4.2 Verhoudingen 08-12-20

Welkom!
Leg je boeken en schriften open op de tafel
Pak je etui erbij.


1 / 14
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg je boeken en schriften open op de tafel
Pak je etui erbij.


Slide 1 - Slide

Ready?
  • Is iedereen aanwezig?

  • Hebben jullie alles mee?

  • Huiswerk af? 6 t/m 12 + rekenen

Slide 2 - Slide

Planning
LESDOEL: Ik kan werken met verhoudingen en schaal
Herhaling
Uitleg
Aan de slag
Uitleg
Aan de slag 
Afsluiting

Slide 3 - Slide

Herhalen 4.1 Data
  • Wat is een dataset?
  • Wat is een frequentie?
  • Hoe bereken je het gemiddelde van 2, 4 en 8?
  • Rond af naar gehele getallen: 17, 28 en 39,8


Slide 4 - Slide

Vragen?
Over de opgaven?

Slide 5 - Slide

4.2 Verhoudingen
  • Wij gaan 2 manieren leren. 
  • Eerst wil ik wat data.
  • Hoeveel jongens zitten er in de klas?
  • Hoeveel meisjes zitten er in de klas?
  • Hoeveel leerlingen zitten er in de klas?

Slide 6 - Slide

Deel-deelverhouding
  • Verhouding tussen het aantal meisjes en het aantal jongens
  • Ofwel "een verhouding tussen twee stukjes van het totaal"

  • Het aantal meisjes : het aantal jongens
  • ... staat tot ...
  • Vereenvoudigen

Slide 7 - Slide

Deel-geheelverhouding
  • Verhouding tussen het aantal jongens en het totaal aantal leerlingen.
  • "verhouding tussen een stukje van het totaal en het totaal"
  • Aantal jongens : totaal aantal leerlingen 
  • Vereenvoudigen 
  • "... op de ... leerlingen is een jongen" of 
  • "... deel van de leerlingen is een jongen"

Slide 8 - Slide

Aan de slag (af voor di 08-12-20)

Maak: 4.1: 13 t/m 15
        4.2: 18 t/m 28 + rekenen 

         4.3: 30 t/m 32

Klaar? Nakijken

Helemaal klaar? Start samenvatten (vanaf 4.1)






Je gaat rustig aan het werk!
Heb je een vraag: Lees je aantekeningen door, lees de uitleg in het boek en/of overleg op fluistertoon met je buurman / buurvrouw vóór je je vinger opsteekt. 


timer
15:00

Slide 9 - Slide

Schaal
  • Afbeeldingen in je boek zijn vaak verkleind of vergroot.
  • Schaal: de verhouding tussen de afmeting van de afbeelding en de werkelijk afmeting.
  • 1 : 50 betekend dat 1 cm in de afbeelding in werkelijkheid 50 cm is

Slide 10 - Slide

  • Maar hoe bereken je dit?
  • Stel mijn huis is 6,3 meter hoog, en ik heb een tekening waarop deze 21 cm hoog is. 
  • Breng eerst beiden naar cm. Dus 630cm en 21cm
  • Dit kan je op schrijven als 21 : 630, want 21 cm in je tekening is 630 cm in het echt
  • Je wilt het eerste getal naar de 1. (hoofdrekenen) (: 3 : 7)
  • 1 : 30


Slide 11 - Slide

Aan de slag (af voor di 08-12-20)

Maak:  4.1: 13 t/m 15

          4.2: 18 t/m 28 + rekenen

          4.3: 30 t/m 32

Klaar? Nakijken

Helemaal klaar? Start samenvatten (vanaf 4.1)






Je gaat rustig aan het werk!
Heb je een vraag: Lees je aantekeningen door, lees de uitleg in het boek en/of overleg op fluistertoon met je buurman / buurvrouw vóór je je vinger opsteekt. 


Slide 12 - Slide

Lesdoel behaalt?
  • Ik kan een frequentietabel maken
  • Ik kan het gemiddelde bepalen

Slide 13 - Slide

Hoe ging de les?

Slide 14 - Slide