Voedselrelaties en kringlopen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Kringlopen

Voedselrelaties en Kringlopen

Blz. 208 lesboek
Laptop dicht

Leerdoelen

4 Je kunt de groepen organismen in de kringloop van stoffen onderscheiden.

5 Je kunt de kringloop van koolstof beschrijven.

6 Je kunt biologisch afbreekbaar afval en niet-biologisch afbreekbaar afval onderscheiden.

Vandaag

instructie basisstof 2

praktische opdracht

Na deze les:

- Weet je welke organismen en stoffen er in een kringloop voor kunnen komen.

- Weet je hoe de koolstofkringloop werkt.

- Weet je wat biologisch en niet-biologisch afbreekbaar afval is.

Belangrijk om te weten: 

- Alles en iedereen binnen een kringloop heeft een rol

- Alles wordt hergebruikt, in de natuur bestaat er geen afval

Er zijn 3 belangrijke spelers:

1. Producenten

2. Consumenten

3. Reducenten

Producenten : De Makers! 

Producenten : De Makers! 

Planten kunnen iets wat anderen niet kunnen: 

Fotosynthese! 

Oftewel: Glucose en zuurstof maken! 

Wat is fotosynthese?

Fotosynthese

Koolstofdioxide + Water + licht              Glucose + Zuurstof 

Fotosynthese

Planten maken dus energierijk voedsel voor dieren 

(zetmeel, vet en eiwitten)

De planten gebruiken dit voedsel ook zelf voor hun eigen groei. 

Consumenten : De Gebruikers! 

Insecten en wormen noem je afvaleters

Reducenten : De Opruimers! 

Worden gegeten door

Consumenten

Worden opgeruimd door

producenten

zorgen voor 

voedingsstoffen voor 

Reducenten

Simpele weergave voedselkringloop

Voedselkringloop

Sommige dieren eten ook andere dieren

Planten en dieren kunnen ook 'gewoon' sterven

Afvaleters zijn eigenlijk een 'speciale' soort consumenten, zij eten dode de resten op waar reducenten verder mee aan de slag gaan. 

Voor nu: vragen? 

De koolstofkringloop

Biologisch afbreekbaar

Biologisch afbreekbaar

Als dode resten door reducenten kunnen worden afgebroken

Welke resten zijn biologisch afbreekbaar? 

Wat betekent al dit plastic binnen de voedselkringloop? 

En voor ons, mensen? 

Aan de slag

4.2. Voedselrelaties en kringlopen
Lees blz. 208 t/m 211

Maak opdracht 1 t/m 8 in BVJMAX

maak een voedselweb