De Nederlandse grondwet

De 
Nederlandse Grondwet
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

De 
Nederlandse Grondwet

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Aan het einde van deze les:
Heb je geleerd dat gelijkheid in artikel 1 van de Grondwet staat 
Ken je de grondrechten zoals deze in de Grondwet vermeld staan
Ken je de begrippen discriminatie, stereotypen en vooroordelen 
Heb je ook een deel van je eigen stereotypen en vooroordelen leren kennen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is volgens jou
de grondwet?

Slide 3 - Mind map

Vraag studenten om uit te leggen wat volgens hen de Grondwet is. 
De Nederlandse grondwet
De Nederlandse Grondwet is een wet met de belangrijkste rechten en plichten van de burgers en de bevoegdheden van koning, regering en parlement.

Er is een grondwet in Nederland om de basisrechten van alle burgers te garanderen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat denk je dat er staat
in artikel 1 van de grondwet?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Artikel 1
Naast dit grondrecht heb je ook:
- Recht om te stemmen bij verkiezingen
- Recht op vrijheid van godsdienst
- Recht op vrijheid van meningsuiting
- Recht op privacy

Slide 6 - Slide

Bespreek met elkaar artikel 1 van de Grondwet. Neem de inhoud goed door.
Leg kort iets uit over grondrechten: 

wat zijn de twee belangrijkste waarden komen terug in de eerste regels van de grondwet? 
gelijkheid en Vrijheid

Slide 7 - Video

Bekijk het filmpje Dit is discriminatie volgens de wet (RTL Nieuws). "Het gevoel dat je niet meetelt,  daar kan niemand tegen." Bijna driekwart van de Nederlanders vindt dat er tegenwoordig te snel wordt geroepen dat iets discriminatie is. Maar hoe zit het nou echt, wanneer is er voor de wet sprake van iets strafbaars?
Vooroordelen
Discriminatie heeft te maken met vooroordelen.
Een vooroordeel is een mening over een persoon of groep, die niet op feiten is gebaseerd. 

Bijvoorbeeld: 
‘Dikke mensen zijn gezellig’ 
‘Blondjes zijn dom’
‘Vrouwen kunnen niet autorijden’

Slide 8 - Slide

Leg uit hoe discriminatie tot stand komt, vaak op basis van vooroordelen. Vraag de studenten of ze  nog meer voorbeelden kunnen geven. 

Slide 9 - Video

Bespreek het filmpje na aan de hand van de volgende vragen:
• Waarom voelen de mensen in het filmpje zich soms bezwaard om zichzelf te zijn?
• Waarom doen de mensen in het filmpje zich anders voor?
• Heb je weleens het gevoel (gehad) dat jij jezelf anders voor moest doen?
• Hoe deed je je voor?
• Welk deel van jezelf verstopte je?

Vraag de studenten wat ze hebben gezien. Bespreek met hen dat de mensen uit het filmpje zich
anders voordoen, met als reden dat ze anders ongelijk behandeld worden. Zorg dat duidelijk wordt
dat dit gaat over ongelijke behandeling. 
Iedereen heeft vooroordelen
A
Mee eens
B
Niet mee eens

Slide 10 - Quiz

Vraag de studenten:
• Wie denkt van zichzelf dat hij/zij geen vooroordelen heeft?
• Wie vindt/weet van zichzelf dat hij/zij vooroordelen heeft?

Slide 11 - Mind map

Welke stereotypes
zie je in het plaatje?

Vertel: Vooroordelen zijn vaak gebaseerd op stereotypes: een beeld over een groep dat vaak niet  klopt met de werkelijkheid. Vaak zijn de beelden te eenvoudig of juist te overdreven. 

Vraag de studenten:
• Waarom zijn vooroordelen lastig te veranderen? (Ze zijn bijvoorbeeld heel algemeen en
worden vaak herhaald, al dan niet expliciet. Je bent je er ook vaak niet bewust van.)
• Wanneer is er sprake van discriminatie? (Als je ook mensen benadeelt vanwege
vooroordelen, bijvoorbeeld liever een man of een Nederlander aanneemt voor een functie.)
Een vooroordeel berust meestal op een gebrek aan kennis of op een bepaalde emotie. 
Wat denken mensen van ICT'ers

Slide 12 - Slide

Leg uit: Zelf heb je - 99% zeker - ook zo je vooroordelen.

