
Asyndetische vergelijking
B
Vergelijking met als
C
Personificatie
D
Metonymia

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Was zo de zee? Neen, neen, een stad
geleek ze, pleinen en straten in de kermisweek,
boerinne’ en boeren, en muziek en dans
in de herbergen en in lichte krans
om elke markt de snuisterijenkramen.
Of als een koning komt en alle ramen
zijn licht des avonds en uit ieder dak
een witte vlag. Zo was de zee …
A
Metafoor
B
Vergelijking met als
C
Homerische vergelijking
D
Personificatie

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

De bus rijdt als een kamer door de nacht.
A
Personificatie
B
Vergelijking met als
C
Asyndetische vergelijking
D
Metonymia

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

De oude wind beweent met as de gouden zee.
A
Personificatie
B
Zuivere metafoor
C
Metonymia
D
Asyndetische vergelijking

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Hij luistert: het oor leest de prooi in zijn blinde beweging
A
Personificatie
B
synesthesie
C
Zuivere metafoor
D
Metonymia

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Begrippen kleden zich uit en aan
zinsdelen liggen in scheiding
A
Synesthesie
B
Zuivere metafoor
C
Personificatie
D
Asyndetische vergelijking

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

zoals de koelte ‘s nachts langs lelies
en langs rozen
als wit koraal en parels diep in zee
zoals wat schoon is rustig schuilt
maar straalt wanneer ik schouwen wil
zo meen ik dat ook jij bent
A
Personificatie
B
Zuivere metafoor
C
Metonymia
D
Homerische vergelijking

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Vroeger

het leven opent haar hand
voor mijn ogen in de nacht: ik lach
zoals parels zijn wij gevonden en
als een parelsnoer vallen wij uiteen

ik schrijf een brief naar hem in 
verre landen, een oud liedje,
gaat er door mijn hoofd, een lik
van de postzegel echter en wij zijn vast

van statige woorden als een douche
wat zeep om schoon te worden
en ik droom van oude gedichten 
en ik droom van een oud boek.
Vroeger

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Vroeger

het leven opent haar hand
voor mijn ogen in de nacht: ik lach
zoals parels zijn wij gevonden en
als een parelsnoer vallen wij uiteen

ik schrijf een brief naar hem in 
verre landen, een oud liedje,
gaat er door mijn hoofd, een lik
van de postzegel echter en wij zijn vast

van statige woorden als een douche
wat zeep om schoon te worden
en ik droom van oude gedichten 
en ik droom van een oud boek.
personificatie 
Vergelijking met als


vergelijking met als

Geen personificatie

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

LET OP: 
S5 hoeft de stijlfiguren niet te leren voor het compo.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Stijlfiguren

Tegenstelling
Herhaling
Paradox
Opsomming
Parallellisme
Pleonasme
Tautologie


Hyperbool
Eufemisme
Retorische vraag
Contaminatie
(Anti-)climax
Inversie
Litotes

Maak de oefening op blz. 32/33

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Tegenstelling (antithese)
'Maar tussen droom en daad staan wetten in de weg'

'Op school stonden ze op het bord geschreven,
Het werkwoord hebben en het werkwoord zijn;
hiermee was tijd, was eeuwigheid gegeven,
de ene werklijkheid,de ander schijn.'   

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Herhaling
'Opzij, opzij, opzij.
Maak plaats, maak plaats, maak plaats.
We hebben ongelofelijke haast.'

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Paradox
  1. Hoe gespecialiseerder je bent, hoe minder je kan.
  2. Schrijven is de kunst van het weglaten.
  3. Het grote constante in het leven is verandering.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Opsomming (enumeratio)

"Wat ben jij een miezerig, vervelend, irritant, misselijk ventje!"

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Parallellisme
Ik houd van het proza, dat op mij toedruist, op mij aanraast, op mij neerdondert in een stormende stortvloed van passie.
Ik houd van het proza, dat onbewegelijk en ontzaglijk is als bergruggen.
Ik houd van het proza, dat dartelt en jubelt als een waaiend zomerwoud vol vogels.
Ik houd van het proza, dat ik daar zie staan met zijn volzinnen, als een stad van marmer.
Ik houd van het proza, dat over mij daalt als een gouden sneeuw van woorden.
                                                                                                                                                              Lodewijk van Deyssel

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Pleonasme
De witte sneeuw wacht
rustig op de hond die komt
Hij wordt geel gemaakt

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Tautologie
In vuur en vlam
Nooit ofte nimmer
Vast en zeker (of Vlaams: zeker en vast)
Idem dito

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Hyperbool


Ze weende een zee van tranen.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Eufemisme
poetsvrouw - werkster - schoonmaakster - huishoudelijke hulp - interieurverzorgster
gastarbeider - immigrant - allochtoon - medelander - nieuwe Nederlander - inwoners met een migratieachtergrond
bejaardentehuis - rusthuis - rustoord - home - woonzorgcentrum
invalide - mindervalide - andersvalide - gehandicapte - persoon met een handicap - mensen met een beperking - mensen met mogelijkheden

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Retorische vraag
  • Dominee: "En zijn wij niet allen zondaars?" 
  • Leraar: "Je wilt toch later goed verdienen?" 
  • Waarom snapt niemand dat ik soms retorische vragen stel? (door Bill Gates gebruikt op internetfora.)

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Contaminatie
‘dus liggen we hier weer in hetzelfde bedje ziek
oude wonden dichten is moeilijker dan gedacht
en de nieuwe geven zich niet geronnen’

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

(Anti)climax
Schreeuwen, roepen, zeggen, fluisteren

Voorbeeld van Multatuli:
"Want aan U draag ik mijn boek op, Willem de Derde, Koning, Groothertog, Prins….meer dan Prins, Groothertog en Koning…. 
Keizer van het prachtige rijk van Insulinde."

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Inversie
Voorbeeld uit “Snikken en Grimlachjes” van Piet Paaltjens
Ik moet er gedurig aan denken
zelfs adem ik soms nog flauw
den geur in van zijn sigaren.
Hij kocht ze gewoonlijk bij Blaauw.

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Litotes
Dat is geen slecht idee! (Dat is een goed idee)
Hij is niet achterlijk (Hij is slim)
Dat cijfer is niet verkeerd (Dat cijfer is goed)
Zij zijn niet vies van een glaasje (Zij drinken graag een borrel)
Dat was geen succes (Dat was een mislukking)

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Succes!

Slide 43 - Slide

This item has no instructions