This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Items in this lesson
Welkom!
Neem rustig plaats en leg laptop alvast op tafel
LAO
Maris College - Klas 2 - vmbo
LOA jaar 2
Slide 1 - Slide
Vandaag
Filmpje
Woordweb vrijheid
Vier vrijheden
Vrijheid
Filmpje
Je mening geven
Stellingen
Aan de slag!
Afsluiting
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Woordweb
Schrijf vier woorden op die volgens jou met vrijheid te maken hebben
Slide 4 - Slide
Vier vrijheden
De Amerikaanse president Franklin D. Roosevelt introduceerde in 1941 de vier vrijheden:
vrijheid van meningsuiting
Vrijheid van Godsdienstvrijheid
Vrijwaring van gebrek (huis/zorg etc)
Vrijwaring van vrees (veiligheid)
Slide 5 - Slide
Vrijheid
Je eigen keuzes maken
Je veilig voelen
Zeggen wat je wilt of denkt
Je niet laten tegenhouden door andere mensen
Grenzen aan vrijheid: geweld mag niet
Slide 6 - Slide
In NL mag je veel zelf kiezen
maar NIET alles!
Je moet bijvoorbeeld naar school
Bedenk twee dingen waar je zelf niet over mag kiezen
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Je mening geven
Je mag zeggen wat je vindt of denkt
Je mag iets zeggen over iemand of iets
Vrijheid van meningsuiting: mogen zeggen wat je mening is
Slide 9 - Slide
Kwetsen: gevolg van je mening
Je mening geven is soms moeilijk
Het kan positief of negatief zijn als je een mening geeft
Voorbeeld positieve mening: ik vind dat je een hele mooie rok aan hebt!
Voorbeeld van kwetsen: Je ziet er echt niet uit
Kwetsen: met je mening iemand pijn doen
Slide 10 - Slide
Vrijheid is een belangrijk woord in Nederland. Geef aan in hoeverre jij vindt dat je vrijheid hebt:
Ik mag geloven wat ik wil.
Helemaal niet mee eens
Niet mee eens
Mee eens
Helemaal mee eens
Slide 11 - Poll
Vrijheid is een belangrijk woord in Nederland. Geef aan in hoeverre jij vindt dat je vrijheid hebt:
Ik voel me veilig.
Helemaal niet mee eens
Niet mee eens
Mee eens
Helemaal mee eens
Slide 12 - Poll
Vrijheid is een belangrijk woord in Nederland. Geef aan in hoeverre jij vindt dat je vrijheid hebt:
Ik mag zeggen wat ik wil.
Helemaal niet mee eens
Niet mee eens
Mee eens
Helemaal mee eens
Slide 13 - Poll
Vrijheid is een belangrijk woord in Nederland. Geef aan in hoeverre jij vindt dat je vrijheid hebt?
Ik mag doen wat ik wil.
Helemaal niet mee eens
Niet mee eens
Mee eens
Helemaal mee eens
Slide 14 - Poll
Welke vrijheid is voor jou het belangrijkst?
Je mag je mening geven.
Je mag geloven wat je wilt.
Je bent hier veilig.
Er is genoeg voor iedereen.
Slide 15 - Poll
In Nederland heb je geen vrijheid
Je gaat in tweetallen over bovenstaande stelling nadenken
Je bedenkt 5 argumenten, waarom je voor de stelling bent. Dus waarom ben je het er mee eens
Je bedenkt 5 argumenten, waarom je tegen de stelling bent. Dus waarom ben je het er niet mee eens
Al je voor en tegen argumenten zet je in je LAO dossier onder opdracht 4
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Het is 2050. Nederland leeft nu al meer dan 25 jaar niet in vrijheid. Bekijk de kaart en klik op de plusjes om de gevolgen van geen vrijheid te zien.
Geen vrijheid -
Het jaar 2050
Deel 2:
Bas - 40
Een aantal vrienden van mij zitten in de gevangenis. Ze zijn veroordeeld tot lange gevangenisstraffen, omdat ze gingen demonstreren. Ze demonstreerden dat het raar was dat we niet meer mogen stemmen. Vroeger had je 19 politieke partijen in Nederland waar je op mocht stemmen, nu geen een meer.
Sam - 41
Ik ben 25 jaar geleden met mijn ouders en broertjes gevlucht uit Nederland. Ik kwam in een asielzoekerscentrum in Canada terecht. Nu heb ik een redelijk leven in Canada, maar het is niet mijn thuis. Ik mis Nederland nog elke dag, maar als we teruggaan worden we opgepakt. Alleen omdat we iets anders geloven. We doen niemand kwaad.
Lisa - 14
Mijn ouders hebben een klein winkeltje. Vorige week zijn ze beroofd. Alles uit de winkel werd meegenomen door een groep mannen. Mijn ouders gingen naar de politie, maar die zeiden dat het ons eigen probleem is. Ze kwamen niet eens kijken.
Redouan - 43
Toen ik jong was hadden we alles in Nederland. Nederland heeft zich afgesloten van Europa en de rest van de wereld.
Er is te weinig eten, omdat de energieprijzen zo hoog zijn dat de kassen stilstaan. We kunnen het niet uit andere landen halen, want die mogen geen handel meer met Nederland drijven. Mensen zijn in meren en rivieren zelf aan het vissen om eten te krijgen.