Voorbeeld: vooroordelen wanneer iemand zegt ‘ik werk in de bouw’.
Vraag: Wat voor vooroordelen heb je daarbij?
Voorbeeld: typisch bouwvakkersgedrag, alleen mannen, etc. Maar klopt dit oordeel altijd?

Vraag de studenten: Wat verwacht jij? Hoe denken mensen over jou, wanneer ze horen wat je  studeert of waar je werkt?

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Eerste 9 artikelen Grondwet vrijheden
Artikel 1 - Gelijke behandeling: Iedereen in Nederland moet gelijk behandeld worden, discriminatie is niet toegestaan.
Artikel 2 - Vrijheid van godsdienst: Het recht om te geloven en te praktiseren naar eigen keuze.
Artikel 3 - Gelijkheid in religie: Iedereen heeft het recht om zijn religie of levensbeschouwing vrij te belijden.
Artikel 4 - Vrijheid van vereniging en vergadering: Recht om zich te verenigen en te demonstreren.
Artikel 5 - Vrijheid van meningsuiting: Het recht om eigen opvattingen te uiten.
Artikel 6 - Vrijheid van godsdienst en levensbeschouwing: Bevestigt het recht op godsdienst en levensbeschouwelijke vrijheid.
Artikel 7 - Vrijheid van onderwijs: Het recht om onderwijs te geven en ontvangen, met waarborging van vrijheid van onderwijs.
Artikel 8 - Vrijheid van vergadering: Het recht om vreedzaam te vergaderen.
Artikel 9 - Vrijheid van demonstratie: Het recht om te demonstreren, onder voorwaarden.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Artikel 10 - Recht op privacy:
Het recht op eerbiediging van het privéleven, 
de communicatie en de eigen woning.
Artikel 11 - Onschendbaarheid van het lichaam:
Het recht op lichamelijke integriteit.
Artikel 12 - Recht op vrijheid:
Niemand mag in zijn vrijheid worden beroofd, behalve bij wet.
Artikel 13 - Huisrecht:
Bescherming tegen huisdoorzoekingen.
Artikel 14 - Eigendom:
Het recht om eigendom te bezitten, met waarborging tegen onteigening.
Artikel 15 - Vrijheid van beweging:
Recht om zich vrij te verplaatsen (onder bepaalde voorwaarden).
Artikel 16 - Rechtsbescherming:
Bevestigt recht op een eerlijke rechtsgang.
Artikel 17 - Recht op informatie:
Behoorlijke communicatie van overheidsinstanties.
Artikel 18 - Recht op asiel:
Het recht op bescherming voor vreemdelingen.
Artikel 19 - Recht op onderwijs:
Recht op toegang tot onderwijs.
Artikel 20 - Recht op sociale voorziening:
De overheid is verantwoordelijk voor het verzekeren van sociale voorzieningen.
Artikel 21 - Recht op huisvesting:
De overheid moet zorg dragen voor voldoende huisvesting.
Artikel 22 - Recht op gezondheidszorg:
De overheid is verantwoordelijk voor het bevorderen van de volksgezondheid.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Casusbespreking in groepjes
Jullie krijgen allemaal een overzicht van alle artikelen van de grondwet. Opdracht; 
  1. Neem de casus die je in je groepje krijgt met elkaar door
  2. Bespreek de vragen 
  3. Noteer jullie antwoorden.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Video

Bekijk het filmpje: We delen meer dan we denken. Op de video zie je een sociaal experiment,  vergelijkbaar met ‘over de streep’. Uit dit experiment blijkt dat mensen uit groepen die heel 
verschillend zijn en niets met elkaar gemeen lijken te hebben, toch meer met elkaar delen dan we  denken. 

Leg uit: we hebben vaak een stereotype beeld van mensen, landen of culturen. Als je nadenkt over  Nederland, zal dat niet anders zijn. Toch is het goed om te onthouden dat we meer met elkaar 
gemeen hebben dan we soms denken.

TIP Dit filmpje duurt drie minuten, maar de kern kan vrij snel duidelijk zijn. Is de video te lang voor  jouw studenten? Gebruik dan eventueel de werkvorm ‘over de streep’ om een soortgelijk 
experiment te doen met jouw klas