H2.3 Een huur- of koopwoning

1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

De woningmarkt bestaat uit:
A
huurwoningen
B
koopwoningen
C
huur- en koopwoningen
D
geen van de antwoorden

Slide 5 - Quiz

Wanneer kom je mogelijk in aanmerking voor huurtoeslag
A
je inkomen is te hoog om de huur te betalen
B
je inkomen is te laag om de huur te betalen
C
je bent 17 jaar en je huurt een kamer van vrienden

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat betekent k.k. achter de verkoopprijs van een woning?
A
kies keurig
B
keuze koper
C
keuze klant
D
kosten koper

Slide 13 - Quiz

Wanneer is de koop van een huis definitief
A
voorlopig koopcontract ondertekend bij makelaar
B
leveringsakte is ondertekend bij makelaar
C
leveringsakte is ondertekend bij notaris
D
voorlopig koopcontract ondertekend bij notaris

Slide 14 - Quiz

Als je een koopwoning hebt moet je ozb betalen. Wat betekent deze afkorting
A
onroerendezaakbelasting
B
onroerendeziekenbelasting
C
onroerendezakenbedrag
D
ongelukkenzaakbedrag

Slide 15 - Quiz

Aan wie betaal je ozb?
A
het Rijk
B
de Provincie
C
de minister van Financiën
D
de gemeente

Slide 16 - Quiz

aan 

Slide 17 - Slide