Groepsdynamica

• Welzijn
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Groepsdynamica

Wat is een groep?

1. gezamelijke groep
2. samen een team
3. interactie met elkaar
4. gezamelijke visie

Wat is groeps dynamica

1. processen die zich in groepen afspelen
2. allea wat er in een groep speelt
3. groepen die zich aanmelden
4. processen in een dynamische omg.

Wat betekent het woord 'dynamiek' ?

1. betekent verandering of groepen
2. betekent verandering of samenwerken
3. betekent verandering of samen
4. betekent verandering of beweging

Welke kanten kun je beschrijven van een groep?

1. meerdere kanten
2. functies en processen
3. negatieve en positieve
4. postieve en processen

Wat zijn positieve kanten van een groep?

1. processen kennen in samenwerken en verberteren van groepen
2. samen spreken en werken aan verbetering en processen kennen
3. van en met elkaar samen werken zodat er meer naar elkaar gekeken wordt.
4. erkenning vinden van elkaar leren een gevoel van veiligheid humor

Wat zij negtieve kanten van een groep?

1. pesterijen een onveilig gevoel zondebokvorming uitsluiting
2. samen nie tmet elkaar weken en geen ativiteiten samen uitvoeren
3. wanneer iedereen voor zichzelf een aantal kleinen details wil bespreken en er geen samenwerking is
4. geen idee wie er aan de macht is of wie de baas is

Welke soorten groepen ken je?

1. primaire en alle groepen alternatieve en informele groepen verschillende en heterogene groepen.
2. primaire en secundaire groepen formele en informele groepen homogene en heterogene groepen.
3. primaire en secundaire groepen grote en informele groepen verschillende en heterogene groepen.
4. grote en secundaire groepen kleine en informele groepen homogene en heterogene groepen.

Primaire groepen zijn groepen waarin?

1. het contact tussen de groepsleden
2. het contact tussen de mensen erg vertrouwd is
3. het contact tussen de groepsleden niet aan de orde komt
4. het contact tussen de groepsleden erg vertrouwd is

Secundaire groepen zijn groepen waarbij?

1. Secundaire groepen zijn groepen waarbij het contact tussen de groepsleden wat rechtlijniger is
2. Secundaire groepen zijn groepen waarbij het contact tussen de groepsleden wat beter is
3. Secundaire groepen zijn groepen waarbij het contact tussen de groepsleden wat afstandelijker is
4. Secundaire groepen zijn groepen waarbij het contact tussen de groepsleden wat gemoedelijker is

Formele groepen ?

1. Formele groepen worden gevormd door een organisatie en hebben een taak.
2. Formele groepen worden gevormd door een organisatie en hebben een gezamenlijk doel.
3. Formele groepen worden gevormd door een organisatie en hebben een ding gemeen.
4. Formele groepen worden gevormd door een organisatie en hebben een visie.

Informele groepen?

1. Informele groepen ontstaan spontaan en hebben geen gezamenlijk doel nodig.
2. Informele groepen ontstaan door iedereen en hebben geen gezamenlijk doel nodig
3. Informele groepen ontstaan en hebben geen gezamenlijk doel nodig
4. Informele groepen ontstaan niet en hebben geen gezamenlijk doel nodig

Homogene groepen bestaan uit?

1. Homogene groepen bestaan uit mensen die kenmerken hebben. In een schoolklas zitten bijvoorbeeld kinderen van dezelfde leeftijd.
2. Homogene groepen bestaan uit mensen die dezelfde genen hebben. In een schoolklas zitten bijvoorbeeld kinderen van dezelfde leeftijd.
3. Homogene groepen bestaan uit mensen die dezelfde kenmerken hebben. In een schoolklas zitten bijvoorbeeld kinderen van een andere leeftijd.
4. Homogene groepen bestaan uit mensen die dezelfde kenmerken hebben. In een schoolklas zitten bijvoorbeeld kinderen van dezelfde leeftijd.

In een heterogene groep zijn...?

1. zijn er veel gezamelijke verschillen tussen de groepsleden.
2. zijn er veel individuele verschillen tussen de groepsleden.
3. zijn er veel processen tussen de groepsleden.
4. zijn er veel individuele verschillen met de groepsleden.

Een onderverdeling van verschillende typen groepen bestaat dan uit?

1. hoofd (kennis) hersenen (gevoel) handen (vaardigheden).
2. hoofd (kennis) lichamelijk (gevoel) handen (vaardigheden).
3. hoofd (kennis) hart (gevoel) handen (vaardigheden).
4. hoofd (kennis) hart (gevoel) materiaal (vaardigheden).

Het vijffasenmodel van Oomkes is een?

