mh1 chap4 5 6 7

présence
ça va bien?
1 / 25
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

présence
ça va bien?

Slide 1 - Slide

qu'est-ce que nous allons faire?
1. présence  (10)
2. révision (20)
4. au travail (10)
5. évaluation -> la fin (5)

*toets chapitre 3
*1C PO
chapitre 4

Je révise

Slide 2 - Slide

l'Objectif de ce cours
  • Je weet wat de Franse lidwoorden zijn en je kunt ze correct gebruiken.
  • Je kent de getallen 0 t/m 20.

Slide 3 - Slide

être
Ik ben Nederlands

Zij zijn Nederlands

Lucas is Nederlands

Bent u Nederlands?

Wij zijn Nederlands

Ben jij Nederlands?

Slide 4 - Slide

être

ga naar kwizl.eu en doe de être toets!

 8 minuten

1B: 3HL6JD
1C: 45HJ45
1F: QW3J75

Slide 5 - Slide

être onvoldoende?
volgende les weer!

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

wat weet je nog van... 
LE en LA
UN en UNE

Slide 8 - Slide

LE, LA, UN, UNE, LES, DES
wat is enkelvoud? (ev)
wat is meervoud? (mv)
wat staat er voor een mannelijk woord  in het Frans? (ev) (m)
en voor een vrouwelijk woord? (ev) (v)
wat staat er voor een meervoud? (mv)

Slide 9 - Slide

LE, LA, UN, UNE
(m)
de camping = le camping
een camping = un camping
(v)
de stad = la ville
een stad = une ville

Slide 10 - Slide

LE, LA, UN, UNE, LES, DES
(m)
de camping = le camping        de campings = les campings
een camping = un camping          campings = des campings
(v)
de stad = la ville                            de steden = les villes
een stad = une ville                           steden = des villes

Slide 11 - Slide

vervang un of une door le, la of l'

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Les devoirs
chapitre 4: 
faire: 4, 5, 6, 7
Leer: P.18 grammaire le/la/les/un/une/des
Pak hoofdstuk 1 erbij!

Slide 14 - Slide

Au revoir ! 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

la roue de révision
classe 1

Slide 17 - Slide

classe 1

Slide 18 - Slide

révision classe 1

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

la télé
la chambre 
la ferme 
la maison 
la couleur préférée
la cuisine 
la BD

la -> 
ma (mijn)
sa (zijn/haar)
ta (jouw)

ma chambre
sa maison
ta cuisine

Slide 21 - Slide

le cadeau
le balcon
le jardin
le bureau
le mur
le lit

le -> 
mon (mijn)
son (zijn/haar)
ton (jouw)

mon bureau
son mur

Slide 22 - Slide

l'appartement (m)
l'armoire (v)
l'étage (m)
l'ordinateur (m)
l'année (v)

l' -> 
mon (mijn)
son (zijn/haar)
ton (jouw)

mon appartement
mon armoire

Slide 23 - Slide

les trucs (m)

les chaises (v)
les bureaux (m)
les murs (m)
les armoires (v)
les ->
mes (mijn)
ses (zijn/haar)
tes (jouw)

tes trucs
mes murs

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide