Cursus 5 - Grammatica - paragraaf 3 - lidwoord en zelfstandig naamwoord

Nederlands week 41
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 200
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Nederlands week 41
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 200
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


Slide 1 - Slide

Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Programma deze les
  • Huiswerk vorige les nakijken
  • Doel van deze les
  • Voorkennis
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Huiswerk volgende week les

Slide 3 - Slide

Huiswerk nakijken
Huiswerk vorige les: 
Cursus 5 - Grammatica - paragraaf 2 persoonsvorm

Slide 4 - Slide

Doel
Ik kan lidwoorden en zelfstandig naamwoorden herkennen in een zin.

Slide 5 - Slide

Voorkennis
We zijn al best een eindje op weg in cursus 5 Grammatica. Zo hebben we het al gehad over werkwoorden en de persoonsvorm
Vandaag zijn de lidwoorden het zelfstandig naamwoord aan de beurt. 

Slide 6 - Slide

Instructie 
LIDWOORDEN

Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig naamwoorden. er zijn er in het Nederlands 3 van: de - het - een 

Voorbeeld:
  • We zwaaien naar de koning.

Slide 7 - Slide

Instructie 
ZELFSTANDIG NAAMWOORDEN

Dit zijn woorden voor mensen, dieren, planten en dingen.

Voorbeeld:
  • We zwaaien naar de koning.
  • Ik stootte mijn hoofd aan de trap

Slide 8 - Slide

Instructie 
Zo herken je een zelfstandig naamwoord:

  • Heeft meestal een meervoud en een enkelvoud (beer/-beren)
  • Je kunt er meestal een verkleinwoord van maken (hondje)
  • Je kunt er meestal een lidwoord voor zetten (de pot)

Slide 9 - Slide

Instructie
We kijken samen het instructiefilmpje

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

Aan de slag
Ga aan de slag met opdracht 1 t/m 6 op bladzijde 202 en 203

Ben je klaar? Kies uit:
- maak het werkblad synoniemen
- maak de woordzoeker
- ga lezen in je leesboek

Slide 12 - Slide

Huiswerk

Donderdag 10 oktober:

- maak opdracht 1 t/m 6 op bladzijde 202 en 203

Slide 13 - Slide