Vwo 3 Nectar 9.3

Biologie
9.3: De huid

1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Biologie
9.3: De huid

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Deze periode (TW2)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hoeveelheid suiker in het bloed
Hormoon dat glucose omzet in glycogeen
Ziekte door problemen bij de productie van en/of reactie op insuline
Belangrijkste suiker in het bloed
Hormoon dat glycogeen omzet in glucose
glucosegehalte
insuline
diabetes
glucose
glucagon

Slide 3 - Drag question

komt ten dele overeen met vraag 5 en vraag 8
Insuline
Glucagon
Glucose-gehalte stijgt
Glucose-gehalte daalt

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

glucose
glycogeen

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Glucose -> Glycogeen
Glycogeen -> Glucose
Insuline
Glucagon

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Wat gebeurt er in de lever?
De lever....
A
breekt eiwit, alcohol en medicijnen af
B
slaat ijzer en glycogeen op
C
maakt gal en cholesterol
D
A, B en C zijn juist

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Zet de prikker op de lever. 
Zet deze op de lever

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions


Wat doen de nieren?
A
Afvalstoffen uit het bloed halen
B
Zuurstof aan het bloed toevoegen
C
Voedingstoffen aan het bloed toevoegen
D
Koolstofdioxide verwijderen

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

De nierader loopt van de nier in de richting van de onderste holle ader
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

De functie van de nieren is uitscheiding. Wat scheiden de nieren uit?
A
alleen overtollig water
B
overtollig water en afvalstoffen
C
overtollig water en schadelijke stoffen
D
alleen afvalstoffen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Blaas
Urineleider
Nier
Nierslagader
Nierader

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

Nierschors
Urineleider
Nierslagader
Nierbekken
Nierader
Niermerg

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Paragraaf 9.2: Goed geregeld

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Paragraaf 9.3: De huid

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

De huid
3 functies:
  • lichaam op temperatuur houden
  • beschermen tegen vuil en ziekteverwekkers
  • beschermen tegen de zon

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De huid
3 lagen:
  • opperhuid (hoornlaag en kiemlaag)
  • lederhuid (spieren, talgklieren, zweetklieren, bloedvaten, zintuigen, haarzakjes)
  • onderhuids bindweefsel (bloedvaten, zenuwcellen, vet)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

De huid

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De huid
Afkoelen:
  • bloedvaten wijder
  • zweetklieren maken meer zweet

Opwarmen:
  • bloedvaten vernauwen
  • rillen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Hoe geneest een wondje?
Bij beschadiging van de huid:
  • vernauwing van bloedvat
  • propvorming: bloedplaatjes klonteren samen
  • bloedplaatjes knappen open
  • vorming fibrinedraden

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

De huid

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

De huid

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

opperhuid
lederhuid
onderhuids bindweefsel

Slide 23 - Drag question

This item has no instructions

De huid bestaat uit verschillende lagen. In welk laag liggen de zintuigencellen?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
D
Onderhuidse bindweefsel

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Lederhuid
Opperhuid
Kiemlaag
Onderhuids bindweefsel
Hoornlaag

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions

warm
koud
rode huid
bleke huid
zweet
rillen
haartjes  rechtop
haartjes  liggen

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

De huid heeft 3 taken.
Wat is GEEN taak van de huid?
A
lichaam op temperatuur houden
B
beschermen tegen vuil en ziekteverwekkers
C
beschermen tegen giftige gassen uit de lucht
D
beschermen tegen de zon

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Het is koud. Wat gebeurt er met de bloedvaten in je huid en met de haartjes op de huid?
A
Bloedvaten -> wijder Haartjes -> rechtop
B
Bloedvaten -> nauwer Haartjes -> rechtop
C
Bloedvaten -> wijder Haartjes -> plat
D
Bloedvaten -> nauwer Haartjes -> plat

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Hoornlaag
Kiemlaag
Lederhuid
Opperhuid

Slide 29 - Drag question

This item has no instructions


  • Lezen paragraaf 9.4 (5 min!)
  • Maken 9.3: 1 t/m 13 

Let op: alleen opdrachten B-route (dus niet de stervragen)


Aan het werk

Slide 30 - Slide

This item has no instructions