2HV Tekstverbanden en signaalwoorden (1)

Welkom!
Vandaag:
Start Meer dan lezen, paragraaf 2
Uitleg tekstverbanden en signaalwoorden
Aan het werk
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!
Vandaag:
Start Meer dan lezen, paragraaf 2
Uitleg tekstverbanden en signaalwoorden
Aan het werk

Slide 1 - Slide

Tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 2 - Slide

Wat houdt een chronologisch tekstverband in?

Slide 3 - Mind map

Een chronologisch verband beschrijft de gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde.
Als ik opgestaan ben, poets ik eerst mijn tanden, daarna was ik mij en vervolgens kleed ik mij aan.

Slide 4 - Slide

Wanneer spreken we van een opsommend verband?

Slide 5 - Mind map

In een opsommend verband worden dingen achter elkaar opgenoemd.
Ten eerste vind ik het leuk om pannenkoeken te bakken en ten tweede vind ik ze ook erg lekker.

Slide 6 - Slide

Wat wordt genoemd in een tegenstellend verband?

Slide 7 - Mind map

In een tegenstellend verband worden tegenovergestelde zaken genoemd.
Hoewel hij van plan zijn huiswerk goed te maken, was dit toch weer mislukt......

Slide 8 - Slide

Wanneer spreekt men van een toelichtend verband?

Slide 9 - Mind map

In een toelichtend verband wordt extra informatie gegeven bij een onderwerp, vaak in de vorm van een voorbeeld.
Mijn vriendin houdt erg van eten koken, zoals Indisch, Surinaams en Hollands.

Slide 10 - Slide

Wat houdt een concluderend verband in?

Slide 11 - Mind map

Bij een concluderend verband trekt de auteur een conclusie uit informatie eerder in de tekst.
Kaatje Kip wilde alleen maar slapen en Pietje Puk wilde sporten; kortom ze hebben de dag afzonderlijk van elkaar doorgebracht.

Slide 12 - Slide

chronologisch verband
opsommend verband
tegenstellend verband
toelichtend verband
vroeger
ten eerste
maar
bijvoorbeeld
nu
bovendien
hoewel
zoals
jaartallen
verder
aan de andere kant
denk aan

Slide 13 - Drag question

Aan de slag
Open je boek op bladzijde 10. 
Maak opdracht 1. Deze bespreken we straks klassikaal.
Klaar?
Maak opdracht 3 (huiswerk voor de eerstvolgende les). 

Slide 14 - Slide