U5 les 9 - 31 mai

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 27
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Slide

Vendredi 31 mai
Le programme pour aujourd'hui:
- Jij kunt zeggen wat jij draagt (kleren en kleuren);
- Jij kunt nieuwe woorden rond de stijl in zinnen aanpassen;
- Jij kunt tot en met 70 tellen;
- Jij kunt zeggen en schrijven of iets duur of niet duur is;
- Jij kunt zeggen en schrijven hoeveel iets kost.



Slide 2 - Slide

Objectif numéro 1
Jij kunt zeggen wat jij draagt (kleren en kleuren)
Attention : un sweat-shirt = un pull
Parle en duo 1 minute !
timer
1:00

Slide 3 - Slide

Objectif numéro 2
Jij kunt nieuwe woorden rond de stijl in zinnen aanpassen.

Slide 4 - Slide

Les devoirs
1/ Fais l'exercice 26, page 35.
2/ Fais l'exercice 28B, page 37.

 Tips ex. 26 : difficile = moeilijk // makkelijk = facile ; supporter = ondersteunen; blouson = manteau court.

= voir la correction à la maison

Slide 5 - Slide

Correction des exercices
  • Exercice 26, page 35
  • 1/ het schoolplein (la cour)
  • 2/ Bijvoorbeeld (par exemple)
  • 3/ vind (trouver = vinden)
  • 4/ de antwoorden (les réponses)
  • 5/ paars (violet)
  • 6/ merken (des marques)

Slide 6 - Slide

Correction des exercices
  • 7/ duurzaam (durable)
  • 8/ arm (pauvre)
  • Les mots qui restent : 
  • belangrijk
  • haren
  • Leurs traductions ?
  • belangrijk = important; de haren = les cheveux

Slide 7 - Slide

Objectif numéro 3
Jij kunt tot en met 70 tellen.

Slide 8 - Slide

La classe compte !
La classe compte ensemble jusqu'à 20 !


Slide 9 - Slide

trente
cinquante
vingt
quarante
20
30
40
50

Slide 10 - Drag question

vingt-et-un
cinquante-deux
quarante-trois
trente-deux
43
21
32
52

Slide 11 - Drag question

C'est combien ?
15
40
16
14
38
57
13
26
59
seize
treize
cinquante-sept
quatorze
cinquante-neuf

Slide 12 - Drag question

vingt-sept
A
37
B
27
C
47
D
25

Slide 13 - Quiz

cinquante-quatre
douze
soixante-trois
quarante-neuf
trente-cinq

Slide 14 - Drag question

Lees Apprendre 10 (page 42). Wat merk jij bij "21, 31, 41, 51 et 61"?

Slide 15 - Open question

Soixante-dix, c'est :
A
50 + 20 = 70
B
50 + 10 = 60
C
60 + 10 = 70
D
60 - 10 = 50

Slide 16 - Quiz

Objectif numéro 4
Jij kunt zeggen en schrijven of iets duur of niet duur is;

Slide 17 - Slide

un sac Vuitton
regarder mais pas acheter
un billet pour le concert d'Ariana Grande
ça ne coûte pas cher
ça ne coûte pas cher
ça coûte cher
ça coûte cher

Slide 18 - Drag question

Objectif numéro 5
Jij kunt zeggen en schrijven hoeveel iets kost.

Slide 19 - Slide

Hoe zeg je in het Frans:
Hoeveel kost het?

Slide 20 - Open question

Combien ça coûte ?
Geef antwoord met een hele zin

Slide 21 - Open question

Combien ça coûte ?
Geef antwoord met een
hele zin

Slide 22 - Open question

Vertaal: De stropdas kost vijftig euro (pas op: in het Frans = 1 euro, 2 euros)

Slide 23 - Open question

Vertaal: De outfit en de ketting kosten twintig euro

Slide 24 - Open question

Vertaal: De laarsjes zijn in de aanbieding: vierentwintig euro

Slide 25 - Open question

Lesdoelen behaald?
- Jij kunt zeggen wat jij draagt (kleren en kleuren);
- Jij kunt nieuwe woorden rond de stijl in zinnen aanpassen;
- Jij kunt tot en met 70 tellen;
- Jij kunt zeggen en schrijven of iets duur of niet duur is;
- Jij kunt zeggen en schrijven hoeveel iets kost.

Slide 26 - Slide

Lesdoelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll