b: 4.16 / k: 4.17; kijken, luisteren en spreken

• Spelling
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

Hallo allemaal

- Berg je telefoon op in de tas en ga op je plaats zitten

- Ipad en leesboek op tafel

- log alvast in op Lesson Up

Lezen

2.5: grammatica

korte terugblik

bekijken en evt. voorlezen van teksten van het onderdeel schrijven. 

Lesdoelen 

- Ik kan het spreekdoel en het publiek van een programma bepalen

B §4.16; lezen, blz. 174

k: §4.17; lezen, blz 202

Spreekdoel, publiek, taal en stem

Het spreekdoel kan bijvoorbeeld informeren, amuseren of overhalen zijn. 

Het publiek: De mensen aan wie de spreker iets wil vertellen, 

Het taalgebruik: de manier waarop je praat. Dit moet passen bij het spreekdoel en het publiek. Er wordt formele taal gebruikt in het ‘NOS journaal’ en informele taal in ‘Sesamstraat’. 

Het stemgebruik: de manier waarop je je stem gebruikt. In het ‘NOS journaal’ is het stemgebruik normaal en rustig, in een kinderprogramma is het hoog en vrolijk.

Opdracht

A:

Op televisie is een programma dat heet: ‘Vertel nog eens een sprookje!’ Daarin wordt elke avond een ander sprookje voorgelezen.

B:

Een journaliste doet live verslag voor het NOS journaal. Het gaat over een gek ongeluk met goede afloop.

C:

Een spotje over het illegaal downloaden van films en muziek. De muziek op de achtergrond is hard en de beelden wisselen elkaar heel snel af.

A:
Op televisie is een programma dat heet: ‘Vertel nog eens een sprookje!’ Daarin wordt elke avond een ander sprookje voorgelezen.

1. amuseren
2. informeren
3. overhalen
4. uitleggen

B:
Een journaliste doet live verslag voor het NOS journaal. Het gaat over een gek ongeluk met goede afloop.

1. amuseren
2. informeren
3. overhalen
4. uitleggen

C:
Een spotje over het illegaal downloaden van films en muziek. De muziek op de achtergrond is hard en de beelden wisselen elkaar heel snel af.

1. amuseren
2. informeren
3. overhalen
4. uitleggen

A:
Op televisie is een programma dat heet: ‘Vertel nog eens een sprookje!’ Daarin wordt elke avond een ander sprookje voorgelezen.

1. jongeren
2. kleine kinderen
3. volwassene

B:
Een journaliste doet live verslag voor het NOS journaal. Het gaat over een gek ongeluk met goede afloop.

1. jongeren
2. kleine kinderen
3. volwassenen

C:
Een spotje over het illegaal downloaden van films en muziek. De muziek op de achtergrond is hard en de beelden wisselen elkaar heel snel af.

1. jongeren
2. kleine kinderen
3. volwassenen

Samen opdrachten maken

Fragment 1

1. Welk spreekdoel past bij het fragment?
2. Voor welk publiek is dit fragment gemaakt?
3. Hoe klinkt de stem?

1. overhalen

2. vrouwen

3. rustig en serieus

Fragment 2

1. Wat is de doelgroep die ze willen bereiken?
2. Wat is het taalgebruikt? (formeel of informeel)

Fragment 3

1. Waarover werd vroeger in de gang van school geroddeld, volgens de verslaggever?
2. Hoeveel huisregels heeft het Hendrik Pierson College?

1. Welk doel past er bij de verschillende onderwerpen?
2.  Welk stemgebruik pas bij de deo reclame als het publiek stoere mannen is? Zeg ook iets over het volume.
3. Hoe is het volume als het voor het publiek oudere vrouwen is.?
4. Welk stemgebruik bij onderwerp 2? Is het tempo snel, langzaam of normaal?
5. Taalgebruik van onderwerp 3, als het publiek 65+ is?
6. Taalgebruik van onderwerp 3 als het publiek jongeren is?

ondwerp 1	onderwerp 2	onderwerp 3
reclame voor deo	informatief programma over vakantiebestemmingen	muziekprogramma

Afsluiting 

Vul de zin aan

Vandaag heb ik in de Nederlands les geleerd............................