1. groepsontwikkeling waarbij vijf ontwikkelingsfasen elkaar om de beurt opvolgen.
2. groep waarbij vijf ontwikkelingsfasen elkaar om de beurt opvolgen.
3. klas waarbij vijf ontwikkelingsfasen elkaar om de beurt opvolgen.
4. groepsontwikkelingsschema waarbij vijf ontwikkelingsfasen elkaar om de beurt opvolgen.

De vijf fasen van het model van Oomkes bestaan uit?

1. Strijd om de machtSamenwerkingStrijd om de intimiteitHarmonie.
2. Oriëntatie- Strijd om de macht-Samenwerking-Strijd om de intimiteitHarmonie.
3. OriëntatieStrijd om de machtStrijd om de intimiteitHarmonie.
4. Oriëntatie Strijd om de machtSamenwerkingStrijd om de intimiteit

Wat betekent de fase Oriëntatie?

1. In deze fase leren de groepsleden elkaar kennen.
2. In deze fase hebben de groepsleden elkaar niet gezien.
3. In deze fase weten de groepsleden elkaar te vinden.
4. In deze fase willen de groepsleden elkaar beter kennen.

wat betekent de fase strijd om macht?

1. Groepsleden zullen met elkaar in discussie gaan en kritische vragen stellen.
2. Groepsleden zullen met elkaar in discussie gaan en open vragen stellen.
3. Groepsleden zullen met elkaar in gesprek gaan en kritische vragen stellen.
4. Groepsleden zullen met elkaar in discussie gaan en gesloten vragen stellen.

Hoe noemen we de samenwerkingsfase ook wel bij het model van Oomkes?

1. 'goede fase'.
2. 'beste fase'.
3. 'ideale fase'.
4. 'juiste fase'.

Samenwerkings fase is?

1. Als de rollen binnen de groep eenmaal duidelijk zijn, ontstaat er een ander fase..
2. Als de rollen binnen de groep eenmaal duidelijk zijn, ontstaat er een plan.
3. Als de rollen binnen de groep eenmaal duidelijk zijn, ontstaat er een gedoe.
4. Als de rollen binnen de groep eenmaal duidelijk zijn, ontstaat er een rust.

Strijd om de intimiteit?

1. In deze fase vormen zich kleinere subgroepjes binnen de groep
2. In deze fase vormen zich goede subgroepjes binnen de groep
3. In deze fase vormen zich grotere subgroepjes binnen de groep
4. In deze fase vormen zich geen subgroepjes binnen de groep

Harmonie?

1. In deze laatste fase zijn alle conflicten opgelost en de groepsleden helpen elkaar zoals ze zijn.
2. In deze laatste fase zijn alle conflicten opgelost en de groepsleden accepteren elkaar niet zoals ze zijn.
3. In deze laatste fase zijn alle conflicten opgelost en de groepsleden zijn anders zoals ze zijn.
4. In deze laatste fase zijn alle conflicten opgelost en de groepsleden accepteren elkaar zoals ze zijn.

hoeveel team rollen kent Belbin?

1. zeven
2. acht
3. tien
4. negen

Welke zijn de negen rollen van Belbin?

1. PlantMonitorVormerVoorzitterBrononderzoeker.werker GroepswerkerZorgdragerSpecialist.
2. PlantMonitorVormerVoorzitterBrononderzoekerBedrijfsmanGroepswerkerZorgdragerMilieu.
3. PlantMonitorVormerVoorzitterBrononderzoekerBedrijfsmanGroepswerkerZorgdragerSpecialist.
4. PlantMonitorVormerVoorzitterBrononderzoekerBedrijfsmanGroepswerkerZorgdrager kennisman.

In welke drie rollen verdelen we de Belbinrollen?

1. mens-doe-denk
2. mens-duurzaam-actie
3. actie-denk-mens
4. actie-fysiek-denk

welke rollen horen bij de mensgerichte rollen?

1. Bron onderzoeker-voorzitter -groepswerker
2. plant-voorzitter -groepswerker
3. helper-voorzitter -groepswerker
4. monitor-voorzitter -groepswerker

welke rollen horen bij de denkgerichte rollen?

1. plant-onderzoeker-monitor
2. plant-specialist-monitor
3. plant-brononderzoeker-monitor
4. plant-specialist-voorzitter

welke rollen horen bij de actiegerichte rollen?

1. zorgdrager-specialist-vormer
2. zorgdrager-bedrijfsman-monitor
3. plant-bedrijfsman-vormer
4. zorgdrager-bedrijfsman-vormer

hoeveel vragen had je goed?

1. alle vragen goed
2. de helft van de vragen goed
3. bijna alle vragen goed
4. een derde van de vragen goed

Groepsdynamica

top gedaan 

goed gewerkt